Bij uitvoering "Trekoog"
WAARSCHUWING! Verhoogd gevaar voor letsel! Let erop dat zich tijdens het vastkoppelen
(in het bijzonder tijdens het achteruitrijden van de trekker) niemand tussen trekker en machine
bevindt.
Met de trekker achteruit tot aan de dissel rijden tot het trekoog van de machine in de
aanhangvoorziening van de trekker is ingevoerd.
De machine stoppen en beveiligen,
De aanhangvoorziening volgens de handleiding van de fabrikant van de trekker borgen.
Bij uitvoering "Kogelkopoog"
WAARSCHUWING! Verhoogd gevaar voor letsel! Let erop dat zich tijdens het vastkoppelen
(in het bijzonder tijdens het achteruitrijden van de trekker) niemand tussen trekker en machine
bevindt.
Met de trekker achteruit tot aan de dissel rijden en de kogelkopkoppeling van de trekker
onder de kogelkop aanspanning van de machine brengen.
Bij uitvoering "Mechanische steunvoet": boven de steunvoet de dissel neerlaten tot het
kogelkop-trekoog op de kogelkop-aanspanning ligt.
Bij uitvoering "Hydraulische steunvoet": het dubbelwerkende besturingsapparaat (groen,
5+) bedienen om via de steunvoet de dissel neer te laten tot het kogelkop-trekoog op de
kogelkop-aanspanning ligt.
De machine stoppen en beveiligen,
De aanhangvoorziening volgens de handleiding van de fabrikant van de trekker borgen.
7.2
Tussenas aan de trekker monteren
Gevaar voor letsel door niet-inachtneming van de gevarenzone van de tussenas
Wanneer de gevarenzone van de tussenas niet in acht wordt genomen, kunnen personen
ernstig letsel oplopen of worden gedood.
Om ongevallen te voorkomen, de gevarenzone van de tussenas in acht nemen,
pagina 19.
AANWIJZING
Trekkerwissel
Wanneer de tussenaslengte bij een trekkerwissel niet wordt gecontroleerd, kan er schade aan
de machine ontstaan.
Om schade aan de machine te vermijden, bij iedere trekkerwissel de tussenaslengte
controleren en evt. corrigeren,
ü De machine is stopgezet en beveiligd,
Comprima V 150 XC
Originele handleiding 150001052_01_nl
Tussenas aan de trekker monteren
zie
pagina 28.
zie
pagina 28.
WAARSCHUWING
zie
pagina 51.
zie
pagina 28.
Inbedrijfstelling
7.2
zie
7
59