6.2 De temperatuur justeren
Het wordt aanbevolen om de temperatuurwaarde van het apparaat af en toe te
controleren met een optionele set voor temperatuurkalibratie DBS-A01. De
temperatuur wordt in twee gekozen punten (100°C en 180°C)gemeten, een correctie is
in beide temperatuurpunten mogelijk.
Eerder, na de laatste opwarmingsstap, dient men het toestel te laten afkoelen totdat
het de omgevingstemperatuur bereikt.
Voorbereiden:
Op de kalibratieset de
temperatuursensor monteren conform de
tekening.
De schaal voor monsters en de
schaalsteun van de vochtbepaler
afnemen.
De set voor temperatuurkalibratie
installeren conform tekening
Het opwarmingsdeksel sluiten.
Indien de foutmelding "ol" verschijnt, kan
hij worden geïgnoreerd.
Met de ON/OFF toets de digitale
thermometer van de set voor
temperatuurkalibratie inschakelen.
33
DBS-BA-nl-1714