Zon
De lamellencondensator
is in de koelmodus een
warmteafgevend onderdeel.
Instraling van de zon verhoogt
de temperatuur van de lamellen en
vermindert daardoor de warmteafvoer
van de lamellenwarmtewisselaar.
Het apparaat moet indien mogelijk
aan de noordzijde van het betreffende
gebouw worden geplaatst.
Indien mogelijk moeten er bouwkundige
voorzieningen worden aangebracht die
voor schaduw zorgen.
Dit kan ook gebeuren door een afkapping.
De uitstroom van warme lucht
mag door deze maatregelen echter
niet beïnvloed worden.
Wind
Als het apparaat op een winderige
plaats wordt geïnstalleerd, let er
dan op dat uitstromende warme
lucht met de hoofdwindrichting
mee wordt afgevoerd. Als dit niet
mogelijk is moeten er bouwkundige
eventueel een windscherm
geplaatst worden (afbeelding 3).
Let er op dat dit windscherm
geen negatieve invloed heeft op
de luchttoevoer naar het apparaat.
3
Windscherm
Wind
Sneeuw
In gebieden met sterke sneeuwval
moet het apparaat bij voorkeur tegen
een wand worden geïnstalleerd.
De montage dient dan min. 20 cm
boven de te verwachten sneeuwhoogte
te gebeuren, om het binnendringen van
sneeuw in de buitenunit te verhinderen
(afbeelding 4).
4
Minimale afstand tot sneeuw
Sneeuw
20 cm
AANWIJZING
Als gevolg van
de omgevingsinvloeden, zoals
bijv. regen, zon, wind en sneeuw,
verandert het gegenereerde koel-
of verwarmingsvermogen.
5
Plaatsing binnen een gebouw (koelbedrijf)
Warme lucht
Extra
ventilator
Licht-
Warme
schacht
lucht
Koud-
water-
generator
Opstelling binnen een gebouw
Zorg voor voldoende
■
warmteafvoer als het apparaat
in een kelder, op het dak,
in een aangrenzende ruimte
of in hallen wordt geplaatst
(afbeelding 5).
Installeer een extra ventilator,
■
met dezelfde luchtverplaatsing
als de in die ruimte op
te stellen buitenunit,
die de eventuele drukverliezen
in de luchtkanalen kan
compenseren (afbeelding 5).
Houd u zich aan de statische
■
en aan andere bouwtechnische
voorschriften en bepalingen in
verband met het gebouw en
voorzie evt. in geluidsdemping.
Waarborg een continue en
■
ongehinderde luchttoevoer
van buiten,indien mogelijk
door tegenover elkaar
liggende, voldoende grote
luchtopeningen (afbeelding 5).
Koude
frisse lucht
Licht-
schacht
23