Let op: Als de afstand voor de functie
draad wordt gewijzigd, verandert de afstand
overal in het werkgebied langs de
begrenzingsdraad.
3.10.8.1 De functie Rijd over draad instellen
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 25 .
2.
Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
Instellingen > Installatie >
menustructuur
Rijd over draad te doorlopen.
3.
Gebruik de pijltoetsen om de afstand in te
stellen.
4.
Druk op de knop TERUG.
3.10.9 ECO-modus
ECO-modus is geactiveerd, schakelt
Wanneer de
deze het signaal uit in de begrenzingslus, de
geleidingsdraad en het laadstation wanneer het
product geparkeerd staat of wordt opgeladen.
ECO-modus om energie te
Let op: Gebruik de
besparen en interferentie met andere apparatuur,
zoals ringleidingen of garagedeuren, te
voorkomen.
Let op: Om het product handmatig in het
werkgebied te starten, drukt u op de knop STOP
voordat u het product uit het laadstation
verwijdert. Zo niet, dan kan het product niet
worden gestart in het werkgebied.
3.10.9.1 De ECO-modus instellen
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 25 .
2.
Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
Instellingen > Installatie >
menustructuur
ECO-modus te doorlopen.
ECO-modus te
3.
Druk op OK om de
selecteren.
4.
Druk op de knop TERUG.
3.10.10 Botsingen met het maaierhuis
vermijden
Als u een maaierhuis hebt geïnstalleerd
(beschikbaar als accessoire), neemt de slijtage
van het product en het maaierhuis af wanneer u
Botsingen tegen het huis vermijden selecteert.
1298 - 005 - 16.04.2020
Rijd over
Toegang krijgen tot
Toegang krijgen tot
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 25 .
2.
Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
Instellingen > Installatie >
menustructuur
Maaierhuis > Botsingen tegen het huis
vermijden te doorlopen.
3.
Druk op de knop TERUG.
Botsingen tegen het huis vermijden is
Let op: Als
geselecteerd, kan dit ertoe leiden dat het gras
rond het laadstation niet wordt gemaaid.
3.10.11 Vorstsensor
Het gras is extra gevoelig voor slijtage als het
terrein met rijp is bedekt. Als de
geactiveerd, mag het product het gras niet
maaien als de temperatuur lager is dan 5 °C / 41
°F.
Let op: De vorstsensor bevindt zich in het chassis
en er kan een vertraging zijn ten opzichte van de
omgevingstemperatuur.
3.10.11.1 De vorstsensor instellen
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 25 .
2.
Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
Instellingen > Installatie >
menustructuur
Vorstsensor te doorlopen.
Vorstsensor te
3.
Druk op OK om de
selecteren.
4.
Druk op de knop TERUG.
3.10.12 Algemeen
Algemeen kunt u de algemene instellingen van
In
het product wijzigen.
3.10.12.1 De datum en tijd instellen
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 25 .
2.
Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
Instellingen > Algemeen >
menustructuur
Tijd en datum te doorlopen.
3.
Gebruik de pijltoetsen om de tijd in te stellen
en druk vervolgens op de knop TERUG.
4.
Gebruik de pijltoetsen om de datum in te
stellen en druk vervolgens op de knop
TERUG.
Toegang krijgen tot
vorstsensor is
Toegang krijgen tot
Toegang krijgen tot
Installatie - 31