Pagina 1
Yes, You Can.® Invacare® Zephyr Elektrische rolstoel Bedieningshandleiding...
Pagina 2
Invacare®-leverancier. Daar beschikt men over de noodzakelijke vakkennis en voorzieningen, maar ook over de kennis die speciaal voor uw Invacare®-product van belang is. Wij hopen u hierdoor naar volle tevredenheid van dienst te kunnen zijn. Wilt u liever rechtstreeks contact met ons opnemen, dan gelden de onderstaande adressen en telefoonnummmers voor onze vestigingen in Europa: Mobitec Mobilitätshilfen GmbH...
Pagina 3
Bridgend Industrial Estate uk@invacare.com Mid Glamorgan - CF31-3PY eire@invacare.com United Kingdom WWW: www.invacare.co.uk Invacare Mecc San s.r.l. +39 - 0445 - 38 00 59 Via Dei Pini, 62 Fax: +39 - 0445 - 38 00 34 I - 36016 Thiene (VI) italia@invacare.com...
Pagina 4
+31 - (0)318 - 69 57 57 Celsiusstraat 46 Fax: +31 - (0)318 - 69 57 58 NL-6716 BZ Ede nederland@invacare.com Nederland WWW: www.invacare.nl Invacare Portugal, Lda +351-225105946 Rua Estrada Velha, 949 Fax: +351-225105739 4465-784 Leça do Balio portugal@invacare.com Portugal WWW: www.invacare.pt...
Inhoudsopgave Hoofdstuk Pagina Inleiding Belangrijke symbolen in deze handleiding................13 Belangrijke symbolen op het voertuig ..................14 1.2.1 Verklaring voor de symbolen van de stickers op de zitlift..........15 Typeclassificatie en reglementair gebruik................16 Garantie ............................16 Indicaties ..........................17 Levensduur ..........................17 Veiligheidsvoorschriften Algemene veiligheidsvoorschriften..................18 Veiligheidsvoorschriften m.b.t. het onderhoud..............21 Veiligheidsvoorschriften m.b.t.
Pagina 6
Voor het eerste gebruik......................32 Parkeren en stilstand ......................34 Over hindernissen rijden ......................34 Antislipregeling ........................35 Hellingen...........................36 Duwwerking Motoren zonder tandwielkast elektrisch ontkoppelen ............37 Motoren zonder tandwielkast handmatig loskoppelen (noodkoppeling) ......39 De REM 24 SD bedieningskast Opbouw van de bedieningskast.....................40 AAN/UIT-diode (statusaanduiding)..................43 Aanduiding accustatus ......................43 Wegrijblokkering activeren/deactiveren ................44 Buddy-buttons op de besturingskast gebruiken ..............45...
Pagina 7
8.1.5 Hoek van de armsteun met de meebewegende armsteun instellen ......60 8.1.6 Breedte van de armleuningen instellen ................61 De hoek van de zitting handmatig instellen................63 Rugleuning handmatig instellen ....................65 8.3.1 Rugleuning met behulp van gasdrukveer instellen............65 8.3.1.1 Rugleuning met behulp van de geperforeerde plaat instellen.........66 8.3.2 Flex- en Contour-zitting ....................67 De lift............................68...
Pagina 8
9.2.1.3 Eindaanslag van de voetensteun instellen ..............96 9.2.1.4 Lengte van de voetensteun instellen...............99 9.2.2 Handmatig in hoogte verstelbare beensteun 90° - 0°..........100 9.2.2.1 Beensteun naar buiten zwenken en/of verwijderen..........100 9.2.2.2 Hoek van de beensteun instellen ................101 9.2.2.3 Eindaanslag van de beensteun instellen...............102 9.2.2.4 Lengte van de beensteun instellen................105 9.2.2.5...
Pagina 9
9.2.4.8 De hoek en diepte van de verstelbare voetplaat instellen........127 10 Elektriciteit 10.1 Beveiliging van de voertuigelektronica................128 10.1.1 Hoofdzekering......................129 10.2 Accu‘s .............................130 10.2.1 Informatie over accu‘s....................130 10.2.2 Accu‘s opladen ......................132 10.2.3 Accu‘s monteren en demonteren................134 10.2.3.1 Oude accu‘s verwijderen ..................135 10.2.3.2 Correct omgaan met beschadigde accu‘s .............142 11 Verzorging en onderhoud...
Pagina 10
16 Technische gegevens 17 Uitgevoerde inspecties...
Invacare® of diens wettelijke tegenwoordiger zijn in geen geval aansprakelijk wanneer de rolstoel niet is afgestemd op de handicap van de gebruiker.
Pagina 12
Deze handleiding bevat auteursrechtelijk beschermde informatie. Deze mag zonder schriftelijke toestemming vooraf van Invacare® c.q. diens wettelijke vertegenwoordiger noch gedeeltelijk, noch volledig nagedrukt of vermenigvuldigd worden. Vergissingen en technische wijzigingen voorbehouden.
Belangrijke symbolen in deze handleiding ATTENTIE: dit symbool waarschuwt u voor gevaren! • Volg de aanwijzingen op om verwondingen of schade aan het product te voorkomen! EXPLOSIEGEVAAR! Dit symbool waarschuwt u voor explosiegevaar, bijvoorbeeld door de hoge luchtdruk in de pneumatische banden! •...
Belangrijke symbolen op het voertuig Dit product is geleverd door een milieubewuste fabrikant die volledig voldoet aan de richtlijnen van de Electrical and Electronic Equipment (WEEE) Directive 2002/96/CE. Dit product kan stoffen bevatten die schadelijk zijn voor het milieu wanneer deze niet volgens de richtlijnen worden afgevoerd.
1.2.1 Verklaring voor de symbolen van de stickers op de zitlift Leun niet naar Neem geen Houdt geen Rijdt nooit met Rijdt niet over voren wanneer hellingen lichaamsdelen twee personen in een oneffen de zitlift niet in de wanneer de zitlift onder de zitlift! de rolstoel! ondergrond...
Typeclassificatie en reglementair gebruik Dit voertuig werd geconstrueerd voor personen die slecht ter been zijn of in het geheel niet kunnen lopen, die echter zowel lichamelijk als geestelijk wel in staat zijn een elektrisch voertuig te besturen. Het werd als een mobiliteitsproduct in de klasse B (voor binnen en buiten) conform EN 12184 geclasseerd.
Indicaties Bij de volgende indicaties wordt een mobiliteitsproduct aanbevolen: Niet c.q. zeer beperkt kunnen lopen in de eigen woning in verband met gezondheidsproblemen. De behoefte, de woning te verlaten voor een korte wandeling in de frisse lucht of om plaatsen in de directe omgeving van de woning te bereiken, bijv.
Veiligheidsvoorschriften • VOOR HET EERSTE GEBRUIK GOED DOORLEZEN! Algemene veiligheidsvoorschriften Gevaar voor verwondingen wanneer de elektrische rolstoel voor andere doeleinden wordt gebruikt dan beschreven in deze handleiding! • Gebruik de rolstoel uitsluitend overeenkomstig de aanwijzingen in deze handleiding (zie het hoofdstuk "Typeclassificatie en reglementair gebruik"...
