16
Instellingen
16.5
Touwspanning aan de touwspanning instellen
16.5
Touwspanning aan de touwspanning instellen
1
RP001-033
Met de touwspanning aan de uitgangsogen van de touwkast (1) wordt ingesteld hoe strak het
perstouw (4) door de machine loopt. Dit kan afhankelijk van het perstouw en de
gebruiksomstandigheden verschillend zijn. Het moet zo los mogelijk zijn ingesteld, zodat het
perstouw (4) bij het starten van het binden zo licht mogelijk kan worden getrokken. Toch moet
het perstouw (4) strak in de machine gelegd zijn zodat het niet door trillingen of dergelijke uit de
machine wordt getrokken.
Af fabriek zijn de veren (2) met een maat van X=40 mm ingesteld.
ü De machine is stopgezet en beveiligd,
ü De rechter zijkap is geopend.
Volgende instelling aan de 4 schroeven aan het bovenste en onderste perstouw (4) op dezelfde
wijze instellen:
Om de touwspanning te verhogen, met de moer (3) de maat' X verkleinen.
Om de touwspanning te verlagen, met de moer (3) de maat' X verhogen.
16.6
Touwspanning aan de touwrem instellen
RP001-036
Met de touwspanning aan de touwrem (2) wordt ingesteld hoe strak het perstouw (1) naar de
ronde baal wordt geleid. Zo kan het perstouw tijdens het binden gelijkmatig strak over de ronde
baal worden verdeeld. Deze touwspanning kan afhankelijk van het perstouw en de
gebruiksomstandigheden verschillend zijn.
Er bevindt zich telkens een touwrem (2) aan het bovenste perstouw aan de rechterkant en aan
het onderste perstouw aan de linkerkant, die op dezelfde wijze moeten worden ingesteld.
ü De machine is stopgezet en beveiligd,
ü Het perstouw is geplaatst,
Om de touwspanning te verhogen, de touwrem (2) met de moer (3) steviger vastschroeven.
Om de touwspanning te verlagen, de touwrem (2) aan de moer (3) lossen.
202
zie
Pagina 28.
zie
Pagina 28.
zie
Pagina 102.
2
4
1
3
VariPack V 190 XC
Originele handleiding 150001187_03_nl
3
2