Indicatie
Functie
Activering van de flexibele kookzone configureren
™‚„
‹
Als twee onafhankelijke kookzones.
‚
Als een afzonderlijke kookzone.*
De draadloze temperatuursensor verbinden met de kookplaat
™‚...
‹
Foutloze verbinding
‚
Foutieve verbinding: vanwege een overdrachtsfout.
ƒ
Foutieve verbinding: vanwege een fout bij de temperatuursensor.
Luchtcirculatie of luchtafvoer instellen
™‚ˆ
‹
Luchtcirculatie is ingesteld.*
‚
Luchtafvoer is ingesteld.
Automatische start instellen
™‚‰
‹
Uitgeschakeld.
‚
Ingeschakeld: automatische stand met sensorregeling.*
ƒ
Ingeschakeld: De ventilatie start in de vastgelegde vermogensstand.
Sensorgevoeligheid voor de ventilatie instellen
™‚Š
‚
Laagste instelling van de sensorgevoeligheid.
ƒ
Middelste instelling van de sensorgevoeligheid.*
„
Hoogste instelling van de sensorgevoeligheid.
Naloop instellen
™ƒ‹
‹
Uitgeschakeld.
‚
Ingeschakeld: Automatische functie met sensorgeregelde naloop.
ƒ
Ingeschakeld: De ventilatie loopt ca. 6 minuten met luchtafvoer en ca. 30 minuten met luchtcirculatie in vermogensstand
wordt na afloop hiervan automatisch uitgeschakeld.*
Terugzetten naar de fabrieksinstellingen
™‹
‹
Individuele instellingen.*
‚
Terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
* Fabrieksinstellingen
Zo komt u bij de basisinstellingen:
De kookplaat moet uitgeschakeld zijn.
De kookplaat inschakelen.
1.
In de volgende 10 seconden het symbool
2.
4 seconden lang aanraken.
De eerste vier indicaties geven de productinformatie
weer. Raak het instelgebied aan, om de afzonderlijke
indicaties te kunnen zien.
Productinformatie
Klantenservice-index (KI)
Fabricagenummer
Fabricagenummer 1
Fabricagenummer 2
3.
ca.
0
Indicatie
‹‚
"š
Š†
.
‹
.
†
4.
Wanneer u het symbool
u bij de basisinstellingen.
In de indicaties lichten
™‚
Het symbool
zo vaak aanraken tot de gewenste
0
functie wordt weergegeven.
Basisinstellingen
‚
opnieuw aanraakt, komt
0
en
op als voorinstelling.
‹
nl
en
41