BEDIENINGSHANDLEIDING
3-4.
BEDIENING VAN HET BLANKETROL III-SYSTEEM IN MANUAL CONTROL MODE
Instellen van de dekentemperatuur en gebruik van het apparaat is uitsluitend toegestaan op voorschrift van een arts. De
temperatuur van de patiënt en de watertemperatuur van de BLANKETROL III moeten ten minste elke 20 minuten, of zoals
voorgeschreven door een arts, worden gecontroleerd. Tevens moet worden gekeken of de delen van de huid die in contact
staan met de deken nog ongeschonden zijn. Jeugdpatiënten, temperatuurgevoelige patiënten met een vaatziekte,
operatiepatiënten, diabetici en patiënten met de ziekte van Raynoud lopen een groter risico om weefselschade op te lopen.
Hiermee moet rekening worden gehouden bij het selecteren van de temperatuur, duur van therapie en regelmaat van
huidcontroles. Stel de arts onmiddellijk op de hoogte van veranderingen in de toestand van de patiënt zodat
ernstig letsel of overlijden kan worden voorkomen.
De methode van temperatuurbeheersing die door hyper-/hypothermie-apparaten wordt gebruikt, brengt het gevaar met zich
mee dat lichaamsweefsel, met name de huid, zodanig wordt opgewarmd of gekoeld dat letsel kan ontstaan, respectievelijk
brandwonden of bevriezing. De clinicus is verantwoordelijk voor het vaststellen van geschikte temperatuurlimieten in
samenhang met de tijd. Het overschrijden van een watertemperatuur van 40°C voor langdurige periodes kan leiden
tot weefselschade en brandwonden. Clinici moeten de maximale contactperiodes vaststellen op basis van de
leeftijd, klinische aandoening en huidige medicaties van de patiënt. Afhankelijk van de mate en ernst van de
verbranding kunnen ernstige en zelfs dodelijke complicaties optreden.
Het BLANKETROL III-systeem kan zo worden ingesteld dat het werkt op basis van het verschil tussen de werkelijke temperatuur van
het water in de BLANKETROL III en de setpoint-temperatuur.
In MANUAL CONTROL MODE meet het BLANKETROL III-systeem niet de temperatuur van de patiënt, dus zal het apparaat niet de
watertemperatuur in de BLANKETROL III daaraan aanpassen. Dit betekent dat u de lichaamstemperatuur van de patiënt extra goed
moet controleren. Zoals altijd dient u nauwgezet te controleren of de huid van de patiënt nog ongeschonden is.
Nadat de apparatuur volgens paragraaf (3-2) is opgezet, volgt u de volgende stappen:
A.
Zet de netschakelaar op de 'I'-stand.
1.
2.
3.
B.
Raadpleeg de instructies van de arts om de gewenste setpoint-temperatuur voor de patiënt en de gewenste
watertemperatuur te bepalen.
C.
Druk op de knop TEMP SET.
1.
2.
3.
4.
D.
Gebruik de C/F-knop om de gewenste temperatuurschaal te selecteren (alleen voor Engels membraan).
E.
Gebruik de pijltoetsen om het SETPOINT-scherm in te stellen op de gewenste setpoint-temperatuur voor het water.
Als veiligheidsmaatregel kan de watertemperatuur in de BLANKETROL III alleen ingesteld worden tussen 4 °C - 42
°C (39,2 °F - 107,6 °F).
1.
2.
F.
Druk op de knop MANUAL CONTROL.
1.
2.
3.
4.
WAARSCHUWING
Het groene lampje van de schakelaar brandt.
De microprocessor doorloopt een zelftest.
Op het statusscherm knippert het bericht CHECK SETPT.
De microprocessor geeft een pieptoon.
De led in de hoek van de knop gaat aan.
Het SET POINT-scherm geeft een temperatuurmeting weer.
Het statusscherm geeft SET TEMP weer.
De microprocessor geeft een pieptoon.
Het statusscherm verandert.
De microprocessor geeft een pieptoon.
De led in de hoek van de knop gaat aan.
Het DEKEN/WATER-scherm geeft de werkelijke temperatuur van het water in de BLANKETROL III weer.
Het statusscherm geeft het volgende weer:
*XXXXXX WATER
MANUAL SETPT 37,0 C
of:
WATER @SETPT
MANUAL SETPT 37,0 C
* ("XXXXXX" staat voor "HEATING" [verwarming] of "COOLING" [koeling].)
Pagina 24 van 41
BLANKETROL III, Model 233