10. Voer de naam van de correspondent in (max. 16
tekens) zoals u dat deed voor uw naam (zie "Nu
ontbreken uw naam en faxnummer nog", in het
hoofdstuk "Meteen aan de slag").
11. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets:
Op het display verschijnt:
ADRESBOEK
NIEUW NUMMER
Nu kunt u de procedure onderbreken of u kunt een
ander nummer programmeren.
12. Om de procedure te onderbreken, drukt u op de toets:
13. Om andere nummers te programmeren, herhaalt u de
procedure vanaf stap 4.
14. Indien u een functie terug wilt gaan, drukt u op de toets:
A
DRESBOEK PROGRAMMEREN VANAF DE HANDSET
1. Druk op de functietoets F2:
Als het adresboek leeg is, verschijnt op het display het
bericht "AGENDA LEEG". Indien u reeds contacten heeft
opgeslagen, geeft het display het eerste contact in alfa-
betische volgorde weer.
2. Druk op de functietoets F3:
Op het display verschijnt:
NAAM
_
3. Voer het nummer van de correspondent in (max. 16
tekens), via de alfanumerieke toetsen van het toetsen-
bord van de handset. Met de functietoets F2 (
kunt u van hoofdletters overgaan op kleine letters en
andersom. Om een verkeerde letter links van de cursor
te wissen, drukt u op de toets
4. Druk op de functietoets F3:
Op het display verschijnt:
NUMMER
_
5. Voer het nummer van de correspondent in (max. 48
cijfers), via de alfanumerieke toetsen van het toetsen-
bord van de handset. Om een verkeerd teken links van
de cursor te wissen, drukt u op de toets
6. Druk op de functietoets F3:
Op het display verschijnt:
MELODIE
1 2 3 4 5
7. Om de melodie te selecteren die u aan het contact wilt
koppelen (deze melodie wordt alleen op de handset
geactiveerd), drukt u op het bovenste of onderste deel
van de toets:
E
)
.
.
8. Druk op de functietoets F3:
Nu kunt u de procedure onderbreken of u kunt een
ander nummer programmeren.
9. Om de procedure te onderbreken, drukt u op de toets:
10. Om andere nummers te programmeren, herhaalt u de
procedure vanaf stap 2.
EN NUMMER UIT HET ADRESBOEK WIJZIGEN
E
EN NUMMER WIJZIGEN VANAF HET FAXTOESTEL
1. Druk op de toets:
Op het display verschijnt:
menu
CONF. ONTVANGST
2. Druk op de toetsen
tot op het display verschijnt:
menu
ADRESBOEK
3. Druk op de toets:
Op het display verschijnt:
ADRESBOEK
NIEUW NUMMER
4. Druk op de toetsen
tot op het display verschijnt:
ADRESBOEK
WIJZIGEN
5. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets:
Het display geeft het nummer en eventueel de naam
weer die gekoppeld zijn aan de eerste van 60 beschik-
bare posities (00-59) indien eerder geprogrammeerd.
6. Om het telefoonnummer of de naam te vinden die u wilt
wijzigen, kunt u:
1. Op de toetsen
drukken tot het gewenste nummer of
de naam op het display verschijnen.
of
2. Op de toets met de beginletter van de gewenste naam
drukken. Het faxtoestel zoekt de naam in alfabetische
volgorde op.
7. Om de instelling te bevestigen, drukt u op de toets:
Vanaf dit punt herhaalt u de procedure "Programme-
ring van het adresboek - Adresboek programme-
ren vanaf het faxtoestel" vanaf stap 7 om het num-
mer te wijzigen.
E
EN NUMMER WIJZIGEN VANAF DE HANDSET
1. Druk op de functietoets F2:
Op het display wordt, in alfabetische volgorde, de naam
(indien ingesteld) en het fax- of telefoonnummer weer-
gegeven die aan de 60 beschikbare posities gekop-
peld zijn (00-59).
3 3