4.3. Sensoren
De ventilatie-unit is geschikt om aangestuurd te worden door de
volgende beschikbare sensoren:
RFT-CO
-sensor inclusief bediening; 230V
●
2
RFT-RV-sensor met bediening - batterijgevoed
●
Voor het aan- of afmelden bij de unit van een draadloze sensor zie
Aan- en afmelden van draadloze bedieningen en sensoren op
pagina 24.
4.4. Aan- en afmelden van draadloze
bedieningen en sensoren
4.4.1. Aanmelden draadloze bedieningsschakelaar
Meld een draadloze bedieningsschakelaar bij voorkeur aan in de
nabijheid van de ventilatie-unit.
a) Onderbreek de voedingsspanning van de ventilatie-unit door de
stekker uit de wandcontactdoos te nemen.
b) Wacht minimaal 15 seconden.
c) Breng de ventilatie-unit onder spanning door de stekker terug
in de wandcontactdoos te steken.
d) Druk binnen twee minuten na het onder spanning brengen van
de ventilatie-unit twee diagonaal geplaatste knoppen van de
bedieningsschakelaar tegelijkertijd in.
De bedieningsschakelaar wordt aangemeld en de ventilatie-unit
varieert even in toerental ter bevestiging van de aanmelding. De
ventilatie-unit is nu gereed om met de draadloze
bedieningsschakelaar te worden bediend.
4.4.2. Afmelden draadloze bedieningen
Meld een draadloze bedieningsschakelaar bij voorkeur af in de
nabijheid van de ventilatie-unit.
a) Onderbreek de voedingsspanning van de ventilatie-unit door de
stekker uit de wandcontactdoos te nemen.
b) Wacht minimaal 15 seconden.
c) Breng de ventilatie-unit onder spanning door de stekker terug
in de wandcontactdoos te steken.
d) Druk binnen twee minuten na het onder spanning brengen van
de ventilatie-unit de vier knoppen van de bedieningsschakelaar
tegelijkertijd in.
De ventilatie-unit reageert nu niet meer op de draadloze
bedieningsschakelaar(s). Het afmelden van één
bedieningsschakelaar meldt automatisch
bedieningsschakelaars, regelaars en sensoren af.
Opmerking
Na afmelding moeten alle draadloze bedieningsschakelaars
en/of sensoren opnieuw worden aangemeld.
24
alle
4.4.3. Aanmelden draadloze sensoren
Meld de draadloze sensor op de volgende wijze aan bij de ventilatie-
unit:
a) Onderbreek de voedingsspanning van de ventilatie-unit door de
stekker uit de wandcontactdoos te nemen.
b) Wacht minimaal 15 seconden.
c) Breng de ventilatie-unit onder spanning door de stekker terug
in de wandcontactdoos te steken.
d) Zorg dat er binnen twee minuten na het onder spanning
brengen van de ventilatie-unit een aanmeldingsbericht wordt
verstuurd vanaf de sensor. Zie hiervoor de documentatie
geleverd bij de betreffende sensor.
De sensor wordt aangemeld en de ventilatie-unit varieert even in
toerental ter bevestiging van de aanmelding. De ventilatie-unit is nu
gereed om te reageren op de signalen van de draadloze sensor.
4.4.4. Afmelden draadloze sensoren
De draadloze sensoren kunnen alleen tegelijk met een draadloze
bedieningsschakelaar worden afgemeld. Zie hiervoor de
betreffende paragraaf in deze handleiding.
Opmerking
Na afmelding moeten alle draadloze bedieningsschakelaars
en/of sensoren opnieuw worden aangemeld.
4.4.5. Aan- en afmelden Spider Base
Voor informatie over het aan- en afmelden van de Spider Base
klimaatthermostaat verwijzen wij u naar de meegeleverde
documentatie bij dit product.