Werking van RDS
Instellen van de RDS-ontvangst en
ontvangst van RDS-zenders
RDS (Radio Data System) is een radio-informatiesys-
teem dat gebruikmaakt van de 57 kHz onderdraag-
golf van normale FM-uitzendingen. RDS maakt het
mogelijk allerhande informatie, waaronder verkeers-
overzichten en zendernamen, te ontvangen en auto-
matisch opnieuw af te stemmen op een sterkere
zender die hetzelfde programma uitzendt.
1
Druk op de F toets om de F-indicator (Functie)
op te lichten.
2
Druk op de AF toets om de RDS-modus te
ac-tiveren.
3
Druk op de DN
of de
stemmen op de gewenste RDS-zender.
Opmerking
Als de BAND toets langer dan 2 seconden ingedrukt
gehouden wordt terwijl een zendernaam wordt afge-
beeld, beeldt het display 5 seconden lang de frequentie
van de zender af.
4
Druk opnieuw op de AF-toets om de RDS-
modus uit te schakelen.
5
Druk op de F toets om de normale modus te
activeren.
De F-indicator dooft.
Tips
De digitale RDS-gegevens zijn:
PI
Identificatie van het programma
PS Zendernaam
AF
Lijst van alternatieve frequenties
TP
Verkeersprogramma
TA
Verkeersinformatie
PTY Programmatype
EON Andere netwerken
RDS-voorkeuzezenders oproepen
1
2
3
4
UP toets om af
5
Opmerking
Om RDS-zenders op te slaan, zie deel Werking van de
radio. RDS-zenders kunnen enkel vooraf ingesteld
worden in de banden F1 en F2.
Druk op de F toets om de F-indicator (Functie)
op te lichten.
Druk op de AF toets om de RDS-modus te
activeren.
Druk op de F toets om de normale modus te
activeren.
De F-indicator dooft.
Vergewis u ervan dat de F-indicator gedoofd is
en druk vervolgens op de toets van de voorkeu-
zezender waaronder de gewenste RDS-zender
werd opgeslagen.
Als het signaal van de voorkeuzezender ver-
zwakt, zal het toestel automatisch zoeken naar
een sterkere zender in de AF-lijst en daarop
afstemmen.
Als de voorkeuzezender en de zenders in de
AF-lijst niet kunnen ontvangen worden:
Druk opnieuw op dezelfde toets van de voor-
keuzezender binnen de 5 seconden.
Het toe-stel zal dan naar een zender zoeken in
de PI-lijst.
Als er nog geen zenders kunnen ontvangen
worden in de regio, beeldt het toestel de
frequentie af van de voorkeuzezender en ver-
dwijnt de indicator van de voorkeuzezender.
Als het signaalniveau van de lokale zender
waarop afgestemd wordt te zwak wordt voor
ontvangst, drukt u op dezelfde voorkeuzezen-
dertoets om af stemmen op een lokale zender
in een andere regio.
11