9
Sluit de accutemperatuursensor aan op de
behuizing van accubank 1.
Steek de kabel van de temperatuursensor in
de 'temp.sensor'-opening.
Optie: verbind de ChargeMaster met het
10
MasterBus-netwerk.
Verander indien nodig de DIP-instellingen.
11
Zie paragraaf 5.1 voor de afstelling.
Gebruik een kleine schroevendraaier om de
DIP-switches in te stellen.
22
12
Controleer alle bedrading; zie ook afbeelding
6 voor details van de bedrading.
13
Sluit het aansluitcompartiment door de vier
schroeven vast te draaien.
14
Ga verder met paragraaf 4.9 voor het in
gebruik nemen van de ChargeMaster.
4.9
INGEBRUIKNAME NA DE INSTALLATIE
4.9.1
Algemeen
Als uw Master Plus niet nieuw is, moet u er
rekening mee houden dat eerdere gebruikers de
instellingen kunnen hebben gewijzigd. Zet de
ChargeMaster Plus in geval van twijfel terug op
de fabrieksinstellingen (zie paragraaf 5.2).
De fabrieksinstellingen van de ChargeMaster Plus zijn
optimaal voor de meeste installaties. Bij sommige
toepassingen is het echter wenselijk om deze instellingen
te
wijzigen.
Er
kunnen
aanpassingen worden gemaakt. Zie hoofdstuk 5
OPMERKING:
De DIP-switches moeten worden ingesteld vóór
de ingebruikname; alle andere instellingen
kunnen alleen na de ingebruikname worden
gemaakt.
daarom
verschillende