3
Veiligheidsaanwijzingen en
voorschriften
3.1
Veiligheidsaanwijzingen
De warmtepomp moet worden gemonteerd door een er-
kend installateur die verantwoordelijk is voor het nale-
ven van de bestaande normen en voorschriften. Voor
schade die ontstaat door het niet naleven van deze ge-
bruiksaanwijzing, kan Vaillant niet aansprakelijk gesteld
worden.
De warmtepomp weegt in gevulde toestand ca. 200-
220 kg. Let hierop bij transport en plaatsing. Neem voor
de montage met name goed nota van hfdst. 4.2 "Eisen
aan de standplaats".
d
Gevaar!
Het koelmiddelcircuit staat onder druk.
Bovendien kunnen hoge temperaturen
optreden. Het toestel mag alleen door de
Vaillant servicedienst van de fabriek of
door een gekwalificeerd installateur wor-
den geopend en onderhouden. Werkzaam-
heden aan het koelmiddelcircuit mogen
alleen worden uitgevoerd door een ge-
kwalificeerde koeltechnicus.
e
Gevaar!
Gevaar voor elektrocutie!
Schakel vóór elektrotechnische installa-
tiewerkzaamheden altijd alle stroomtoe-
voeren uit. Zorg ervoor dat deze zijn be-
veiligd tegen abusievelijk opnieuw in-
schakelen.
a
Attentie!
Gevaar voor beschadiging!
Verrijk het CV-water niet met anti-vries-
of anti-roestmiddelen, omdat daardoor
afdichtingen en andere onderdelen kun-
nen worden beschadigd en er zo water-
lekkages kunnen optreden.
Onthard het CV-water bij waterhardheden vanaf
3,0 mmol/l. U kunt hiervoor de Vaillant ionenwisselaar
(art.-nr. 990 349) gebruiken. Neem de meegeleverde
gebruiksaanwijzing in acht.
a
Attentie!
Gevaar voor dauwpuntonderschrijding en
condensvorming!
Alle buizen van het CV-circuit moeten
dampdiffusiedicht zijn geïsoleerd.
Verwarmingen door middel van radiato-
ren zijn niet geschikt voor het gebruik
met een Vaillant warmtepomp
geoTHERM exclusiv.
Installatiehandleiding geoTHERM exclusiv VWS 0020045207_02
Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften 3
a
Attentie!
Belemmering van de koelfunctie bij ge-
bruik van horizontale collectors!
Bij gebruik van een Vaillant warmtepomp
met koelfunctie is het gebruik van een
aardsonde absoluut noodzakelijk.
a
Attentie!
Gevaar voor dauwpuntonderschrijding en
condensvorming!
De CV-aanvoertemperatuur mag tijdens
de koelfunctie niet te laag worden inge-
steld. Ook bij een aanvoertemperatuur
van 20 °C is voldoende koelfunctie gega-
randeerd.
h
Aanwijzing!
Belemmering van de koelfunctie door ge-
sloten thermostaatkranen.
In de koelfunctie moeten de thermos-
taatkranen opengedraaid zijn, om een
ongestoorde circulatie van het gekoelde
CV-water in het vloercircuit te kunnen
waarborgen.
11