Zelfontspanner (Fn3)
Zelfontspanner (Fn3)
Gebruik de zelfontspanner voor zelfportretten of
om bewegingsonscherpte te voorkomen die wordt
veroorzaakt door camerabewegingen.
1
Druk op de functietoets om zelfontspannerop-
ties weer te geven.
2
Druk op de selectieknop omhoog of omlaag
om de gewenste optie te markeren en druk op
MENU/OK om te selecteren.
Optie
Optie
De sluiter wordt twee seconden na het indrukken
van de ontspanknop ontspannen. Gebruik deze
R R 2 SEC
2 SEC
stand om bewegingsonscherpte, veroorzaakt
door de bewegende camera als gevolg van het
indrukken van de ontspanknop te, voorkomen.
De sluiter wordt tien seconden na het indrukken
S S 10 SEC
10 SEC
van de ontspanknop ontspannen. Dit kunt u ge-
bruiken voor foto's waarin u zelf wilt voorkomen.
UIT
UIT
De zelfontspanner is uitgeschakeld.
R De zelfontspanneropties zijn eveneens toeganke-
lijk vanuit het opnamemenu (P 95).
Beschrijving
Beschrijving
3
Druk de ontspanknop half in om scherp te stel-
len.
Q Ga achter de camera staan wanneer u de ontspan-
knop indrukt. Als u voor de lens staat, heeft dit
invloed op de scherpstelling en de belichting.
4
Druk de ontspanknop verder
in om de timer starten. De
aanduiding op het scherm
laat het aantal seconden tot
het openen van de sluiter
zien. Om de zelfontspanner te onderbreken
voordat de foto is genomen, druk op DISP/BACK.
Vlak voordat de foto
wordt genomen, begint
het zelfontspanner-
lampje op de voorkant
van de camera te knip-
peren. Als de vertraging
van twee seconden is
geselecteerd, dan knippert het zelfontspanner-
lampje gedurende deze tijd.
R De zelfontspanner wordt automatisch uitgeschakeld
wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
Standaard functies
9 9
45