Pagina 19
Gevaar voor verwondingen wanneer de rolstoel tijdens het rijden wordt uitgeschakeld, bijvoorbeeld met de AAN/UIT-knop of het lostrekken van een kabel, omdat de rolstoel dan met een plotselinge schok tot stilstand komt! • Wanneer u in een noodgeval moet remmen, laat u gewoon de joystick los. De rolstoel stopt dan automatisch (meer informatie hierover vindt u in de gebruiksaanwijzing van het rijpaneel).
Pagina 20
Gevaar voor brand en gevaar voor een storing door de aansluiting van elektrische apparatuur! • Sluit geen elektrische apparatuur op uw rolstoel aan, die daarvoor niet uitdrukkelijk door Invacare® is toegestaan. Laat alle elektrische installatiewerkzaamheden door een bevoegde Invacare®-dealer uitvoeren.
Veiligheidsvoorschriften m.b.t. het onderhoud Bij onvoldoende onderhoud bestaat er een gevaar voor ongevallen en vervalt de aanspraak op garantie! • Uit veiligheidsoverwegingen en om ongevallen als gevolg van niet-tijdig herkende slijtage te voorkomen, is het van belang dat het elektrische voertuig onder normale omstandigheden in ieder geval jaarlijks aan een inspectie wordt onderworpen (zie ook het inspectieschema in de servicehandleiding)! •...
Veiligheidsvoorschriften m.b.t. elektromagnetische straling Dit elektrische voertuig is conform de internationale normen op elektromagnetische compatibiliteit gecontroleerd. Desondanks kunnen elektromagnetische velden, die bijvoorbeeld kunnen ontstaan door radio- en televisiezenders, radio‘s en mobiele telefoons, de werking van elektrische voertuigen beïnvloeden. De in onze voertuigen gebruikte elektronica kan eventueel zwakke elektromagnetische storingen veroorzaken.
Veiligheidsvoorschriften voor het rijden/voortduwen Gevaar voor verwondingen door kantelen van de elektrische rolstoel. • Hellingen slechts tot het maximaal veilige stijgingspercentage op- en afrijden (zie het hoofdstuk "Technische gegevens" vanaf pagina 165). • Controleer voor het oprijden van een helling of de rugleuning in verticale en de zitting in horizontale positie staan! Wij raden u aan om de rugleuning en (indien aanwezig) de zitkanteling bij het afrijden van een helling iets naar achteren te kantelen! •...
Pagina 24
Gevaar dat u bij ongunstige weersomstandigheden, bijv. extreme kou, op een geïsoleerde plaats niet verder kunt. • Wanneer uw beweeglijkheid sterk beperkt is, dient u bij ongunstige weersomstandigheden NIET zonder begeleider in uw elektrische rolstoel te gaan rijden. Gevaar voor verwondingen wanneer uw voet tijdens de rit van de voetensteun glijdt en onder de elektrische rolstoel komt.
Veiligheidsvoorschriften voor rolstoelen met hoog/laag verstelling ATTENTIE, WANNEER UW ROLSTOEL OVER EEN HOOG/LAAG VERSTELLING BESCHIKT: Gevaar voor verwondingen door kantelen van de elektrische rolstoel. • Overschrijd nooit de maximale belasting (zie het hoofdstuk "Technische gegevens" vanaf pagina 165). • Vermijd gevaarlijkse rijdsituaties wanneer de hoog/laag verstelling omhooggebracht is, zoals het rijden over stoepranden, steile hellingen enz.
Veiligheidsvoorschriften bij onderhoudswerkzaamheden en veranderingen aan de rolstoel ATTENTIE: gevaar voor letsel en schade aan de rolstoel, als de vering wordt versteld zonder dat het blokkeermechanisme van de voorste anti-tipwielen opnieuw werd afgesteld! • Als de stugheid van de vering wordt versteld, moet het blokkeermechanisme van de voorste anti-tipwielen absoluut gecontroleerd en eventueel opnieuw afgesteld worden!
De belangrijkste onderdelen 1) Toets voor het ontkoppelen van de aandrijving (op duwbeugel) 2) Handwiel voor het instellen van de hoogte van de duwbeugel 3) Knop voor het verstellen van de hoek van de armsteun (parallel verstelbare armsteunen) 4) Rijpaneel 5) Ring voor het instellen van de vering 6) Aandrijfwiel...
In- en uitstappen Belangrijke instructies voor het in- en uitstappen! Om aan de zijkant in en uit te kunnen stappen, moet de armsteun – afhankelijk van de uitvoering – ofwel opgeklapt of compleet verwijderd worden. In combinatie met de meebewegende armsteun kan optioneel een kledingbeschermer geïnstalleerd zijn.
Parallel verstelbare armsteun opklappen / kledingbeschermer verwijderen (optie) Armsteun omhoog zwenken • Armsteun omhoog zwenken, zodat u via de zijkant kunt instappen. Kledingbescherming (optie) voor het instappen verwijderen: • Klemhendel (1) losmaken. • Kledingbescherming uit de houder trekken.
Pagina 31
Instappen: • Zet de rolstoel zo dicht mogelijk bij uw stoel. Laat dit eventueel door iemand anders doen. • Schakel uw rolstoel uit. • Zet de rolstoel op de handrem (indien aanwezig). • Verwijder het zijgedeelte of zwenk dit omhoog. •...
Rijden OPMERKING De maximale belading die onder de technische gegevens wordt genoemd, geeft alleen aan, dat het systeem voor dit gewicht is geconstrueerd. Dat betekent echter niet, dat men te allen tijde een persoon met dit lichaamsgewicht in de rolstoel kan zetten. Er moet tevens rekening met de lichaamsproporties, zoals bijv.
Pagina 33
• dat de achteruitkijkspiegel (indien aanwezig) zo is ingesteld, dat u altijd achteruit kunt kijken, zonder naar voren te hoeven buigen of uw zitpositie op een andere manier te hoeven veranderen. De rolstoel met transmissieloze aandrijving rijdt zeer dynamisch! Houd er rekening mee dat transmissieloze motoren zeer krachtig zijn! Daardoor rijdt een rolstoel met een transmissieloze aandrijving dynamischer dan een rolstoel met een gewone motor.
Parkeren en stilstand Wanneer u uw voertuig parkeert of wanneer het voertuig langere tijd stilstaat: • Schakel de bedieningskast uit (AAN/UIT-toets). • Schakel de wegrijblokkering (indien aanwezig) in. Over hindernissen rijden Uw elektrische rolstoel is uitgerust met een automatisch blokkeersysteem voor de voorste anti- tipwielen.
Oprijden Juist • Rijd in een rechte hoek en langzaam naar een hindernis of de stoeprand. Vermeerder vlak voordat de voorwielen bijv. de stoeprand raken snelheid en verminder pas snelheid wanneer ook de achterwielen over de hindernis zijn gereden. Onjuist Afrijden •...
Hellingen Informatie met betrekking tot het maximale hellingspercentage staat in hoofdstuk "Technische gegevens" vanaf pagina 165. ATTENTIE: gevaar voor kantelen! • Rijd met max. 2/3 van de maximumsnelheid van hellingen! Vermijd abrupt remmen wanneer u op een helling rijdt! • Zet altijd de rugleuning resp. de kantelzitting rechtop voordat u over hellingen rijdt! Wij raden u aan om de rugleuning en (indien aanwezig) de kantelzitting iets naar achteren te kantelen voordat u van de helling naar beneden rijdt! •...
Duwwerking De motoren van de rolstoel zijn voorzien van magneetremmen die voorkomen dat de rolstoel ongecontroleerd gaat rollen wanneer de bedieningskast uitgeschakeld is. Om de rolstoel te duwen, moeten de magneetremmen met de hand worden ontkoppeld. Motoren zonder tandwielkast elektrisch ontkoppelen ATTENTIE! Gevaar door het ongecontroleerd wegrollen van het voertuig! •...
Pagina 38
Motoren loskoppelen: • Op de toets (1) drukken. Er klinkt ca. 1 seconde lang een pieptoon. De motoren blijven zo lang losgekoppeld, tot de toets weer wordt ingedrukt (als de pieptoon niet hoorbaar is, of na ca. 1 seconde niet weer uitgaat, dan is sprake van een storing. Neem in dat geval contact op met uw leverancier.).
Motoren zonder tandwielkast handmatig loskoppelen (noodkoppeling) ATTENTIE: gevaar door ongecontroleerd wegrollen van het elektrische voertuig! • In ontkoppelde toestand (schuifwerking in vrijgeschakelde toestand) werken de motorremmen niet! Wanneer het voertuig wordt weggezet, moet de koppeling in ieder geval in de positie “Rijden”...
Pagina 42
Onderzijde 1) Oplaadcontact 2) Programmeercontact Achterzijde Contact voor buddy-button 1 (komt overeen met de toets "Rijmodus activeren/doorschakelen"). Contact voor buddy-button 2 (komt overeen met de toets "AAN/UIT") Contact voor buddy-button 3 (komt overeen met de toets "Verstelmodus activeren/doorschakelen"). Contact voor buskabel...
AAN/UIT-diode (statusaanduiding) OPMERKING De AAN/UIT-Diode (in het sleutelsymbool) dient zowel voor de aanduiding van de status als voor foutmeldingen. Storingscodes zie het hoofdstuk "Foutcodes en diagnosecodes" op pagina 52. Aanduiding accustatus • Aanduiding accustatus Alle diodes branden: volledige reikwijdte! • Alleen de rode diodes branden: Beperkte reikwijdte! •...
Wegrijblokkering activeren/deactiveren Wegrijblokkering activeren Wegrijblokkering • Besturingskast inschakelen. • Met het uiteinde van de magneetsleutel (Invacare® Logo) over het sensorbereik (1) op de besturingskast bewegen (sleutelsymbool). De claxon klinkt eenmaal kort. De besturingskast schakelt automatisch uit. De wegrijblokkering is geactiveerd.
Buddy-buttons op de besturingskast gebruiken Wat is een buddy-button? Een buddy-button is een extra toets waarmee een functie van de besturingskast kan worden geactiveerd. De contacten voor de buddy-buttons zitten aan de achterzijde van de besturingskast. Contact 1 (komt overeen met de toets "Rijmodus activeren/deactiveren").
• Veranderingen aan het rijprogramma mogen uitsluitend door geschoolde Invacare®- leveranciers worden uitgevoerd! • Invacare® levert het elektrische voertuig af fabriek met een standaard rijprogramma. Een garantie voor een veilig rijgedrag van het elektrische voertuig – met name de kantelstabiliteit –...
7.6.1 Zo reageert de rolstoel op bewegingen van de joystick De besturing gebeurt via de gescheiden besturing van de aandrijfwielen, en wordt gebruikt bij rolstoelen met voorwiel-, achterwiel- of een centrale besturing. Bewegingsrichting Hoe verder de joystick in een bepaalde richting wordt bewogen, hoe dynamischer de rolstoel reageert.
Elektrische verstelopties bedienen Elektrische verstelopties, zoals elektrische beensteunen of een elektrische rugleuning, worden met de joystick bediend. 7.7.1 Verstelmodus activeren • Druk op de toets "Verstelmodus activeren" (A). Het rijpaneel gaat naar de laatst gebruikte verstelmodus. De aanduiding van rijmodus (B) wisselt naar het betreffende symbool (één van de onderstaande symbolen).
Als het rijpaneel dienovereenkomstig is geprogrammeerd, kan men door meermaals op de verstelmodustoets te drukken naar andere modi, zoals de lichtmodus of de ECU-modus (Environment Control Unit), gaan. De REM 24 SD met standaardprogrammering ondersteunt alleen de verstelfunctie. Bij vragen hierover kunt u contact opnemen met uw Invacare- leverancier. 7.7.2 Versteloptie selecteren en bedienen •...
7.7.3 Terugkeren naar de rijmodus • De toets "Rijmodus activeren/doorschakelen" (A) kort indrukken. Het rijpaneel schakelt terug naar de laatst gebruikte rijmodus. De aanduiding geeft het rijniveau (B) aan.
Storingsdiagnose Als de elektronica een onjuiste functie aangeeft, raadpleeg dan het onderstaande overzicht om de storing te lokaliseren. OPMERKING Controleer voor elke diagnose eerst of de rij-elektronica is ingeschakeld. Als de statusaanduiding UIT is Controleer of de rij-elektronica is INGESCHAKELD. Controleer of alle kabels correct zijn aangesloten.
7.8.1 Foutcodes en diagnosecodes De rij-elektronica is in staat om een storing zelf te verhelpen. In dat geval dooft de knipperende statusaanduiding. Schakel de besturingskast daarvoor meermaals uit en weer in. Wacht eventueel ca. 5 seconden voordat u de besturingskast weer inschakelt. Als de storing hierdoor niet is verholpen, localiseer de storing dan aan de hand van de onderstaande knippercodes.
Pagina 53
KNIPPER- STORING DIRECTE MAATREGELEN OVERIGE HULP CODE Rechter motor defect • • Motor Contact opnemen met controleren/vervangen leverancier Storing/remfout bij • • Stekkerverbindingen Contact opnemen met linker motor. controleren leverancier Aansluiting los/defect of motor defect. Linker motor • Motor koppelen. Rijpaneel losgekoppeld (bij uit- en weer inschakelen.
Pagina 54
KNIPPER- STORING DIRECTE MAATREGELEN OVERIGE HULP CODE Motoren overbelast. • Rijpaneel uit- en weer inschakelen Compatibiliteitsproble- • Contact opnemen met men tussen de leverancier modules.
De rolstoel aanpassen aan de zithouding van de gebruiker ATTENTIE: beschadiging van de rolstoel en gevaar voor ongevallen! Bij diverse combinaties van verstelopties kan een botsing tussen de beensteunen en het chassis c.q. tussen de voetplaten en de grond ontstaan! Dit is met name het geval bij een rolstoel met zitlift! •...
Aanpassingsmogelijkheden van de armsteunen en de besturingskast 8.1.1 De besturingskast aan de armlengte van de gebruiker aanpassen Voorwaarden: • Inbussleutel 3 mm • Inbusbout losdraaien (1). • Rijpaneel op de gewenste lengte instellen door het naar voren en achteren te bewegen. •...
8.1.2 De hoogte van de besturingskast instellen • Eén of beide vleugelbouten (1 en 2) losdraaien, die een verstelling van de hoogte van het bedieningskast mogelijk maakt. • Bedieningskast op de gewenste hoogte instellen. • Bouten weer vastdraaien.
8.1.4 Hoogte van de parallel verstellbare armsteunen instellen Voorwaarde: • Inbussleutel 2 mm • Schroeven (1) met de inbussleutel 2 mm aan beide zijden van de spindel losdraaien. • Spindel met de wijzers van de klok mee (A) draaien. De armsteun wordt omhoog gebracht. •...
8.1.5 Hoek van de armsteun met de meebewegende armsteun instellen Voorwaarden: • Inbussleutel 4 mm • Steeksleutel 10 mm • Bout voor het verstellen van de hoek van de armsteun (1, binnenzijde van armsteun) met de inbussleutel losdraaien, eventueel de moer (2, buitenzijde) met de steeksleutel borgen.
8.1.6 Breedte van de armleuningen instellen De afstand tussen de zijdelen kan aan beide zijden 5,5 cm versteld worden (11 cm in totaal). Voorwaarden: • Inbussleutel 8 mm Waar vind ik de verstelschroeven? De onderstaande afbeelding toont de positie van de schroeven (1), waarmee de armsteunen in de breedte versteld kunnen worden (op de afbeelding is alleen de linkerzijde zichtbaar).
Pagina 62
Instelling uitvoeren • Schroef (1) losdraaien. • Armsteun op de gewenste positie instellen. • Schroef weer vastdraaien. • Procedure voor de andere armsteun herhalen.
De hoek van de zitting handmatig instellen De handmatige zithoekverstelling heeft een verstelbaar bereik van 0° tot 20°. De zithoek wordt met behulp van een spindel ingesteld, die zich aan de voorzijde onder het zitframe bevindt. Bij het verstellen van de zithoek moet erop worden gelet, dat de draadstang niet helemaal uit de spindel wordt gedraaid, maar ten minste nog 1 cm van de stang in de spindel blijft zitten.
Pagina 64
• Contramoer (1) van de spindel losmaken. • Zithoek instellen door de spindel (2) te draaien. • Contramoer weer vastdraaien.
Rugleuning handmatig instellen 8.3.1 Rugleuning met behulp van gasdrukveer instellen De hendel voor het verstellen van de rugleuning zit aan de andere zijde dan het rijpaneel onder de armsteun. Rugleuning instellen: • Hendel (1) naar boven trekken. • Rugleuning door naar voren of achteren leunen instellen.
8.3.1.1 Rugleuning met behulp van de geperforeerde plaat instellen De hoek van de rugleuning heeft zes standen, van -10° tot +30°. • Handbouten (1) aan beide zijden losdraaien en verwijderen. • De rugleuning wordt door de keuze van een combinatie uit één van de beide boorgaten in het frame van de rugleuning en één van de zes boorgaten in de fixeerplaat ingesteld.
48. Instructie voor de werking van de lift bij temperaturen onder 0°C Elektrische rolstoelen van Invacare® zijn voorzien van een veiligheidsmechanisme, zodat overbelasting van de elektronische componenten wordt voorkomen. Bij temperaturen onder het vriespunt kan dit er met name toe leiden dat de actuator van de lift na een bedrijfstijd van ca. 1 seconde wordt uitgeschakeld.
Aflegplaat instellen en verwijderen ATTENTIE: Gevaar voor verwondingen c.q. materiële schade als de elektrische rolstoel, die met een tafel is uitgerust, in een transportvoertuig wordt getransporteerd! • Een eventueel aanwezige tafel voor het transport altijd verwijderen! 8.5.1 Zijdelings instellen van de aflegplaat •...
8.5.2 Diepte van aflegplaat instellen/aflegplaat verwijderen • Draai de vleugelmoer (1) los. • Stel de tafel in op de gewenste hoogte (of verwijder hem compleet). • Draai dan de moer weer vast. 8.5.3 Aflegplaat terzijde zwenken LET OP: Gevaar voor letsel! Als de tafel naar boven wordt gezwenkt, vergrendelt hij niet in die positie! •...
Pagina 71
Het tafelblad, zoals afgebeeld, naar boven en naar de zijkant wegzwenken, zodat u gemakkelijk in en uit kunt stappen.
Vering/blokkeermechanisme van de anti-tipwielen instellen De Invacare Zephyr kan met drie verschillende veertypen worden uitgerust. De stugheid van de veren moet op het gewicht van de gebruiker worden afgestemd. Bij een te harde vering vermindert het rijcomfort, bij een de zachte vering rijdt de elektrische rolstoel sponzig.
Pagina 73
De stugheid van de veer kan door de inbouw van een ander veertype worden veranderd. Dit mag echter alleen door een geautoriseerde Invacare-dealer worden uitgevoerd! Door de kartelmoer (1) te draaien, kan bovendien een exacte instelling van de stugheid worden bereikt. De afstand (2) tussen kartelmoer en het uiteinde van de schroefdraad moet altijd tussen 11 en 20 mm liggen.
8.6.2 Demping achter instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 4 mm • 1x platte schroevendraaier • Houten blok, hoogte ca. 13 cm • Elektrische rolstoel achter opbokken met het houten blok. De achterwielen moeten ca. 1 - 2 cm boven de grond zitten.
Pagina 75
• Bout (1) met de inbussleutel losdraaien en verwijderen. • Reflector/afdekkap verwijderen. • Bout (1) er met de schroevendraaier voorzichtig uitnemen.
Pagina 76
• Bout helemaal verwijderen. • Schokdemper uit de bovenste lagerbok nemen. • Demping met behulp van de dempingsregelaar (1) instellen: Naar rechts = meer demping, naar links = minder demping. • De montage gebeurt in omgekeerde volgorde.
8.6.3 Demping voor instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 4 mm • 1x platte schroevendraaier • 1x krik • Elektrische rolstoel met de krik aan die kant optillen, waarop de demping moet worden ingesteld. De voorwielen moeten ca. 1 - 2 cm boven de grond zijn opgetild.
Pagina 78
• Bout (1) met de inbussleutel losdraaien en verwijderen. • Reflector/afdekkap verwijderen. • Bout (1) er met de schroevendraaier voorzichtig uitnemen.
Pagina 79
• Bout helemaal verwijderen. • Schokdemper uit de bovenste lagerbok helemaal verwijderen. • Demping met behulp van de dempingsregelaar (1) instellen: Naar rechts = meer demping, naar links = minder demping. • De montage gebeurt in omgekeerde volgorde.
8.6.4 Blokkeermechanisme van de anti-tipwielen instellen Voorwaarden: • Inbussleutel of metalen pen tot een diameter van 4 mm • Platte schroevendraaier, schachtlengte vanaf ca. 20 cm • Voelermaat 0,60 mm • Houten blok, hoogte ca. 13 cm • Achterste bekleding verwijderen.
Pagina 81
• Elektrische rolstoel achter opbokken met een houten blok. De achterwielen moeten ca. 1 - 2 cm vrij zijn van de grond. • De activeringen (1) van het blokkeermechanisme bevinden zich altijd tussen coulisse en batterijvak.
Pagina 82
• De activering bestaat uit een veergelagerde bout (1) en een langwerpige moer (2) met een gleuf aan het achterste uiteinde voor het aanbrengen van een platte schroevendraaier. • Spleetmaat (A) met de voelermaat controleren. De afstand tussen de bout en de neus van het blokkeermechanisme moet 0,6 mm bedragen.
Pagina 83
• De bout (1) met de metalen pen tegen doordraaien borgen. • Schroevendraaier in de gleuf van de verstelmoer plaatsen.
Pagina 84
Het anti-tipwiel moet direct volledig blokkeren. • Als het anti-tipwiel na meerdere instelpogingen niet bij een ontlast achterwiel blokkeert, moet de rolstoel onmiddellijk voor onderhoud naar een geautoriseerde Invacare-leverancier worden gebracht! • Dezelfde procedure voor de andere zijkant herhalen.
Voet- en beensteunen instellen In het midden gemonteerde beensteunen 9.1.1 Elektrische beensteun De elektrische beensteun wordt met het rijpaneel bediend. Zie hiervoor het hoofdstuk "Elektrische verstelopties bedienen" op pagina 48. Als opstaphulp kan de elektrische beensteun helemaal omlaag worden gezwenkt. Zet de zitting daarvoor met behulp van de lift c.q.
9.1.1.1 Elektrische beensteun als sta-op-hulp helemaal laten zakken Let op! Door een onjuiste bediening kan de beensteun beschadigd raken. • Volg de onderstaande instructies nauwkeurig op. In en uit de rolstoel stappen. • Stel de zithoogte en zithoek op een voor u aangename positie in.
Pagina 87
Voetplaten omhoog brengen • U zit in de rolstoel. • Zet uw beide voeten naast de voetplaten. • Druk op de activeringshendel (1). De voetplaten gaan automatisch omhoog in de bovenste stand. • Laat de hendel (1) los en zet uw beide voeten op de voetplaten.
Pagina 88
Let op! Door een onjuiste bediening kan de beensteun beschadigd raken. • Controleer eerst of de voetplaten in de bovenste stand staan, voordat u de hoek van de beensteun gaat verstellen. • Het veronachtzamen van deze waarschuwing leidt tot beschadiging van de beensteun. Hoek van de beensteun verstellen.
9.1.2 Instelbare beensteunen 9.1.2.1 Hoek instellen Voorwaarden: • 1x steeksleutel 10 mm • De contramoer (1) met de steeksleutel losdraaien. • Beensteunen in de gewenste stand zetten door de spindel (2) te draaien. • Contramoer weer vastdraaien.
9.1.2.2 Lengte van de beensteunen instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Bevestigingsbouten (1) met de inbussleutel losdraaien. • Beensteunen op de gewenste hoogte schuiven. • Bevestigingsbouten weer vastdraaien.
9.1.2.3 Kuitplaat op de kuitbreedte van de gebruiker instellen De kuitplaat van de beensteun kan aan de kuitbreedte van de gebruiker worden aangepast door deze naar binnen of buiten te buigen. • Kuitplaat op de gewenste breedte buigen.
9.1.2.4 Hoek van de voetplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Voetplaat opklappen om bij de stelbouten te komen. • Stelbouten (1) met de inbussleutel instellen. • Voetplaat weer neerklappen.
Aan de zijkant gemonteerde beensteunen 9.2.1 Standaard voetensteun met vooraf ingestelde hoek 9.2.1.1 Voetensteun naar buiten zwenken en/of verwijderen De kleine ontgrendelknop bevindt zich op het bovenste deel van de voetensteun. Als de voetensteun ontgrendeld is, kan deze naar binnen of buiten worden gezwenkt om gemakkelijker in te kunnen stappen, of compleet worden verwijderd.
9.2.1.2 Hoek van de beensteun instellen LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! Voorwaarden: •...
Pagina 95
• Bout (1) met de inbussleutel losdraaien. • De gewenste hoek instellen. • Bout weer vastdraaien.
9.2.1.3 Eindaanslag van de voetensteun instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 6 mm • 1x steeksleutel 10 mm De eindpositie van de voetensteun wordt door een rubberen stop (1) bepaald. De rubberen stop kan in- of uitgeschroefd worden (A) c.q. naar boven of onderen worden verschoven (B).
Pagina 97
• Bout (1) met de inbussleutel losdraaien en de voetensteun naar boven zwenken, zodat deze tegen de rubberen stop komt. • Contramoer (1) met de steeksleutel losdraaien.
Pagina 98
• Rubberen stop in de gewenste positie zetten. • Contramoer weer vastdraaien. • Voetensteun in de gewenste positie zetten. • Bout weer vastdraaien.
9.2.1.4 Lengte van de voetensteun instellen LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! Voorwaarden: •...
9.2.2 Handmatig in hoogte verstelbare beensteun 90° - 0° 9.2.2.1 Beensteun naar buiten zwenken en/of verwijderen De kleine ontgrendelknop bevindt zich op het bovenste deel van de beensteun. Als de beensteun ontgrendeld is, kan deze naar binnen of buiten worden gezwenkt om gemakkelijker in te kunnen stappen, of compleet worden verwijderd.
9.2.2.2 Hoek van de beensteun instellen LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! •...
9.2.2.3 Eindaanslag van de beensteun instellen Voorwaarden: • 1x steeksleutel 10 mm De eindpositie van de beensteun wordt door een rubberen stop (A) bepaald. De rubberen stop kan in- of uitgeschroefd worden (A) c.q. naar boven of onderen verschoven worden (B).
Pagina 103
• Klemhendel (1) lostrekken en de beensteun naar boven zwenken, zodat deze tegen de rubberen stop komt. • Contramoer (1) met de steeksleutel losdraaien.
Pagina 104
• Rubberen stop in de gewenste positie zetten. • Contramoer weer vastdraaien. • Voetensteun in de gewenste positie zetten. • Klemhendel weer vasttrekken.
9.2.2.4 Lengte van de beensteun instellen LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! Voorwaarden: •...
9.2.2.5 Diepte van de kuitplaat instellen De diepte van de kuitplaat kan via de bevestigingsplaat worden ingesteld. Door de gatencombinatie van de bevestigingsplaats kunnen 5 verschillende diepten worden ingesteld. Voorwaarden: • 1x steeksleutel 10 mm • Moer (1) met de steeksleutel losdraaien en verwijderen. •...
