Ingang analoge signalering
(V)
2 ... 3 (start)
3 ... 10
Besturingsingang 'Analoog in 0 ... 10 V' zonder kabelbreukfunctie
De aansturing van de pomp gebeurt volgens een analoog signaal in het bereik van 0 ... 10 V. Gedrag bij kabel-
breuk: Als de signaalkabel van de pomp wordt losgekoppeld, bijv. door een kabelbreuk, blijft de pomp stil-
staan.
1
n/
n
n
Ingang analoge signalering
(V)
< 1
1 ... 3 (bedrijf)
2 ... 3 (start)
3 ... 10
Verzamelstoringsmelding SSM
Storingen leiden altijd tot het activeren van de verzamelstoringsmelding 'SSM' via een relais. Het contact van
de verzamelstoringsmelding (potentiaalvrij verbreekcontact) kan alleen voor het verkrijgen van ontstane
foutmeldingen aan de installatie worden aangesloten.
Het interne contact is gesloten wanneer de pomp stroomloos is en er geen storing of uitval van de regelmo-
dule is opgetreden.
Het interne contact is geopend wanneer de pomp een storing herkent.
Het gedrag van de SSM-functie wordt gedetailleerd beschreven in het hoofdstuk 'Storingen, oorzaken, op-
lossingen'.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Stratos PARA-C/-CZ • Ed.01/2023-04
Reactie van de pomp
Pomp draait bij minimaal toerental.
Het toerental van de pomp stijgt lineair van n
/min
max
min
Off
1
2
Reactie van de pomp
Pomp stopt.
Pomp draait bij minimaal toerental.
Pomp draait bij minimaal toerental.
Het toerental van de pomp stijgt lineair van n
3
naar n
.
min
max
10
U/V
naar n
.
min
max
nl
21