Toelichting bij de symbolen en veiligheidsinstructies H Installatie, inbedrijfname en service Toelichting bij de symbolen en veiligheidsin- Laat de warmtepomp uitsluitend door een BRL gecer- structies tificeerde installateur installeren, in bedrijf stellen en onderhouden. Toelichting op de symbolen ▶ Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Waarschuwingen Bij waarschuwingen geven signaalwoorden de soort en de ernst van de H Elektrotechnische werkzaamheden...
De volledige tekst van de conformiteitsverklaring is via internet beschik- Warmte- 22-2 28-2 38-2 48-2 baar: www.bosch-thermotechniek.nl. pomp Typeplaat De typeplaat bevindt zich op de bovendeksel van de warmtepomp. Deze Tabel 3 Type-overzicht bevat informatie over het verwarmingsvermogen, artikelnummer, serie- De warmtepomp Compress 7000 LW mag alleen worden gebruikt in ge- nummer en de productiedatum.
Productbeschrijving Afmetingen, minimale afstanden en leidingaanslui- tingen ≥100 ≥350 546,5 266,5 0010031444 Afb. 5 Aansluitingen warmtepomp 22-28 kW Broncircuit UIT naar bodembron Broncircuit IN vanaf bodembron Retour vanaf boiler Retour vanaf cv-installatie 0010031443 Aanvoer naar cv-installatie en boiler Elektrische aansluitingen Afb.
Pagina 8
Productbeschrijving ≥100 ≥350 546,5 0010031445 Afb. 7 Aansluitingen warmtepomp 38-48 kW Broncircuit UIT naar bodembron Broncircuit IN vanaf bodembron Retour vanaf cv-installatie Aanvoer naar cv-installatie en boiler 0010031443 Elektrische aansluitingen Afb. 6 Afmetingen warmtepomp 38-48 kW Compress 7000 LW – 6721820219 (2020/09)
Installatievoorbereiding Cv-installatie spoelen Installatievoorbereiding OPMERKING ▶ Monteer een verbindingsleiding voor het bronsysteem, verwarmings- systeem naar de installatielocatie van de warmtepomp. Monteer de Schade aan de installatie vanwege objecten in de leiding! diverse aanvoer- en retourleidingen voor de cv-circuit(s) de bron aan- Objecten (vervuiling) in de leidingen zullen de doorstroming verminde- voer en retourleiding en de elektrische voeding en stuurstroomledin- ren en werkingsproblemen veroorzaken.
Installatie Installatie Transport en opslag VOORZICHTIG Gevaar voor lichamelijk letsel! Tijdens transport en installatie bestaat risico van beknellingsletsel. Tij- dens het onderhoud kunnen interne onderdelen van het toestel warm worden. ▶ De monteur is verplicht handschoenen te dragen tijdens transport, installatie en onderhoud.
Installatie 5.1.2 Installatie- en transportgereedschappen 0010031452 Afb. 9 Alternatief transport voor warmtepomp 22-48 kW Optillen van de warmtepomp 0010031453 Afb. 10 Alternatief transport voor warmtepomp 22-48 kW Uitpakken ▶ Verwijder de verpakking overeenkomstig de instructie op de verpak- king. ▶ Pak de meegeleverde accessoires uit. ▶...
Installatie Checklist Elke installatie is uniek. De volgende checklist beschrijft in het algemeen het installatieproces. 1. Plaats de warmtepomp op horizontaal oppervlak. Stel de hoogte in met behulp van de instelbare pootjes en zorg er voor dat het toestel waterpas is opgesteld. 2.
Installatie Aansluiting 5.5.1 Isolatie Alle cv- en bronleidingen moeten worden uitgerust met passende ther- OPMERKING mische en dampdichte isolatie conform de geldende normen. Risico bedrijfsproblemen door leidingvervuiling! 5.5.2 Sluit de warmtepomp aan op het broncircuit Deeltjes, metaal-/kunststofspanen, hennep- en weefselbandresten en dergelijke materialen kunnen zich in pompen, afsluiters en warmtewisse- laars afzetten.
