Inhoudsopgave
Advertenties
6.5
Volledig automatische (FA) inoculatie op een verbonden
InoqulA
Vloeibare monsters kunnen in de FA-modus worden geïnoculeerd op InoqulA.
Monsterhouders en kweekbuisjes worden in rekken op de FA-module geplaatst. Elke houder
wordt geschud en de dop wordt eraf gehaald. Een monster van het specimen kan worden
gepipetteerd in een kweekbuisje, op een objectglaasje of op een aantal schalen. De schalen
worden geëtiketteerd op een BarcodA Track. De doppen worden teruggeplaatst op de
monsterhouders en kweekbuisjes. In elke schaal wordt een kogeltje gelegd en de deksels
worden vervangen. Schalen worden voor automatische spreiding naar de SA-module
getransporteerd. Wanneer de spreiding is voltooid, worden de kogeltjes in de afvalcontainers
gedeponeerd. Schalen worden getransporteerd naar stapelaars op de BarcodA-module. De
gestapelde schalen dienen handmatig naar hun eindbestemming te worden getransporteerd.
Met de printer op de SA-module worden barcode-etiketten voor kweekbuisjes afgedrukt. De
etiketten moeten handmatig op de kweekbuisjes worden aangebracht voordat ze in de FA-
module worden geplaatst.
Objectglaasjes worden automatisch geëtiketteerd in de Slide Processing Module (SPM).
Nadat de gedroogde objectglaasjes uit de SPM zijn gehaald, moeten de objectglaasjes
worden verwerkt conform de standaard gebruiksprocedures van het laboratorium.
Zie de BD Kiestra™ InoqulA-gebruiksaanwijzing voor meer informatie over workflows.
6.6
Semi-automatische (SA) inoculatie op een verbonden InoqulA
Zowel vloeibare als niet vloeibare monsters kunnen in de SA-modus worden geïnoculeerd op
InoqulA. Monsterhouders worden gescand om een batch te maken. Barcodes worden
aangebracht op de schalen, een kogeltje wordt in de schaal gelegd, de deksels worden
teruggeplaatst en de schalen worden naar de handmatige inoculatiepositie getransporteerd.
Terwijl elk monster wordt geverifieerd, worden de bijbehorende schalen geopend. Barcode-
etiketten voor objectglaasje en kweekbuisjes worden afgedrukt en handmatig aangebracht.
Schalen, objectglaasjes en kweekbuisjes worden met de hand geïnoculeerd en vervolgens
worden de schalen in hun positie geplaatst voor automatische spreiding. Wanneer de
spreiding is voltooid, worden de kogeltjes in de afvalcontainers gedeponeerd. Schalen worden
getransporteerd naar stapelaars op de BarcodA-module. De gestapelde schalen dienen
handmatig naar hun eindbestemming te worden getransporteerd.
Zie de BD Kiestra™ InoqulA-gebruiksaanwijzing voor meer informatie over workflows.
6.7
Volledig automatische (FA) inoculatie op een InoqulA Track
Vloeibare monsters kunnen in de FA-modus worden geïnoculeerd op InoqulA.
Monsterhouders en kweekbuisjes worden in rekken op de FA-module geplaatst. Elke houder
wordt geschud en de dop wordt eraf gehaald. Een monster van het specimen kan worden
gepipetteerd in een kweekbuisje, op een objectglaasje of op een aantal schalen. De doppen
worden teruggeplaatst op de monsterhouders en kweekbuisjes. De vereiste schalen worden
aangevraagd vanuit een BarcodA Track. De schalen worden afgeleverd in de volgorde waarin
ze zijn aangevraagd. Wanneer een schaal in de InoqulA gaat, wordt de schaal gescand, wordt
er een kogeltje in de schaal gelegd en wordt het deksel teruggeplaatst. Schalen worden voor
automatische spreiding naar de SA-module getransporteerd. Wanneer de spreiding is
voltooid, worden de kogeltjes in de afvalcontainers gedeponeerd en worden de schalen naar
hun incubatiebestemming getransporteerd.
6 - Inoculatie
19
Advertenties
Inhoudsopgave
