Minimale afstanden van de buitenunits
1
4
>= 600
>= 300
Afb. 67: Minimale afstanden bij het opstellen van een buitenunit in mm
1: Voor een wand, luchtuitlaat vrij naar voren; lucht-
stromingshindernis achter
2: Voor een wand, uitlaat in richting van de wand;
luchtstromingshindernis voor
3: Tussen twee wanden, uitlaat in richting van de
wand, zijkanten vrij: Stromingshindernissen voor
en achter
1
3
>= 1500
>= 600
>= 3000
Afb. 68: Minimale afstanden bij het opstellen van meerdere buitenunits in mm
1: Voor een wand, uitlaat in richting van de wand;
luchtstromingshindernis voor
2: In een nis, luchtuitlaat vrij naar voren. Stromings-
hindernissen achter en aan beide zijkanten
3: Tussen twee wanden, luchtuitlaat in wandrichting
en in de richting van andere apparaten, zijkanten
vrij: Stromingshindernissen voor en achter
4: Tussen twee wanden, luchtuitlaat in wandrich-
ting, zijkanten van buitenste apparaten vrij: Stro-
mingshindernis voor, achter en voor de bin-
nenste apparaten aan de zijkanten
2
5
>= 250
4: In een nis, luchtuitlaat vrij naar voren. Stromings-
hindernissen achter en aan beide zijkanten
5: Voor een overdekte wand, luchtuitlaat vrij naar
voren; luchtstromingshindernis achter en boven
6: Voor een overdakte wand, luchtuitlaat in de rich-
ting van de wand. Stromingshindernissen achter
en boven
2
>= 300
4
>= 3000
>= 250
3
6
>= 2000
>= 600
>= 600
>= 600
>= 600
>= 600
63