Download Inhoudsopgave Inhoud
Deel
Print deze pagina
  1. Handleidingen
  2. Merken
  3. Itho Daalderop Handleidingen
  4. Ventilatie
  5. HRU ECO 300 DuoZone
  6. Installatiehandleiding

Itho Daalderop HRU ECO 300 DuoZone Installatiehandleiding

Set
Verberg thumbnails Zie ook voor HRU ECO 300 DuoZone:
Inhoudsopgave

Advertenties

Quick Links

Download deze handleiding
Itho Daalderop
A+
HRU ECO 300 DuoZone set
Installatiehandleiding
RFT-CO2
RFT-CO2
1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Handleidingen voor Itho Daalderop HRU ECO 300 DuoZone

Samenvatting van Inhoud voor Itho Daalderop HRU ECO 300 DuoZone

  • Pagina 1 Itho Daalderop HRU ECO 300 DuoZone set Installatiehandleiding RFT-CO2 RFT-CO2...

  • Pagina 2: Productinformatie

    1. Productinformatie 1.2. Uitpakken en controleren a) Neem de apparatuur voorzichtig uit de doos. 1.1. Leveringsomvang b) Controleer de apparatuur op beschadigingen en volledigheid. c) Controleer of bij de meegeleverde bedieningsschakelaar ook de handleiding is meegeleverd. (2x) (4x) 1.3. Toepassing De DuoZone set is geschikt voor de HRU ECO 300 R variant met artikelnummer 03-00630.

  • Pagina 3: Installatie-Eisen

    Sluit de kleppen aan met de kabels op de woonzone en de slaapzone op het elektronicacompartiment van het ventilatietoestel; de lengte van de kabel is ongeveer 2,4 meter. Om geluidsklachten te voorkomen, raadt Itho Daalderop aan de kanalen van en naar de verblijfsruimten aan te sluiten met geluiddempers.

  • Pagina 4: De Duozone Kleppen Monteren

    2.2. De DuoZone kleppen monteren 2.2.1. Montage van de DuoZone kleppen De DuoZone kleppen dienen altijd te worden gemonteerd op de toevoer naar de woning, op het toestel wordt dit aangegeven met het symbool links. De klep met de aanduiding SLAAPZONE dient op de aansluiting naar de slaapzone te worden gemonteerd. De klep met de aanduiding WOONZONE dient op de aansluiting naar de woonzone te worden gemonteerd.

  • Pagina 5: Koppelen Van De Duozone Kleppen

    2.2.2. Koppelen van de DuoZone kleppen ä Let op! Voordat de kleppen aangesloten kunnen worden dient het toestel spanningsloos te zijn geweest. De klep met de aanduiding SLAAPZONE dient op de aansluiting naar de slaapzone te worden gemonteerd. De klep met de aanduiding WOONZONE dient op de aansluiting naar de woonzone te worden gemonteerd. L I V De kabellengte van de kabel tussen de klep en de aansluiting op de ventilatie-unit is 2,4 meter.

  • Pagina 6: Opstarten

    De RFT AUTO bediening stand 1,A,3,T kan ook gebruikt worden tijdens de inbedrijfstelling van de HRU ECO 300 DuoZone. De schakelaar heeft dan andere functies. Zie hiervoor de betreffende paragraaf: Inleiding op pagina 9 .

  • Pagina 7: Bedrijfsstatus

    3.3. Bedrijfsstatus De iconen in het bovenste deel van het scherm betekenen het volgende: Tijdens normaal bedrijf staat het scherm in stand-by. Dit betekent Icoon Omschrijving dat het scherm is uitgeschakeld. Timer Door op een willekeurige knop te drukken wordt het scherm actief. De ventilatie-unit is gedurende een instelbare periode ingeschakeld in hoogstand.

  • Pagina 8: Informatiemenu

    3.4. Informatiemenu Icoon Menu Temperatuur Door in de bedrijfsstatus op de knop Vooruit Achteruit te drukken Aanpassen van temperatuurinstellingen. wordt het informatiemenu getoond. Ventilatie Aanpassen van het toerental van de drie ventilatiestanden. Setup Inbedrijfstellen van de ventilatie-unit. Filter TOUT Aanpassen of resetten van de filterinstellingen. De led-indicator knippert rustig blauw.

  • Pagina 9: Voorbereiding Inbedrijfstelling

    Het is verstandig om de unit op maximaal toerental te zetten te zetten voordat u met de inbedrijfstelling begint. Bij de Inbedrijfstelling van de HRU ECO 300 DuoZone dienen de volgende taken te worden uitgevoerd: Stap A: Koppelen bediening en sensoren a) De bedieningsschakelaar moet worden gekoppeld.
  • Pagina 10 d) De unit berekent nu het minimale toerental voor de afvoer. e) De afvoer dient te worden ingeregeld. RFT bedieningsschakelaar Het toerental van de ventilator dient te worden afgesteld. Laagstand: Lager / omlaag 2. De ventielen dienen te worden afgesteld. Hoogstand: Hoger / omhoog Auto: Terug...

