Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gasvermogenscircuit; Ventilatoren Interne Lucht; Debietsensor Voor De Ventilatoren; Luchtflowsensor - Daikin UATYQ20ABAY1 Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Verberg thumbnails Zie ook voor UATYQ20ABAY1:
Inhoudsopgave

Advertenties

4.7 Gasvermogenscircuit

4.7.1

Ventilatoren interne lucht

Afhankelijk van de configuraties kunnen er in de eenheden alleen de uitblaasventilatoren zijn of ook de
retourventilatoren.
De ventilatoren zijn radiaal met omgekeerde bladen, met motor met externe rotor die direct op de waaier aangesloten
is.
De radiale ventilatoren worden "EC" genoemd, met "brushless" motor met elektronische schakeling. De ventilator
wordt gevoed met wisselspanning van het net, de snelheidsregeling wordt verkregen via het stuursignaal 0-10V DC,
afkomstig van de microprocessor die op de eenheid gemonteerd is. Zo is het dus mogelijk het luchtdebiet in te stellen
via de parameter op het display.
De motoren zijn voorzien van een alarmsignalering die de thermische beveiliging, de overstroom, de onderspanning,
het ontbreken van een of meer fasen en de geblokkeerde rotor bevat.
De EC-ventilatoren zijn niet uitgerust met afstandsschakelaar en staan constant onder spanning zodra
de hoofdscheidingsschakelaar van de eenheid gesloten is.
4.7.2

Debietsensor voor de ventilatoren

De eenheden met "EC" ventilatoren zijn uitgerust met een drukverschiltransducer die het drukverschil detecteert
tussen de binnenkant en de buitenkant (stroomopwaarts) het aanzuigmondstuk. Het luchtdebiet is voor ieder paar
ventilator/mondstuk evenredig aan de vierkantswortel van het drukverschil, volgens de vergelijking:
Waar:
- Q = Totaal luchtdebiet [m3/h]
- n = aantal ventilatoren dat in de eenheid aanwezig is
- k = constante, afhankelijk van het mondstuk van de ventilator
- ΔP = Drukverschil gemeten op het mondstuk [Pa]
De karakteristieke constante "K" voor de gebruikte mondstukken is:
- Ventilator diameter 450: k = 217
- Ventilator diameter 500: k = 281
- Ventilator diameter 560: k = 350
De differentieeldrukwaarde en het luchtdebiet kunnen rechtstreeks weergegeven worden op het display van de
microprocessor die de automatische regeling van het luchtdebiet uitvoert.

4.7.3 Luchtflowsensor

Dit apparaat belemmert de werking van de eenheid bij het ontbreken van het luchtdebiet. De controle wordt uitgevoerd
door een differentieeldrukschakelaar die het drukverschil stroomopwaarts en stroomafwaarts de verdampingsbatterij
en het luchtfilter meet. Het optreden van het alarm op de microprocessor wordt vertraagd ten opzichte van de
inwerkingtreding van de sensor.
Om de werking ervan te controleren, moeten de automatische schakelaars van de compressoren geopend worden.
Verwijder nu de klem met het stuursignaal voor de EC-ventilator (raadpleeg het elektrische schema voor de
identificatie) van de kaart van de microprocessor en schakel vervolgens de eenheid in. Binnen enkele tienden van
seconden moet het alarm op de microprocessor verschijnen.
Vertaling van originele instructies
Installatiehandleiding
18
Wij behouden ons het recht voor zonder voorgaande kennisgeving wijzigingen aan het ontwerp aan te brengen
UATYQ*Y1
Packaged Rooftop
4P522680-1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave