Advertenties
Handleiding Handheld PID-monitor
12.5. Achtergrondverlichting
De lcd-display is voorzien van een led-achtergrondverlichting, zodat de display gemakkelijker te
lezen is bij een slechte verlichting.
12.6. Datalogopslag
Tijdens datalogging toont het apparaat een pictogram van een schijf om aan te geven dat
datalogging ingeschakeld is. Het apparaat slaat de gemeten gasconcentratie op aan het einde van
elke bemonsteringsperiode (indien datalogging ingeschakeld is). Bovendien wordt de volgende
informatie opgeslagen: gebruikers-ID, locatie-ID, serienummer, datum laatste kalibratie en
alarmlimieten. Alle gegevens blijven bewaard (ook als de eenheid wordt uitgeschakeld) in het niet-
vluchtige geheugen, zodat het later kan worden gedownload naar een pc.
12.6.1. Datalogging-gebeurtenis
Wanneer datalogging ingeschakeld is, worden gemeten waarden opgeslagen. Deze gegevens
worden opgeslagen in 'groepen' of 'gebeurtenissen'. Een nieuwe gebeurtenis wordt elke keer
wanneer het (op automatische datalogging ingestelde) apparaat wordt ingeschakeld, aangemaakt
en opgeslagen, of wanneer er een parameter wordt gewijzigd of datalogging wordt onderbroken.
De maximale tijd voor één gebeurtenis is 24 uur of 28.800 punten. Indien een gebeurtenis 24 uur
overschrijdt, wordt automatisch een nieuwe gebeurtenis aangemaakt. Informatie zoals de starttijd,
de gebruikers-ID, locatie-ID, de naam van het gas, het serienummer, de datum van de laatste
kalibratie en alarmlimieten worden geregistreerd.
12.6.2. Datalogging monster
Nadat een gebeurtenis is geregistreerd, slaat de eenheid een kortere versie van de gegevens op.
Bij het overdragen naar een pc waarop ProRAE Studio II of Honeywell Safety Suite Device
Configurator draait, worden deze gegevens ingedeeld met een monsternummer, de tijd, datum,
gasconcentratie en andere relevante informatie.
12.6.3. Automatisch/handmatig/snapshot
Het apparaat kent drie soorten datalogging:
Automatisch
Handleiding
Snapshot
Opmerking: Er kan tegelijkertijd slechts één type datalogging actief zijn.
Standaardmodus. Verzamelt datalog-gegevens wanneer het apparaat aan het
bemonsteren is.
Datalogging wordt alleen uitgevoerd wanneer datalogging handmatig wordt
gestart op het apparaat (zie pagina 64 voor meer informatie).
Datalogging gebeurt alleen tijdens het maken van een snapshot (vastlegging
enkele gebeurtenis, gestart door te drukken op [MODE]). Zie pagina 65 voor
meer informatie.
38
Advertenties
Probleemoplossen
