time-outfunctie is ingesteld op Stop en uitschakelen [5]
zal eerst een waarschuwing worden gegeven waarna
een uitloop tot uitschakeling volgt, terwijl een alarm
wordt gegeven. Parameter 513 Bustime-out kan mo-
gelijk worden verhoogd.
WAARSCHUWING/ALARM 18: Time-out HPFB
Er is geen seriële communicatie met de communica-
tieoptiekaart van de frequentieomvormer. De waar-
schuwing zal alleen actief zijn wanneer parameter 804
Bustime-outfunctie is ingesteld op een andere waarde
dan UIT. Als parameter 804 Bustime-outfunctie is in-
gesteld op Stop en uitschakelen zal eerst een waar-
schuwing worden gegeven waarna uitloop tot uitscha-
keling volgt, terwijl een alarm wordt gegeven.
Parameter 803 Bustime-out kan mogelijk worden ver-
hoogd.
WAARSCHUWING 33: Buiten frequentiebereik
Deze waarschuwing is actief wanneer de uitgangsfre-
quentie de ingestelde waarde in par. 201 Uitgangsfre-
quentie lage begrenzing of par. 202 Uitgangsfrequentie
hoge begrenzing heeft bereikt. Als de frequentieom-
vormer in Procesregeling met terugkoppeling (parame-
ter 100) functioneert, zal de waarschuwing actief zijn
op het display. Als de frequentieomvormer in een an-
dere modus is dan Procesregeling met terugkoppeling
zal bit 008000 Buiten frequentiebereik in het uitgebrei-
de statuswoord actief zijn, maar zal geen waarschu-
wing op het display verschijnen.
WAARSCHUWING/ALARM 34: Communicatiefout
HPFB
Communicatiefout doet zich alleen voor in veldbus-
versies. Zie parameter 953 in de veldbusdocumentatie
voor informatie over dit alarm.
ALARM 35: Inrush-fout
Dit alarm verschijnt wanneer de frequentieomvormer
te vaak binnen één minuut op de netvoeding werd
aangesloten.
WAARSCHUWING/ALARM 36: Overtemperatuur
Als de temperatuur in de voedingsmodule hoger wordt
dan 75-85 °C (afhankelijk van de eenheid) geeft de
frequentieomvormer een waarschuwing terwijl de mo-
tor gewoon blijft doordraaien. Als de temperatuur blijft
stijgen, wordt de schakelfrequentie automatisch gere-
duceerd. Zie Temperatuurafhankelijke schakelfrequen-
tie.
Als de temperatuur in de voedingsmodule hoger wordt
dan 92-100 °C (afhankelijk van de eenheid) wordt de
frequentieomvormer uitgeschakeld. De temperatuur-
fout kan niet worden gereset totdat de temperatuur
onder de 70 °C is gezakt. De tolerantie is ± 5 °C. De
overtemperatuur kan de volgende oorzaken hebben:
®
MG.27.A2.10 – VLT
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
VLT® 2800-serie
-
Te hoge omgevingstemperatuur.
Te lange motorkabel.
-
-
Te hoge netspanning.
ALARM 37-45: Interne fout
Neem contact op met Danfoss als een van de volgen-
de fouten optreedt.
Alarm 37, interne fout nummer 0: Communicatiefout
tussen stuurkaart en BMC.
Alarm 38, interne fout nummer 1: Flash EEPROM-fout
op stuurkaart.
Alarm 39, interne fout nummer 2: RAM-fout op stuur-
kaart.
Alarm 40, interne fout nummer 3: Kalibratieconstante
in EEPROM.
Alarm 41, interne fout nummer 4: Gegevenswaarden
in EEPROM.
Alarm 42, interne fout nummer 5: Fout in motorpara-
meterdatabase.
Alarm 43, interne fout nummer 6: Algemene fout op
voedingskaart
Alarm 44, interne fout nummer 7: Minimale software-
versie van stuurkaart of BMC.
Alarm 45, interne fout nummer 8: I/O-fout (digitale in-
gang/uitgang, relais- of analoge ingang/uitgang).
NB!
Tijdens het opnieuw opstarten na een
alarm 38-45 zal de frequentieomvormer
een alarm 37 weergeven. Via parameter
615 kan de actuele alarmcode worden uit-
gelezen.
ALARM 50: AMT niet mogelijk
Een van de volgende drie mogelijkheden kan zich
voordoen:
-
De berekende R
-waarde valt buiten de toe-
S
gestane begrenzingen.
De motorstroom in ten minste een van de
-
motorfasen is te laag.
De gebruikte motor is te klein om de AMT-
-
berekeningen te kunnen uitvoeren.
ALARM 51: AMT-fout m.b.t. gegevens motortype-
plaatje
De geregistreerde motorgegevens zijn niet met elkaar
in overeenstemming. Controleer de motorgegevens
voor de relevante setup.
85