3 socket
4 ontgrendeling
5 retentiehaak
KENNISGEVING:
mogen er geen objecten op de pinnen in de socket vallen.
6. Til de processor op om deze uit de socket te verwijderen en plaats deze in een antistatische verpakking.
De processor terugplaatsen
KENNISGEVING:
achterzijde van de computer.
KENNISGEVING:
processor en de computer wanneer u de computer inschakelt.
1. Pak de nieuwe processor uit. Zorg dat u de onderkant van de processor niet aanraakt.
KENNISGEVING:
de socket en geen onnodige kracht te gebruiken tijdens het installeren van de processor. Voorkom aanraking of
verbuiging van de pinnen op het moederbord.
1
lipje
3
processor
5
retentievergrendeling
7
pin 1-indicator voor de processor
9
retentiehaak
2. Draai de ontgrendeling volledig om de zorgen dat de processorkap omhoog blijft staan.
3. Breng de twee uitlijninkepingen van de processor op een lijn met de twee uitlijninkepingen van de socket.
4. Breng de pin-1-hoeken van de processor en de socket op een lijn en plaats de processor voorzichtig in de socket. Zorg
ervoor dat de processor juist is geplaatst.
Wanneer u de processor vervangt, mag u geen pinnen binnen de processorsocket aanraken, en
Zorg dat u geaard bent door een ongeschilderd metalen oppervlak aan te raken, zoals aan de
Plaats de processor op de juiste wijze in de socket; zo voorkomt u blijvende schade aan de
De socketpinnen zijn kwetsbaar. Voorkom schade door de processor op juiste wijze uit te lijnen met
2
processorkap
4
processorsocket
6
ontgrendeling
8
uitlijninkeping
10
uitlijninkeping