CHYHBH05+08AF + EHYKOMB33A
Daikin Altherma R Hybrid
4P471761-1E – 2020.10
De temperatuuroverregeling voor de aanvoerwatertemperatuur
Deze functie bepaalt hoeveel de watertemperatuur boven de gewenste
aanvoerwatertemperatuur mag stijgen vooraleer de compressor stopt. De
compressor zal opnieuw starten wanneer de aanvoerwatertemperatuur tot onder
de gewenste aanvoerwatertemperatuur zakt. Deze functie is ALLEEN van
toepassing in de verwarmingsstand.
#
Code
Nvt
[9-04]
INFORMATIE
Deze temperatuuroverregeling geldt voor de aanvoerwatertemperatuur van de
warmtepomp. Noteer dat wanneer de gasboiler aan het werken is, er een
overregeling van 5°C kan zijn over de gewenste temperatuur waaraan het water de
boiler verlaat.
De aanvoerwatertemperatuur rond 0°C compenseren
Wanneer de buitentemperatuur ongeveer 0°C bedraagt, wordt plaatselijk de
gewenste aanvoerwatertemperatuur hoger tijdens het verwarmen. Deze
compensatie kan geselecteerd worden wanneer een absolute of weersafhankelijke
gewenste temperatuur gebruikt wordt (zie de afbeelding hieronder). Gebruik deze
instelling om mogelijke warmteverliezen van het gebouw door de verdamping van
gesmolten ijs of sneeuw (bijv. in landen of streken waar het koud kan zijn) te
compenseren.
T
T
t
t
L
R
T
A
0°C
a
a Absoluut gewenste aanvoerwatertemperatuur
b Weersafhankelijke gewenste aanvoerwatertemperatuur
#
Code
Nvt
[D-03]
Maximummodulatie van de aanvoerwatertemperatuur
ALLEEN van toepassing in kamerthermostaatregeling en wanneer modulatie is
ingeschakeld. De maximummodulatie (= afwijking) van bijv. 3°C voor de gewenste
aanvoerwatertemperatuur bepaald op basis van het verschil tussen de werkelijke
kamertemperatuur en de gewenste kamertemperatuur betekent dat de gewenste
aanvoerwatertemperatuur met 3°C verhoogd of verlaagd kan worden. Deze
modulatie vergroten zorgt voor betere prestaties (minder AAN/UIT, sneller
verwarmen), maar er MOET ALTIJD, afhankelijk van de warmteafgever, een
1~4°C (standaard: 1°C)
L
R
T
A
0°C
b
▪
0 (uitgeschakeld) (standaard)
▪
1 (geactiveerd) L=2°C,
R=4°C (−2°C<T
▪
2 (geactiveerd) L=4°C,
R=4°C (−2°C<T
▪
3 (geactiveerd) L=2°C,
R=8°C (−4°C<T
▪
4 (geactiveerd) L=4°C,
R=8°C (−4°C<T
8
Configuratie
|
Beschrijving
Beschrijving
<2°C)
A
<2°C)
A
<4°C)
A
<4°C)
A
Uitgebreide handleiding voor de installateur
123