5.5.5 Luchtfilter reinigen
Filterelement vervangen:
–
als het filterelement of de pakkingring bescha-
digd is
–
bij roethoudende neerslag
–
bij vochtige en oliehoudende verontreiniging
–
wanneer het motorvermogen afneemt of
–
wanneer de uitlaatgaskleur verandert.
–
tenminste een keer per jaar
Motor nooit zonder luchtfilterelement gebruiken.
1
•
Deksel (1) eraf schroeven.
•
Filterpatroon (2) voorzichtig uit het filterhuis (3) trekken.
B5399018.cdr
•
Filterpatroon (2) door schuinhouden bij tegenlicht of doorlich-
ten met een lamp t.a.v. scheuren of andere beschadigingen
controleren.
B5399020.cdr
3
B5399016.cdr
B5399017.cdr
•
Filterdeksel (1) en -behuizing (3) reinigen.
•
Filterpatroon vervangen of overeenkomstig de aard van de
vervuiling reinigen:
2
B5399019.cdr
•
Bij droge verontreiniging de filterpatroon met droge perslucht
(max. 5 bar) van binnen naar buiten uitblazen tot er geen stof
meer naar buiten komt.
Beschermbril dragen - gevaar voor oogletsel!
Gevaar
•
Filterpatroon (2) voorzichtig aanbrengen.
•
Deksel (1) monteren.
19
5. Onderhoud
2
max. 5 bar