Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss VLT 2800 Series Bedieningshandleiding pagina 24

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT 2800 Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Functie:
De frequentieomvormer kan de motortemperatuur op
twee manieren bewaken:
-
Via een PTC-thermistor die is gemonteerd op
de motor. De thermistor moet worden aan-
gesloten tussen klem 50 (+10 V) en een van
de digitale ingangsklemmen 18, 19, 27 of 29.
Zie parameter 300 Digitale ingangen.
-
Berekening van de thermische belasting
(ETR - Electronic Thermal Relay), op basis
van de actuele belasting en de tijd. Dit wordt
vergeleken met de nominale motorstroom
I
en de nominale motorfrequentie f
M,N
berekeningen houden rekening met het feit
dat er bij lagere snelheden een lage belasting
nodig is omdat er minder ventilatie in de mo-
tor is.
De ETR-functies 1-4 beginnen pas met het berekenen
van de belasting op het moment dat wordt omgescha-
keld naar de Setup waarin ze geselecteerd werden. Dit
maakt het mogelijk de ETR-functie te gebruiken wan-
neer twee of meer motoren worden afgewisseld.
Beschrijving van de keuze:
Selecteer Geen beveiliging [0] als bij overbelasting van
de motor geen waarschuwing of uitschakeling vereist
is.
Selecteer Thermistorwaarschuwing [1] als een waar-
schuwing gewenst is wanneer de aangesloten ther-
mistor oververhit raakt.
Selecteer Thermistoruitschakeling [2] als een uitscha-
keling gewenst is wanneer de aangesloten thermistor
te heet wordt.
Selecteer ETR-waarschuwing 1-4 als een waarschu-
wing gewenst is wanneer de motor volgens de bere-
keningen overbelast is.U kunt de frequentieomvormer
ook zo programmeren dat er een waarschuwingssig-
naal wordt gegeven via een van de digitale uitgangen.
Selecteer ETR-uitschakeling1-4 als een uitschakeling
= fabrieksinstelling, () = display-tekst, [] = waarde die gebruikt wordt voor communicatie via de seriële communicatiepoort
24
VLT® 2800-serie
gewenst is wanneer de motor volgens de berekenin-
gen overbelast is.
NB!
Deze functie kan de afzonderlijke motoren
niet beveiligen als de motoren parallel zijn
aangesloten.
130
Startfrequentie
(Start frequency)
Waarde:
0,0-10,0 Hz
. De
M,N
Functie:
De startfrequentie is actief, na een startcommando,
gedurende de tijd die in parameter 120 Startvertra-
ging is ingesteld. De uitgangsfrequentie 'springt' naar
de volgende voorgeprogrammeerde frequentie. Som-
mige motoren, bijvoorbeeld conische ankermotoren,
hebben extra spanning/startfrequentie nodig (boost)
om de mechanische rem vrij te maken. Gebruik hier-
voor de parameters 130 Startfrequentie en 131 Start-
spanning.
Beschrijving van de keuze:
Stel de vereiste startfrequentie in. Het is hiervoor
noodzakelijk dat parameter 121 Startfunctie is inge-
steld op Startfrequentie/spanning met de klok mee [3]
of Startfrequentie/spanning in richting van referentie [4]
en dat in parameter 120 Startvertraging een tijd is in-
gesteld. Bovendien moet er een referentiesignaal aan-
wezig zijn.
NB!
Als parameter 123 een hogere waarde
heeft dan parameter 130, zal de startver-
tragingsfunctie (parameter 120 en 121)
worden overgeslagen.
131
Startspanning
(INITIAL VOLTAGE)
Waarde:
0,0-200,0 V
Functie:
Na een startcommando is Startspanning actief gedu-
rende de tijd die in parameter 120 Startvertraging is
ingesteld. Deze parameter kan bijvoorbeeld worden
gebruikt voor hijs/daaltoepassingen (schuifankermo-
toren).
®
MG.27.A2.10 – VLT
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
0,0 Hz
0,0 V

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave