Bedrading
3.2
Aansluiting verbindingskabel separate uitvoering
3.2.1 Verbindingskabel Promag W en P
Kabelvoorbereiding verbindingskabel
Bereid de signaal- en spoelstroomkabel voor zoals hierna afgebeeld (detail A).
De soepele aders moeten van adereindhulzen worden voorzien (detail B).
Kabelvoorbereiding signaalkabel
Waarborg dat de kabeleindhulzen aan de sensorzijde de aderafscherming niet aanraken!
Minimale afstand = 1 mm (0,04 in), uitzondering "GND" = groene kabel.
mm (inch)
a* = 170 (6,69)
b* = 20 (0,79)
c = 80 (3,15)
d = 17 (0,67)
e = 8 (0,31)
f = 50 (1,97)
g = 1 (0,04)
m = adereindhulzen rood, 1,0 mm (0,04"); n = adereindhulzen wit, 0,5 mm (0,02")
* = Verwijderen isolatie alleen voor versterkte kabel
Kabelvoorbereiding spoelstroomkabel
Knip een ader van de drie-aderige kabel ter hoogte van de aderversterking af, er zijn voor
aansluiting slechts twee aders nodig.
mm (inch)
a* = 160 (6,3)
b* = 20 (0,79)
c = 70 (2,76)
d = 50 (1,97)
e = 8 (0,31)
f = 10 (0,39)
m = adereindhulzen rood, 1,0 mm (0,04"); n = adereindhulzen wit, 0,5 mm (0,02")
* = Verwijderen isolatie alleen voor versterkte kabel
28
Sensor
a*
b*
c
d
e
f
m
n
g
n
GND
n
m
Sensor
a*
b*
c
d
e
f
m
m
m
Meetversterker
a*
b
A
c
d
m
B
m
n
m
n
GND
m
n
n
Meetversterker
a*
b
c
A
d
e
m
B
m
m
Proline Promag 53
mm (inch)
a* = 100 (3,94)
b = 80 (3,15)
c = 50 (1,97)
d = 17 (0,67)
e = 8 (0,31)
e
A0008171
mm (inch)
a* = 90 (3,54)
b = 70 (2,76)
c = 50 (1,97)
d = 10 (0,39)
e = 8 (0,31)
A0008172
Endress+Hauser