■ Als de knoop niet in de knoopgeleiderplaat
past
Tel de doorsnede en de dikte van de knoop
bij elkaar op en zet de knoopgeleiderplaat op
de berekende lengte. (De afstand tussen de
markeringen op de persvoetschaal is 5 mm
(3/16 inch).)
1
2
1 Persvoetschaal
2 Lengte knoopsgat
(doorsnede + dikte knoop)
3 5 mm (3/16 inch)
Voorbeeld: voor een knoop met een doorsnede
van 15 mm (9/16 inch) en een dikte van 10 mm
(3/8 inch), moet u de knoopgeleiderplaat instellen
op 25 mm (1 inch) op de schaal.
2
1 10 mm (3/8 inch)
2 15 mm (9/16 inch)
De grootte van het knoopsgat is ingesteld.
3
Bevestig knoopsgatenvoet "A".
• Voor meer informatie, zie "Persvoet
verwisselen" (pagina 33).
4
Selecteer een steek.
• Voor meer informatie, zie "Steken
selecteren" (pagina 56).
5
Plaats de stof met de voorkant van de
knoopsgatmarkering op één lijn met de rode
markeringen aan de zijkanten van de
knoopsgatenvoet en zet de persvoethendel
omlaag.
2
1 Markering op stof (voorkant)
2 Rode markeringen op knoopsgatenvoet
3
1
1
A
Leid de bovendraad omlaag door het gat in de
persvoet.
• Duw niet tegen de voorkant van de persvoet
wanneer u deze omlaag zet, anders wordt het
knoopsgat niet in het juiste formaat genaaid.
1 Maak de tussenruimte niet kleiner.
6
Trek de knoopsgathendel zo ver mogelijk omlaag.
a
1 Knoopsgathendel
De knoopsgathendel bevindt zich achter de
beugel op de knoopsgatenvoet.
1
2
1 Knoopsgathendel
2 Beugel
7
Houd het uiteinde van de bovendraad losjes in
uw linkerhand en begin met naaien.
Zodra het naaien is voltooid, naait de
machine automatisch verstevigingssteken
en stopt dan.
8
Zet de persvoethendel omhoog, haal de stof
weg en snijd de draden af.
Knoopsgaten naaien/knopen aanzetten
a
3
67