26
Sleutels, portieren en ruiten
Ontgrendelen
Steek hand achter een van de voor‐
portiergrepen om de auto te ontgren‐
delen of druk op de achterklepknop.
De ontgrendelmodus kan in Persoon‐
lijke instellingen worden ingesteld. U
kunt uit drie instellingen kiezen:
● Alleen het bestuurdersportier en
de tankvulklep worden ontgren‐
deld wanneer u de hand achter
de bestuurdersportiergreep
steekt.
● U ontgrendelt de gehele auto
door de hand achter een van de
voorportiergrepen te steken of
door op de achterklepknop te
drukken.
● U ontgrendelt alleen de achter‐
klep door op de achterklepknop
te drukken.
Persoonlijke instellingen 3 97
Vergrendelen
Druk op het gemarkeerde gebied van
de voorportiergrepen.
De gehele auto wordt vergrendeld.
Als de auto niet goed gesloten is, de
elektronische sleutel in de auto blijft
of het contact niet uit is, is vergrende‐
ling niet toegestaan en klinkt er een
geluidssignaal.
Ontgrendelen en openen van de
achterklep
De achterklep kan worden ontgren‐
deld en geopend door de achterklep‐
knop in te drukken wanneer de elek‐
tronische sleutel in de buurt is. Afhan‐
kelijk van de configuratie in Persoon‐
lijke instellingen blijven de portieren
vergrendeld.
Bagageruimte 3 29
Persoonlijke instellingen 3 97
Bevestiging
De werking van de centrale vergren‐
deling wordt bevestigd door de alarm‐
knipperlichten.
Centrale vergrendelingstoets
Hiermee vergrendelt of ontgrendelt u
de gehele auto vanuit het interieur via
een schakelaar.