Werkonderbreking
7
Maatregelen bij werkonderbrekeing of werkeinde
1
2
1
2
1
2
2
Met het oog op de pauzelengte moeten de richtlijnen van de
materiaalfabrikant absoluut in acht worden genomen. Voor langere
onderbrekingen is het aan te raden om de pomp, mengspiraal, mengzone,
morteldrukmanometer, slang en het spuittoestel te reinigen.
LET OP!
Voor de demontage moet de machine worden uitgeschakeld. Er moet
absoluut op worden gelet dat pomp en slangen drukloos zijn (indicatie van
de (7) morteldrukmanometer in acht nemen).
De materiaalbak en de mengbuis leegdraaien, vervolgens de machine met
de hoofdschakelaar (1) uitschakelen („0" indrukken).
Stroomkabel van de schakelkast (2) trekken.
LET OP!
Controleren of de mortelslang drukloos is. Als deze drukloos is, kan deze
worden afgekoppeld. De slangen door middel van de Geka-koppeling op
het waterleidingnet aansluiten en met een in water gedrenkte sponsbal
doorspoelen. Deze handeling min. twee keer herhalen. Het spuittoestel en
de morteldrukmanometer met een waterstraal reinigen.
Reiniging van rotor en stator
Vervolgens de pomponderdelen reinigen, daarvoor de ankerbouten (2)
losmaken, pomp verwijderen, rotor uit de stator drukken en zorgvuldig
reinigen. Drukflens reinigen. Na de reiniging de pomp compleet monteren
en klaarmaken voor het volgende gebruik.
Reiniging
Schermrooster (1) losmaken en kantelen.
Mengspiraal (2) verwijderen en reinigen.
Materiaalbak van binnen en buiten reinigen.
2
Machine weer monteren.
Achtung:
Bei Reinigungsarbeiten und beim Transport des Motors, muss das
Anbaugehäuse mit dem Schutzdeckel verschlossen werden.