Installatie 5.5.3 Sluit de warmtepomp aan op de cv-installatie Monteer alle onderdelen in de cv-installatie conform de systeemoplos- sing. De vulinrichting, het veiligheidsventiel, de manometer en de automati- sche ontluchter moeten zijn geïnstalleerd in de cv-installatie (niet mee- WAARSCHUWING geleverd). Risico voor schade aan de installatie ▶...
Inbedrijfname 5.5.4 Elektrische aansluiting • Aanvoertemperatuursensor T0 moet altijd worden gemonteerd in de aanvoerleiding. GEVAAR • Buitentemperatuursensor TL1 moet worden gemonteerd aan de Risico door elektrische schok! koudste zijde van het gebouw (de noordzijde). De sensor moet wor- den beschermd tegen direct zonlicht, ventilatielucht en andere om- De componenten van de warmtepomp staan onder spanning.
Pagina 16
Inbedrijfname ▶ Vul het vulstation met antivriesmengsel. Giet eerst water in het vul- WAARSCHUWING station voor het antivriesmengsel. ▶ Indien alcohol wordt gebruikt als antivries, mogen de warmtepomp- temperatuur en de omgevingstemperatuur van de bronleiding niet hoger worden dan 28 °C. Als geothermisch broncircuit wordt een enkelvoudige u-pijp bestaande uit een zak- en stijgleiding het meest gebruikt.
Inbedrijfname ▶ Wanneer het circuit vol is en er geen lucht meer uit de retour komt, 6.3.1 Debiet door de cv-installatie moet de pomp nog tenminste 60 minuten doordraaien (de vloeistof Wanneer de warmtepomp wordt aangesloten op een buffervat, kunnen moet helder zijn en geen belletjes bevatten).
Werkingscontrole Koudemiddelcircuit Werkingscontrole Bedrijfsdruk van het systeem instellen Laat werkzaamheden aan het koudemiddelcircuit alleen door gekwalifi- ceerde koeltechnici uitvoeren. VOORZICHTIG De externe component kan worden beschadigd. Jaarlijkse functiecontrole De is belangrijk de juiste temperatuur aan de component te hebben. Wij adviseren dat een functiecontrole jaarlijks wordt uitgevoerd door een ▶...
Milieubescherming en afvalverwerking Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch Groep. Productkwaliteit, economische rendabiliteit en milieubescherming zijn gelijkwaardige doelen voor ons. Milieuwet- en regelgeving worden strikt nageleefd.
Technische gegevens 10.3.2 Standaard voedingsspanning 22-28 kW 10.3.4 Voedingsspanning 22-28 kW laag tarief met elektrisch ver- warmingselement Af fabriek zijn de klemmen voor een gezamenlijke voedingsspanning voorbedraad (standaard), aangesloten op N, L1, L2, L3 en randaarde. De voedingsspanning van de warmtepomp kan ook via een energiebe- drijfsregeling in laagtariefbedrijf plaatsvinden.
Technische gegevens 10.4.2 Standaard voedingsspanning 38-48 kW 10.4.3 Voedingsspanning 38-48 kW laag tarief Af fabriek zijn de klemmen voor de voedingsspanning voorbedraad en De voedingsspanning van de warmtepomp kan ook via een energiebe- aangesloten op N, L1, L2, L3 en randaarde. drijfsregeling in laagtariefbedrijf plaatsvinden.
Technische gegevens 10.4.4 Aansluitschema 38-48 kW 0010031531 Afb. 39 Aansluitschema 38-48 kW [PC1] Pomp cv-installatie, behoort niet tot standaard le- vering, schakelt tussen 3 L1 en 3 [PM1/PW2] Pomp bivalente bijverwarmer/warmwater circula- tiepomp [SSM] Verzamelalarm Relais/magneetschakelaar elektrische aansluiting buiten de warmtepomp Aangesloten bij uitlevering Aansluiting tijdens installatie/accessoire (A) De last op de potentiaalvrije regeling van de digitale uitgangen D05-...
