— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
VOORBEREIDINGEN
Opmerking
● Als de naald niet volledig wordt ingeregen
maar zich in het oog van de naald een lus
vormt, trekt u voorzichtig de lus door het
oog van de naald zodat ook het uiteinde
van de draad door het oog gaat.
VOORZICHTIG
●
Trek niet te hard aan de draad. Dan kan
de naald breken of verbuigen.
5
Zet de persvoethendel omhoog. Leid het
uiteinde van de draad door de persvoet en
trek ongeveer 5 cm draad (2 inch) naar de
achterkant van de machine.
1
1 5 cm (2 inch)
Het inrijgen van de bovendraad is hiermee
voltooid.
Nu u de bovendraad en de onderdraad hebt
ingeregen, kunt u beginnen met naaien.
Opmerking
● Als de naald niet omhoog staat, kunt u de
naald niet inrijgen met de naaldinrijger.
Druk op
(naaldstandtoets) om de
naald omhoog te zetten voordat u de
naaldinrijger gebruikt.
26
Naald handmatig inrijgen (zonder
de naaldinrijger te gebruiken)
Wanneer u een speciale draad, draad van 130/20 of
dikker, de platte naald of de tweelingnaald gebruikt
(u kunt dan niet werken met de naaldinrijger), rijgt u
de naald als volgt in.
1
Leid de draad achter de draadgeleider aan de
naaldstang.
• Voor meer informatie, zie "Bovendraad
inrijgen" (pagina 22).
2
Zet de persvoethendel omlaag.
1 Persvoethendel
3
Leid de draad van voren naar achteren door
het oog van de naald.
4
Zet de persvoethendel omhoog. Leid het
uiteinde van de draad door de persvoet en
trek ongeveer 5 cm draad (2 inch) naar de
achterkant van de machine.
1