4.1.5
Minimumafstanden en vrije montageruimtes
in acht nemen
Voorwaarde: Montage op een hellend dakvlak
▶
Om de collectoren correct te monteren, moet u de voor
schuine daken noodzakelijke afstanden en vrije monta-
geruimte aanhouden (→ Pagina 14).
Voorwaarde: Montage op een plat dak
▶
Houd bij de montage van de producten op platte daken
een afstand van minimaal 1 meter tot de dakranden aan,
om de bijzonder sterke windkrachten in de randzones te
vermijden aan.
4.1.6
Geschikte koppeling kiezen
▶
Neem bij de configuratie van de veldvolumestroom goed
nota van de planningsinformatie (indien beschikbaar).
▶
Kies voor de collectoren de geschikte koppeling.
▶
Zorg ervoor dat de collectorvloeistof de collectoren of-
wel van links naar rechts of van rechts naar links door-
stroomt.
Voorwaarde: Aantal collectoren VTK 1140/2: 1 ... 7
▶
Schakel tot 7 VTK 1140/2 (met 14 m² apertuuroppervlak)
in serie.
0020077988_04 auroTHERM exclusive Installatie- en onderhoudshandleiding
max. 7 x VTK 1140/2
Voorwaarde: Parallelle schakeling, apertuuroppervlak: ≤ 7 m²
▶
Schakel zoveel mogelijk collectoren in serie, ook bij de
schikking van meerdere collectorrijen boven elkaar.
Aanwijzing
Tot een apertuuroppervlak van 7 m² (3
VTK 1140/2 + 1 VTK 570/2) moet u de
collectoren in serie schakelen.
Voorwaarde: Parallelle schakeling, apertuuroppervlak: ≥ 14 m²
▶
Bouw meerdere collectorrijen parallel op en schakel deze
hydraulisch parallel aan elkaar.
▶
Schakel zoveel mogelijk collectoren (minstens 7 m²) in
serie.
Voorwaarde: Parallelle schakeling
▶
Om drukverliezen in de deelcollectorvelden te vermijden,
schakelt u alleen collectorrijen met hetzelfde aantal col-
lectoren parallel.
Montage 4
9