9.2.2.6 Hoogte van de kuitplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 4 mm • Bouten (1) met de inbussleutel losdraaien. • De gewenste positie instellen. • Bouten weer vastdraaien.
9.2.2.7 Kuitplaat voor het uitstappen eerst ontgrendelen en naar achteren zwenken • Kuitplaat recht naar beneden drukken. De kuitplaat is ontgrendeld. • Beensteun ontgrendelen en naar buiten zwenken. De kuitplaat zwenkt dan vanzelf naar achteren...
• Been over de enkelriem tillen en op de grond zetten. 9.2.2.8 De hoek van de verstelbare voetplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Beide fixeerbouten van de voetplaat met de inbussleutel losdraaien. • De gewenste hoek instellen. •...
9.2.2.9 De hoek en diepte van de verstelbare voetplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Fixeerbout van de voetplaat (1) met de inbussleutel losdraaien. • De voetplaat in de gewenste hoek c.q. diepte instellen. • Bout weer vastdraaien.
9.2.3 Handmatig in hoogte verstelbare beensteun 80° - 0° met ergonomische lengtecompensatie 9.2.3.1 Beensteun naar buiten zwenken en/of verwijderen De kleine ontgrendelknop bevindt zich op het bovenste deel van de beensteun. Als de beensteun ontgrendeld is, kan deze naar binnen of buiten worden gezwenkt om gemakkelijker in te kunnen stappen, of compleet worden verwijderd.
9.2.3.2 Hoek van de beensteun instellen LET OP: Gevaar voor beknelling! • Niet in het draaibereik van de beensteun grijpen! LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! •...
Pagina 113
• Laten zakken: beensteun ter hoogte van de voetplaat vasthouden, aan de hendel aan de zijkant trekken (1) en de beensteun langzaam laten zakken.
9.2.3.3 Lengte van de beensteun instellen LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! Voorwaarden: •...
9.2.3.4 Diepte van de kuitplaat instellen De diepte van de kuitplaat kan via de bevestigingsplaat worden ingesteld. Door de gatencombinatie van de bevestigingsplaats kunnen 5 verschillende diepten worden ingesteld. Voorwaarden: • 1x steeksleutel 10 mm • Moer (1) met de steeksleutel losdraaien en verwijderen. •...
9.2.3.5 Hoogte van de kuitplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 4 mm • Bouten (1) met de inbussleutel losdraaien. • De gewenste positie instellen. • Bouten weer vastdraaien.
9.2.3.6 Kuitplaat voor het uitstappen eerst ontgrendelen en naar achteren zwenken • Kuitplaat recht naar beneden drukken. De kuitplaat is ontgrendeld. • Beensteun ontgrendelen en naar buiten zwenken. De kuitplaat zwenkt dan vanzelf naar achteren...
• Been over de enkelriem tillen en op de grond zetten. 9.2.3.7 De hoek van de verstelbare voetplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Beide fixeerbouten van de voetplaat met de inbussleutel losdraaien. • De gewenste hoek instellen. •...
9.2.3.8 De hoek en diepte van de verstelbare voetplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Fixeerbout van de voetplaat (1) met de inbussleutel losdraaien. • De voetplaat in de gewenste hoek c.q. diepte instellen. • Bout weer vastdraaien.
9.2.4 Elektrisch in hoogte verstelbare beensteun 80° - 0° met ergonomische lengtecompensatie 9.2.4.1 Beensteun naar buiten zwenken en/of verwijderen De kleine ontgrendelknop bevindt zich op het bovenste deel van de beensteun. Als de beensteun ontgrendeld is, kan deze naar binnen of buiten worden gezwenkt om gemakkelijker in te kunnen stappen, of compleet worden verwijderd.
9.2.4.2 Hoek van de beensteun instellen LET OP: Gevaar voor beknelling! • Niet in het draaibereik van de beensteun grijpen! LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! De elektrisch in hoogte verstelbare beensteun wordt via het rijpaneel bediend.
9.2.4.3 Lengte van de beensteun instellen LET OP: Gevaar voor letsel door een onjuiste instelling van de voet- en beensteunen! • Voor en tijdens elke rit moet er absoluut op worden gelet, dat de beensteunen de voorwielen en de grond niet raken! Voorwaarden: •...
9.2.4.4 Diepte van de kuitplaat instellen De diepte van de kuitplaat kan via de bevestigingsplaat worden ingesteld. Door de gatencombinatie van de bevestigingsplaats kunnen 5 verschillende diepten worden ingesteld. Voorwaarden: • 1x steeksleutel 10 mm • Moer (1) met de steeksleutel losdraaien en verwijderen. •...
9.2.4.5 Hoogte van de kuitplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 4 mm • Bouten (1) met de inbussleutel losdraaien. • De gewenste positie instellen. • Bouten weer vastdraaien.
9.2.4.6 Kuitplaat voor het uitstappen eerst ontgrendelen en naar achteren zwenken • Kuitplaat recht naar beneden drukken. De kuitplaat is ontgrendeld. • Beensteun ontgrendelen en naar buiten zwenken. De kuitplaat zwenkt dan vanzelf naar achteren...
• Been over de enkelriem tillen en op de grond zetten. 9.2.4.7 De hoek van de verstelbare voetplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Beide fixeerbouten van de voetplaat met de inbussleutel losdraaien. • De gewenste hoek instellen. •...
9.2.4.8 De hoek en diepte van de verstelbare voetplaat instellen Voorwaarden: • 1x inbussleutel 5 mm • Fixeerbout van de voetplaat (1) met de inbussleutel losdraaien. • De voetplaat in de gewenste hoek c.q. diepte instellen. • Bout weer vastdraaien.
Elektriciteit 10.1 Beveiliging van de voertuigelektronica De voertuigelektronica van het voertuig is voorzien van een beveiliging tegen overbelasting. Wanneer de aandrijving gedurende langere tijd wordt overbelast (bijv. bij het oprijden van steile hellingen) en met name wanneer de buitentemperatuur daarbij erg hoog is, kan de elektronica oververhit raken.
OPMERKING Een defecte hoofdzekering mag uitsluitend na controle van de hele elektrische installatie worden vervangen. Dit moet door een Invacare-leverancier worden gedaan. Het zekeringstype vindt u in hoofdstuk "Technische gegevens" Op pagina 165. De gehele elektrische installatie van de rolstoel wordt door de hoofdzekering tegen overbelasting beschermd.
10.2 Accu‘s 10.2.1 Informatie over accu‘s Het elektrische voertuig wordt gevoed door twee 12 V accu‘s. De accu‘s zijn onderhoudsvrij en hoeven alleen regelmatig te worden opgeladen. Nieuwe accu‘s moeten voor het eerste gebruik altijd eenmaal volledig worden opgeladen. Nieuwe accu‘s hebben niet eerder hun volledige capaciteit dan nadat ze ca.