Technische gegevens 10.5 Andere elektrische schema's 10.5.1 Aansluiting van de externe bijverwarming met mengklep 22-80 KW Afb. 48 Aansluiting van de externe bijverwarming met mengklep 22-80 kW Warmtepomp verbroken door de klemblokken L1- L1 / L2- L2 / L3- L3 te Bijverwarming verwijderen.
Technische gegevens 10.5.2 Elektrisch schema, cascade 0010031396 Afb. 49 Elektrisch schema, serieschakeling Warmtepomp 1 Warmtepomp 2 Multi-regelaar Communicatie (RS485) Toevoer naar de volgende warmtepomp Voor de cascadeschakeling geschikt is twisted-pair-kabel (TP) 2x2x0,5 zonder afscherming respectievelijk 2-aderige twisted-pair-kabel met af- scherming, die in de stekker van de Rego 5200 op N wordt aangesloten (zie elektrisch schema).
Technische gegevens 10.5.4 Tariefregeling type 1 uitschakeling, elektrisch bijverwarmingselement 0010031405 Afb. 51 Tariefregeling-type 1 met uitschakeling, elektrisch bijverwarmingselement Voedingsspanning • * Het relais moet voor het vermogen van de warmtepomp en de elek- Stroommeter warmtepomp, laag tarief trische bijverwarming zijn gedimensioneerd. Het relais moet door de Stroommeter elektrisch bijverwarmingselement, laag tarief installateur of de energieleverancier worden geleverd.
Technische gegevens 10.5.5 Tariefregeling type 2 uitschakeling compressor 0010031406 Afb. 52 Tariefregeling type 2 met uitschakeling compressor Voedingsspanning • * Het relais moet voor het vermogen van de warmtepomp en de elek- Stroommeter warmtepomp, laag tarief trische bijverwarming zijn gedimensioneerd. Het relais moet door de Stroommeter elektrisch bijverwarmingselement, laag tarief installateur of de energieleverancier worden geleverd.
Technische gegevens 10.5.6 Tariefregeling type 3 uitschakeling compressor/elektrisch bijverwarmingselement 0010031407 Afb. 53 Tariefregeling type 3 met uitschakeling compressor/elektrisch bijverwarmingselement Voedingsspanning • * Het relais moet voor het vermogen van de warmtepomp en de elek- Stroommeter warmtepomp, laag tarief trische bijverwarming zijn gedimensioneerd. Het relais moet door de Stroommeter elektrisch bijverwarmingselement, laag tarief installateur of de energieleverancier worden geleverd.
Technische gegevens 10.5.7 Smart Grid De smart grid-functionaliteit is automatisch ingeschakeld, wanneer de externe ingang 1 voor de tariefregeling -uitschakeling is geconfigureerd. De warmtepomp is smart grid-compatibel. De tariefregeling -uitschake- ling is onderdeel van de functionaliteit. De cv-installatie moet een voldoende groot buffervat hebben en cv-groe- pen met mengventielen, zodat een startcommando invloed heeft.
Technische gegevens 10.5.9 Meetwaarden temperatuursensor (I/O) in HP-kaart Weerstand/temperatuur tabel NTC-sensor De temperatuursensor in, of aangesloten op warmtepomp (R0, R40, R80) moet de volgende meetwaarden hebben: °C °C °C 154300 11900 1696 111700 9330 1405 81700 7370 1170 60400 5870...
Technische gegevens 10.6 Grondwater (open bronsysteem) als energiedrager Een multifunctionele regelaar (RC Multi, accessoire) is nodig voor het re- gelen van de broncircuitpomp PB1 en voor de bewaking van de tempera- tuursensor TB1 en de druksensor JB1. 0010031340 Afb. 54 Grondwatersysteem Beknopte bediening warmtepomp wordt standaard geïnstalleerd met een vulinrichting, ex- pansievat en veiligheidsventiel.