  • Pagina 11: Koppelen Van Sensoren En Bedieningen

    4.2.2. Koppelen van sensoren en bedieningen ä Let op! Voordat u een sensor of bediening aan het toestel gaat koppelen dient u eerst een 'Clear All' uit te voeren. Dit voorkomt eventuele problemen bij het koppelen. Zie hiervoor de paragraaf Afmelden alle draadloze bedieningsschakelaars/sensoren. Inregelen Stap A Opmerking Het is verstandig om de unit op het maximale toerental te zetten voordat u met de inbedrijfstelling begint.
  • Pagina 12 Om het menu te activeren dient u eerst op het vinkje (V) op de HMI te drukken. Navigeer nu met de pijl toetsen op de HMI naar de menu-optie Setup. Het volgende scherm verschijnt: Vervolgens zal het koppelingsmenu eruitzien zoals hieronder: «...
  • Pagina 13 Bevestig op de HMI of RFT. Het menu gaat naar de volgende stap (het koppelen van de sensoren voor de toevoer) (zie de figuur hieronder). Hier dient minimaal één CO -sensor te worden gekoppeld (per zone). De CO -sensor koppelt u aan de ventilatie-unit op de CO -sensor: A: Breng de sensor onder spanning door de kap met printplaat van de sensor terug te plaatsen op de bedrade onderkap.
  • Pagina 14 « co2 s LEARN Koppeling CO -sensoren slaapruimte (sleeping) Bevestig op de HMI of de RFT. De ventilatie-unit toert op. afvoer regelen, gekoppeld Hierna volgt de laatste stap van het koppelen. Nu kunnen alle extra sensoren en bedieningen, die de worden.

  • Pagina 15: Ventilatiedebieten En Toerentallen Inregelen

    4.2.3. Ventilatiedebieten en toerentallen inregelen Inregelen Stap B Als eerste zullen de ventilatiedebieten van de toevoer per zone en de afvoer ingevoerd worden op de HMI. Daarna zullen de toerentallen van de toevoerzones ingeregeld worden. Vervolgens berekent de unit het minimum toerental voor de afvoer.
  • Pagina 16 « Bevestig rturn m3/h Stel de ventilatiedebieten met de bovenste twee knoppen op de RFT of de pijltoesten op de HMI in volgens de berekening van de afvoer. Druk nogmaals op het vinkje (V) of op de timer knop . Nu kunnen de toerentallen en ventielen ingeregeld worden. Op de HMI gaat dit met de pijl toetsen (pijl naar beneden is lager en pijl naar boven is hoger).

  • Pagina 17: Controle Inbedrijfstelling

    4.2.4. Controle inbedrijfstelling Men moet kunnen controleren of het systeem aan regelgevingen voldoet qua geluid en debieten en daar zijn controlestanden voor nodig. Druk op het vinkje. Navigeer naar het Configuratiemenu. ® « ® ZONE check In dit menu dient een gewenst debiet ingevuld te worden. Dit kan op 5 m³/h nauwkeurig zoals het inregelen. Standaard begint dit getal bij de som van de debieten van beide toevoerzones.

  • Pagina 18: Afmelden Alle Bedieningsschakelaars/Sensoren

    4.2.5. Afmelden alle bedieningsschakelaars/sensoren In het scherm verschijnt de melding ABORT. Opmerking Bedieningsschakelaars en sensoren moeten na een CLEAR ALL- afmelding opnieuw worden aangemeld. a) Kies de optie CLEAR ALL in het configuratiemenu ABORT Communicatie. ä Let op! De afmelding van alle bedieningsschakelaars en sensoren door tegelijkertijd op de 4 knoppen van een draadloze bedieningsschakelaar te drukken werkt niet voor de HRU ECO CLEAR...
  • Pagina 19 5. Storingen ä Let op! De gebruiker/consument mag het toestel niet openmaken! Opmerking De hier vermelde storingen betreffen alleen de DuoZone kleppen. Voor niet vermelde storingen zie de handleiding van de HRU ECO 300. Kijk voor niet vermelde storingen van de RFT AUTO bediening of de -sensor in de handleiding van het betreffende product.
  • Pagina 20 Nederland Itho Daalderop Admiraal de Ruyterstraat 2 3115 HB Schiedam E idsupport@ithodaalderop.nl I www.ithodaalderop.nl Uitsluitend installateurs: T 010 427 85 65...

Inhoudsopgave