Pagina 131
Voor het opladen van de accu's dient gebruik gemaakt te worden van een oplader welke goedgekeurd is op isolatieklasse 2. Dit houdt in dat de oplader geschikt is voor onbewaakt bedrijf. De opladers welke Invacare® bij de elektrische rolstoel levert (optioneel) voldoen aan deze eis.
ATTENTIE: Gevaar voor explosies en gevaar voor onherstelbare schade aan de accu‘s wanneer een onjuiste lader wordt gebruikt! • Gebruik alleen de bij uw voertuig geleverde lader c.q. een door Invacare® geadviseerde lader! Gevaar voor verwondingen door een schok en gevaar voor onherstelbare schade aan de lader wanneer deze nat wordt! •...
Pagina 133
Accu‘s opladen • Schakel de elektrische rolstoel m.b.v. het bedieningskast uit. • Sluit het oplaadapparaat op het bedieningskast aan. De laadbus bevindt zich aan de onderzijde van het bedieningskast (1). • Sluit het oplaadapparaat op de stroom aan en schakel het eventueel in.
10.2.3 Accu‘s monteren en demonteren ATTENTIE: Gevaar voor verwonding wanneer de accu‘s bij montage- en onderhoudswerkzaamheden ondeskundig worden behandeld! • De accu‘s mogen uitsluitend door erkend, deskundig personeel gedemonteerd en gemonteerd worden! • Let op de waarschuwingen op de accu‘s! •...
10.2.3.1 Oude accu‘s verwijderen LET OP: Brand- en verbrandingsgevaar door overbrugging van de accupolen! • Bij het vervangen van de accu’s mogen de accupolen NIET met metalen onderdelen van de rolstoel in aanraking komen en zo overbrugd worden! • De doppen van de accupolen na vervanging van de accu’s weer aanbrengen! LET OP: Gevaar voor brand en brandwonden door beschadiging van de kabel van de accu! •...
Pagina 136
Bij een aanwezige zitlift moet de zitunit naar boven worden weggetrokken. Daarvoor moet de zuigerkop van de actuator ontgrendeld en uit zijn geleiding in de liftunit getrokken worden. • De zuigerstang van de actuator naar voren trekken om de zuigerkop te ontgrendelen, gelijktijdig de lift naar boven trekken tot het ontgrendelmechanisme (1) hoorbaar vergrendelt.
Pagina 137
• Afdekking naar voren trekken en verwijderen. • Vergrendelingsclip (1) met punttang verwijderen en de aanslagbout van de actuator- c.q. spindelhouder (bij handmatige zithoekverstelling) (2) verwijderen.
Pagina 138
• Schroeven (1) aan beide zijden met de inbussleutel 5 mm losdraaien en verwijderen. • Stopplaat naar voren uitnemen en verwijderen. • Actuator of spindel (bij handmatige zithoekverstelling) (1) naar voren toe wegtrekken.
Pagina 139
• Accukabel bij de polen losmaken en verwijderen. • Accu’s naar voren toe uitnemen.
Pagina 140
OPMERKING De installatie van nieuwe accu’s gebeurt in omgekeerde volgorde. Bij de installatie van nieuwe accu’s mogen geen kabels tussen de voorste accu en de actuator van de lift liggen! Deze kunnen door het bedienen van de lift beschadigd raken! FOUT! GOED!
Pagina 141
Vergrendelmechanisme van de zitlift weer ontgrendelen • Bij een aanwezige zitlift de zuigerstang van de actuator op het rijpaneel voorzichtig omhoog brengen, tot de zuigerkop (1) in de geleidingsrail van de houder (2) grijpt. De actuator ondersteunt nu de lift. •...
10.2.3.2 Correct omgaan met beschadigde accu‘s ATTENTIE: Etswonden door vrijkomende zuren bij beschadigde accu‘s! • Trek kleding die met het zuur in aanraking is gekomen, onmiddellijk uit! Na contact met de huid: • Bij contact met de huid, onmiddellijk met veel water spoelen! Na contact met de ogen: •...
Verzorging en onderhoud OPMERKING: Laat uw voertuig eenmaal per jaar door een erkende Invacare®-speciaalzaak controleren zodat u uw voertuig altijd veilig kunt gebruiken. Reiniging van het voertuig Let bij het reinigen van het voertuig op de volgende punten: • Gebruik uitsluitend een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel.
Pagina 144
Onderhoudswerkzaamheden Zitting- en rugkussen: - op correcte staat controleren. Zijgedeelte en armsteunen: - zijn alle bevestigingselementen gemonteerd? - kunnen de armsteunen/zijdelen zonder extra krachtsinspanning worden gede- en gemonteerd? - zijn de armsteunen in hun stand vergrendeld? Beensteunen: - vergrendelen de beensteunen zonder problemen (alleen bij afneembare beensteunen)? - werken de verstelmogelijkheden probleemloos? Banden:...
- alle onderdelen vooorzichtig reinigen. Indien nodig Laat uw voertuig eenmaal per jaar door een geautoriseerde Invacare®-dealer controleren, zodat de rijveiligheid en correcte werking behouden blijven. Een volledige checklist van de uit te voeren controle- en onderhoudswerkzaamheden zijn in het werkplaatshandboek...
"Technische gegevens" op pagina 165 of in de servicehandleiding, verkrijgbaar bij Invacare® (zie daarvoor de adressen en telefoonnummers in de paragraaf "Hoe bereikt u Invacare®?" op pagina 2). Wanneer u hulp nodig heeft, kunt u zich wenden tot uw Invacare®-leverancier. 12.1...
12.1.1 Een lekke band repareren (aandrijfwiel met een Gearless brushless-motor en pneumatische banden) EXPLOSIEGEVAAR! Het wiel explodeert wanneer u de lucht er voor de demontage niet uit laat lopen! • Voor de demontage absoluut de lucht uit de band laten lopen (pen in het midden van het ventiel indrukken)! Gevaar voor verwondingen! Wanneer het wiel bij de montage niet goed bevestigd is, kan het tijdens het rijden losraken!
Pagina 148
Demontage • Rolstoel opkrikken (houten blok onder het frame plaatsen). • Ventieldop losschroeven. • Band door indrukken van de veerpen in het ventiel (1) ontluchten. • 5 schroeven met verzonken kop (2) eruit draaien. • Velghelften verwijderen. • Binnenband uit het loopvlak halen. AANWIJZING Wanneer de oude binnenband wordt gerepareerd en weer wordt aangebracht en bij de reparatie nat is geworden, kan het gemakkelijk zijn wat talkpoeder op de binnenband aan te brengen.
Pagina 149
• Binnenband repareren en weer plaatsen c.q. vervangen. • Binnenband weer in de buitenband zetten. • Velghelften weer aanbrengen. • Schroeven met verzonken kop plaatsen en iets aandraaien. • Slang met wat lucht vullen. • Schroeven met verzonken kop met 25 Nm vastdraaien. •...
