3
Opbouw en werking
3.1 Beschrijving van het apparaat
De buitenunit dient tijdens koelbedrijf voor het
afgeven van de door de binnenunit uit de te koelen
ruimte opgenomen warmte aan de buitenlucht. Bij
verwarmingsbedrijf kan de door de buitenunit
opgenomen warmte via de binnenunit worden
afgegeven aan de lucht in de te verwarmen ruimte.
In beide bedrijfsmodi wordt het door de com-
pressor te leveren capaciteit exact aangepast aan
de vraag en wordt de insteltemperatuur met mini-
male temperatuurschommelingen geregeld. Door
deze "inverter-techniek" wordt, ten opzichte van
conventionele splitsystemen, energie bespaard en
wordt het geproduceerde geluidsniveau terugge-
bracht tot een zeer beperkte waarde. De buitenunit
kan buiten of onder bepaalde voorwaarden binnen
worden gemonteerd. De binnenunit is ontworpen
voor gebruik binnen, bovenaan de wand. De
bediening gebeurt via een infrarood-afstandsbedie-
ning. De buitenunit bestaat uit een kringloop met
compressor, een condensor in lamellenuitvoering,
drie elektronische expansiekleppen en een con-
densorventilator. De buitenunit is te combineren
met REMKO-binnenunits van de serie SKT 261 IT
met de juiste koelcapaciteit. De besturing van de
koudekringloop van de buitenunit gebeurt via de
regeling van de binnenunits. Voor het gebruik van
het apparaat bij lage buitentemperaturen is een
thermische condensordrukregeling als winterrege-
ling voor de besturing van het toerental van de
condensorventilator ingebouwd.
Vloerconsoles, wandconsoles en koudemiddellei-
dingen zijn verkrijgbaar als accessoires.
3
2
1
Afb. 8: Schema koudekringloop binnenunit
1:
Condensor
2:
Condensorventilator
3:
Keerklep
4:
Compressor
5:
Regelorgaan capillaire buis
6:
Aansluitklep zuigleiding A
7:
Aansluitklep zuigleiding B
8:
Aansluitklep zuigleiding C
9:
Aansluitklep zuigleiding D
10: Inspuitleiding A
11: Inspuitleiding B
12: Inspuitleiding C
13: Inspuitleiding D
6
7
8
9
4
TCE
10
TCE
11
5
TCE
12
TCE
13
15