Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

CSZ BLANKETROL III 233 Bedieningshandleiding pagina 17

Inhoudsopgave

Advertenties

BEDIENINGSHANDLEIDING
alleen in staat om de werkelijke temperatuur van de patiënt bij te houden en het is mogelijk dat de therapie dan
niet naar behoren is voor de patiënt. De kleinere GRADIENT VARIABLE SMART MODE-instellingen van 1-4 kunnen
de patiënt mogelijk niet voldoende verwarmen of koelen als gevolg van verschillen/fluctuaties tussen de kerntemperatuur
van de patiënt en de temperatuur van het huidoppervlak. Deze beperkingen stellen het apparaat in staat om de
temperatuur van de patiënt geleidelijk aan te passen aan de geselecteerde Patiëntensetemperatuur en/of om de
temperatuur van de patiënt beter onder controle te houden om "overschrijding" en temperatuurschommelingen bij
grotere patiënten te beperken. Wanneer de kerntemperatuur van de patiënt de ingestelde patiëntentemperatuur bereikt,
schakelt het apparaat aan en uit om deze watertemperatuur binnen een bepaald bereik te behouden (gebaseerd op de
geselecteerde VARIABLE offset).
Onthoud: Temperatuurschommelingen bij een patiënt in de oppervlaktekoeling zijn normaal en worden verwacht binnen
een bereik van 0,5°C. Geen enkele afwijking kan wijzen op een lage stofwisselingactiviteit.
Opmerking: De laagste watertemperatuur is 4 °C
De maximumtemperatuur is 42 °C.
De temperatuur en huidintegriteit van de patiënt moeten nauwlettend in de gaten worden gehouden. Het
overschrijden van 40°C voor langdurige periodes kan leiden tot weefselschade en brandwonden. Clinici moeten
de maximale contactperiodes vaststellen op basis van de leeftijd, klinische aandoening en huidige medicaties
van de patiënt.
GRADIENT VARIABLE SMART MODE wordt aangeraden voor een geleidelijke, beheerde verandering in de
temperatuur bij:
Pasgeborenen en kleine patiënten
Patiënten die boven hun ingestelde temperatuur komen
Patiënten met een lage stofwisseling of die zeer verdoofd zijn
De TEMP SET-knop wordt gebruikt om alle therapieën te wijzigen en om het apparaat te pauzeren door het circulerende
water van de deken(s)/pad(s) terug te sturen naar het apparaat. Het apparaat kan worden gepauzeerd om meer water
toe te voegen, dekens of slangen te vervangen, radiologietests uit te voeren en/of de therapie te stoppen. Om het
apparaat verder te laten gaan, drukt de bediener op de MANUAL knop, de AUTO CONTROL knop of de 10C
GRADIENT knoppen.
Als GRADIENT VARIABLE SMART MODE wordt gebruikt en de zorgverlener de behandeling moet onderbreken, druk
dan op de GRADIENT VARIABLE knop in plaats van de TEMP SET knop. Zo wordt het apparaat gepauzeerd en wordt
het circulerende water van de deken(s)/pad(s) teruggestuurd naar het apparaat. Als u het apparaat opnieuw wilt
opstarten, drukt u nogmaals op de GRADIENT VARAIBLE knop en de oorspronkelijke instelling blijft behouden. Als de
GRADIENT VARIABLE knop echter wordt gebruikt en vervolgens wordt gepauzeerd door op de TEMP SET knop
te drukken, wordt de VARIABLE offset gewist en weer op 0 gezet. Om de GRADIENT VARIABLE offset te
herprogrammeren, drukt u op de GRADIENT VARIABLE knop om de functie opnieuw op te starten.
 
 
Pagina 16 van 41
BLANKETROL III, Model 233

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave