Advertenties
Handleiding Handheld PID-monitor
7.5. Pompstatus
Tijdens het gebruik moet u ervoor zorgen dat de meetsonde-inlaat en de gasuitlaatopening vrij zijn
van obstructies. Obstructies kunnen tot voortijdige slijtage van de pomp, onjuiste uitleeswaarden of
het stilvallen van de pomp leiden. Tijdens het normale gebruik toont het pomp-pictogram
afwisselend het naar binnen en naar buiten stromen, zoals hier getoond:
Tijdens de bedrijfscyclus (reiniging PID-lamp) toont de display afwisselend deze pictogrammen:
Als er een pompstoring of obstructie is die de werking van de pomp belemmert, ziet u dit pictogram
aan en uit knipperen:
Als u dit pictogram ziet knipperen, dient u het gedeelte 'Probleemoplossing' in deze handleiding te
raadplegen.
7.6. Kalibratiestatus
Het apparaat toont dit pictogram wanneer kalibratie is vereist:
Kalibratie is vereist (en wordt aangegeven door dit pictogram) wanneer:
Het type lamp is veranderd (bijvoorbeeld van 10,6 eV in 9,8 eV)
•
•
De sensor is vervangen
Het 30 dagen of langer geleden is dat het apparaat voor het laatst werd gekalibreerd
•
•
Als u het type kalibratiegas hebt gewijzigd zonder het apparaat opnieuw te kalibreren
Als het apparaat de bumptest niet heeft doorstaan
•
7.7. Bumpstatus
Het apparaat toont dit pictogram wanneer een bumptest is vereist:
Een bumptest is vereist (en wordt aangegeven door dit pictogram) wanneer:
De gedefinieerde periode tussen twee bumptests is verstreken (bumptest vereist)
•
•
De sensor een eerdere bumptest niet heeft doorstaan
De sensor(en) op reguliere basis moeten worden getest
•
BELANGRIJK!
20
Advertenties
Probleemoplossen
