GENEREREN TIJDENS HET NORMALE GEBRUIK
EXPLOSIEVE GASSEN. DAAROM IS HET VAN HET
GROOTSTE BELANG DAT U DEZE HANDLEIDING
LEEST VOORDAT U DE CHARGEMASTER PLUS
GAAT
GEBRUIKEN
NAUWKEURIG OPVOLGT.
2
Om het risico op het ontploffen van de accu te
beperken, dient u deze instructies en de instructies
van de fabrikant van de accu en van andere
apparatuur die u in de buurt van de accu wilt gaan
gebruiken, op te volgen. Neem markeringen op deze
producten en op de motor die waarschuwen voor
gevaar, in acht.
GEVAAR: het risico op explosie beperken – gebruik
3
de ChargeMaster Plus nooit in situaties waar gevaar
op een explosie van gas of stof bestaat of in een zone
waar tegen ontbranding beschermde apparatuur
vereist is.
2.3
PERSOONLIJKE
VOORZORGSMAATREGELEN
1
Het is verstandig om iemand in de buurt te houden die
hulp kan verlenen wanneer u in de buurt van een
lood-zuur-accu werkt.
2
Houd voldoende vers water en zeep bij de hand voor
het geval dat accuzuur in contact komt met de huid,
kleding of de ogen.
3
Draag een beschermende bril en een schort o.i.d. om
de kleren te beschermen. Wrijf niet in uw ogen terwijl
u in de buurt van de accu werkt.
4
Huid of kleding die in contact is gekomen met
accuzuur, dient onmiddellijk te worden afgespoeld
met zeep en water. Als er accuzuur in de ogen komt,
deze onmiddellijk gedurende minstens 10 minuten
met stromend koud water spoelen en onmiddellijk
medische hulp inroepen.
5
In de buurt van een accu of motor NOOIT roken en
vonken en open vuur vermijden.
6
Wees extra voorzichtig om het gevaar te vermijden
dat een metalen werktuig op de accu valt. Hierdoor
zou een vonk of kortsluiting in de accu of een ander
elektrisch onderdeel kunnen ontstaan, met een
explosie als gevolg.
7
Doe persoonlijke metalen voorwerpen zoals ringen,
armbanden, halskettingen en horloges af wanneer u
met een lood-zuur-accu gaat werken. Een lood-zuur-
accu kan een kortsluitingsstroom produceren die sterk
genoeg is om bijvoorbeeld een ring met het metaal te
laten verkleven, wat tot ernstige brandwonden kan
leiden.
6
EN
DE
INSTRUCTIES
2.4
WAARSCHUWINGEN MET BETREKKING
TOT HET GEBRUIK VAN ACCU'S
1
Gebruik de ChargeMaster Plus uitsluitend voor het
laden van LOOD-ZUUR-accu's en het voeden van op
de accu's aangesloten gebruikers, in vast opgestelde
installaties. Gebruik de ChargeMaster Plus niet voor
het opladen van accu's met droge cellen die veel
worden gebruikt bij apparaten in huis. Deze accu's
kunnen openbarsten en persoonlijk letsel en materiële
schade veroorzaken.
2
Probeer NOOIT accu's op te laden die niet opnieuw
geladen kunnen worden.
3
Probeer NOOIT accu's op te laden die bevroren zijn.
4
Grote ontlaadstromen en/of hoge laadspanningen
kunnen ernstige schade aan accu's tot gevolg
hebben. Overschrijd nooit de aanbevolen ondergrens
voor ontlading van uw accu's.
5
Als een accu moet worden verwijderd, dient u altijd
eerst de aarde-aansluiting los te koppelen. Controleer
of alle accessoires zijn uitgeschakeld zodat er geen
vlamboog kan ontstaan.
6
Zorg dat de ruimte rondom de accu goed geventileerd
wordt terwijl de accu wordt opgeladen. Houd u aan de
aanbevelingen van de fabrikant van de accu.
7
Accu's zijn zwaar! Ze kunnen tijdens een ongeval
levensgevaarlijke projectielen worden! Zorg voor een
goede
bevestiging
transportmiddelen voor het transport.
2.5
LOCATIE VAN DE LADER
1
Plaats de lader zo ver van de accu vandaan als wordt
toegestaan door de DC-kabels.
2
Plaats de lader nooit pal boven de accu die wordt
opgeladen; gassen uit de accu zullen de lader doen
corroderen.
3
Pas altijd op dat er geen accuzuur op de lader
druppelt bij het aflezen van het specifieke gewicht van
het elektrolyt of het vullen van de accu.
4
Gebruik de lader niet in een afgesloten ruimte en let
op dat de ventilatie niet wordt belemmerd.
5
Plaats de accu niet bovenop de lader.
2.6
VOORZORGSMAATREGELEN
AANSLUITING
1
Wacht met het aansluiten of loskoppelen van de DC-
uitgangsklemmen totdat alle schakelaars op de lader
op de 'uit'-stand zijn gezet en de AC-voedingskabel uit
het stopcontact is getrokken. Klemmen mogen elkaar
nooit raken.
2
Verbind klemmen met de accu en het chassis zoals
vermeld in §2.7 (5), §2.7 (6) en §2.8 (2) t/m §2.8 (4).
en
gebruik
altijd
geschikte
DC-