12.1.2 Lekke band voor repareren (velgtype 280/250-4) Voorwaarden: • Inbussleutel 5 mm • Steeksleutel 13 mm • Reparatieset voor binnenbanden of een nieuwe binnenband. • Talkpoeder Wiel demonteren • Voertuig opbokken (houten blok onder het frame leggen). • Met de inbussleutel aan de ene zijde en de steeksleutel aan de andere zijde (voor het tegenhouden) bout (1) losdraaien en verwijderen.
Pagina 151
Lekke band repareren • Ventieldopje losschroeven. • Band via ventiel ontluchten door op de veerpen te drukken. • 5 inbusbouten (1) losdraaien en verwijderen. • Buiten- en binnenband van de velghelften nemen. • Binnenband plakken en weer aanbrengen of een nieuwe binnenband nemen.
• Als het anti-tipwiel niet vanzelf terugkeert in de onderste uitgangspositie, moet de rolstoel onmiddellijk door een geautoriseerde Invacare-dealer worden gecontroleerd! • Als het anti-tipwiel tijdens het optillen blijft steken, moet het blokkeermechanisme worden ingesteld. Zie daarvoor het hoofdstuk "Blokkeermechanisme van de anti-...
Pagina 153
Correcte functie • De rolstoel aan de achterkant door een tweede persoon iets laten optillen, zodat de achterwielen zich ca. 1 cm boven de grond bevinden. • Anti-tipwiel (1) naar boven trekken. Het anti-tipwiel moet onmiddellijk volledig blokkeren. • Als het anti-tipwiel naar boven kan worden getrokken, moet het blokkeermechanisme worden ingesteld.
Transport ATTENTIE: Gevaar voor verwondingen c.q. materiële schade als de elektrische rolstoel, die met een tafel is uitgerust, in een transportvoertuig wordt getransporteerd! • Een eventueel aanwezige tafel voor het transport altijd verwijderen! 13.1 De rolstoel transporteren ATTENTIE: Gevaar voor kantelen als de rolstoel over een oprijplaat in een transportvoertuig wordt gereden, die steiler is dan de maximaal voorgeschreven hellingshoek c.q.
Pagina 155
• Rijd of duw de elektrische rolstoel over een geschikte voorziening in het transportvoertuig.
(bijv. GB) tot de standaardlevering van de rolstoel behoren; in andere landen kunnen ze echter ook optioneel via Invacare® worden aangeschaft. Deze elektrische rolstoel voldoet aan de eisen conform ISO 7176-19:2001 en mag in combinatie met een verrankeringssysteem dat conform ISO 10542 werd getest en goedgekeurd, als zitplaats in het voertuig worden gebruikt.
Pagina 157
LET OP: Er bestaat gevaar voor verwondingen wanneer de rolstoel bij gebruik als zitplaats niet volgens voorschrift is beveiligd! • De gebruiker dient indien mogelijk op één van de voertuigzittingen over te stappen en de veiligheidsgordel van het voertuig zelf te gebruiken! •...
13.2.1 Zo wordt de rolstoel voor gebruik als zitplaats in een voertuig vastgezet De elektrische rolstoel beschikt over vier verankeringspunten, die worden gekenmerkt door het rechts weergegeven symbool. Voor de bevestiging kunnen karabijnhaken of stroppen worden gebruikt. • Bevestig de rolstoel voor (1) (op de afbeelding is alleen de linkerzijde zichtbaar) en achter (2) met de riemen van het verankeringssysteem.
13.2.2 Zo wordt de gebruiker in de rolstoel vastgezet LET OP: Er bestaat gevaar voor verwondingen wanneer de gebruiker niet volgens voorschrift in de rolstoel wordt vastgezet! • Zelfs als de rolstoel met een bevestigingsgordel is uitgevoerd, is dat geen vervanging voor een veiligheidsgordel overeenkomstig de voorschriften van ISO 10542 in het transportvoertuig! •...
Pagina 160
De veiligheidsgordel mag niet door De bekkengordel dient ongehinderd en niet onderdelen van de rolstoel, zoals een te los tussen het bekken en het dijbeen van armsteun of wielen, uit de buurt van het de gebruiker te zitten. De optimale hoek lichaam van de gebruiker worden van de bekkengordel t.o.v.
Pagina 161
De in het transportvoertuig ingebouwde veiligheidsriem moet zoals rechts aangegeven worden bevestigd. 1) Middellijn van het lichaam 2) Midden van borstbeen...
13.3 De rolstoel voor het transport zonder inzittende vastzetten ATTENTIE: gevaar voor verwondingen! • Wanneer uw elektrische rolstoel niet over een van de onderstaand beschreven verankeringsmogelijkheden c.q. een vergelijkbaar verankeringssysteem beschikt, is het niet aan te bevelen de rolstoel in een ander voertuig te transporteren. •...
143. • Inspectie aan de hand van onderhoudsschema. Zie hiervoor a.u.b. de onderhoudshandleiding, die verkrijgbaar is bij Invacare®. • Aanpassing op de gebruiker. Zie hiervoor a.u.b. het hoofdstuk "De rolstoel aanpassen aan de zithouding van de gebruiker" op pagina 55.
Afvalverwerking • De verpakking wordt afgevoerd voor hergebruik van waardevolle stoffen. • De metalen onderdelen worden afgevoerd voor de verwerking van oude metalen. • De kunststof onderdelen worden afgevoerd voor de verwerking van kunststoffen. • Elektrische componenten en printplaten worden als elektronisch afval verwerkt. •...
Technische gegevens Toegestane bedrijfs- en opslagcondities Temperaturen bedrijf conform ISO • -25 tot +50°C 7176-9: Temperaturen voor opslag • -40 tot +65°C conform ISO 7176-9: Elektrisch systeem Motoren • 2 x 500 W Accu’s • 2 x 12V/60 Ah, lekvrij/gel Hoofdzekering •...
Pagina 166
Rijeigenschappen Snelheid • 6/9 km/h Max. kantelveilige hellingshoek • 11% (9°) Max. hindernishoogte • 8 cm Keerradius • 74 cm Reikwijdte conform ISO 7176 *** • 50 km Afmetingen Standaard Contour Flex Totale hoogte • 94 • 105 • 98 Breedte van de rijunit •...
Pagina 167
Afmetingen Standaard Contour Flex Zitbreedte (verstelbereik van de • 43 cm (44 - 48 • 48 cm (49 - 53 • 38 cm (39) armsteunen tussen haakjes) cm**) cm**) • 43 (44 - 48 cm**) • 43 cm (44 - 48 •...
Pagina 168
**** Gemeten zonder zitkussen ***** Het daadwerkelijke leeggewicht hangt van de uitvoering van de rolstoel af. Iedere Invacare® rolstoel wordt bij het verlaten van fabriek gewogen. Het gemeten leeggewicht (inclusief accu's) vindt u op het typeplaatje!
Met een stempel en handtekening wordt bevestigd dat alle in het inspectieschema van de onderhouds- en reparatiehandleiding genoemde werkzaamheden deskundig zijn uitgevoerd. De lijst met uit te voeren inspectiewerkzaamheden bevindt zich in de servicehandleiding, verkrijgbaar bij Invacare®. Overdrachtsinspectie jaarlijkse inspectie...