Inhoudsopgave
Advertenties
2) Externe uitgang gebruiken
De weergegeven waarde wordt uitgevoerd naar het aangesloten externe apparaat.
Deze bewerking is alleen mogelijk als dit product is aangesloten op een extern apparaat.
1
Druk op de [F3]-toets terwijl de meetmodus actief is.
⇨ De weergegeven waarde wordt uitgevoerd naar het aangesloten externe apparaat.
Uitgangen 2,33 mm
Aansluitkabel
1
F3
2.33
2,33
2.33
2,33
Tips
• Zie "15. Invoer/uitvoer-functies" voor meer informatie over de pintoewijzingen van verbinding-
skabels, het uitvoergegevensformaat en het timingdiagram.
• Als u een gegevensoverdracht (REQ) vanaf het aangesloten externe apparaat invoert, doet u
dit alleen als de plunjer is gestopt. Als een gegevensoverdracht (REQ) wordt ingevoerd terwijl
de plunjer in gebruik is, kan deze een onjuiste waarde uitvoeren of is gegevensuitvoer mogelijk
niet mogelijk.
• Als uitvoerverzoeken (REQ) over korte intervallen worden ontvangen, is gegevensuitvoer
mogelijk niet mogelijk.
• Gegevensuitvoer door het gebruik van de [F3]-toets is niet mogelijk tijdens het vergroot
weergeven van het tolerantieoordeel. De gemeten waarde wordt alleen extern uitgevoerd als
een uitvoerverzoek (REQ) van een extern apparaat wordt ontvangen.
11. Parameters instellen
De parameterinstellingsmodus omvat de volgende parameteritems.
Monitor
Instelgegevens
ModE
Selectie van meetmodus
unit
Selectie van eenheidssysteem
(Artikelnr. 547-217A, 547-257A, 547-218A, 547-258A)
dir.
Selectie Telrichting
rES.
Selectie van resolutie
(Artikelnr. 547-251A, 547-252A, 547-257A, 547-258A)
toL.
Selectie van weergave van
tolerantiebeoordelingresultaten en instelling van
toegestane waarden
CALC.*
Selectie van berekeningsfunctie en instelling van
berekeningscoëfficiënt
A-bAr
Selectie van weergave van analoge balk
S-SEL
Selectie van schakelfunctie
F-Loc
Instelling van functievergrendeling
othEr
Wijzigen van andere functies
CAL.ALt
Selectie/instelling van waarschuwing van
kalibratieschema
outPut
Selectie van Digimatic-uitvoer
(Artikelnr. 547-251A, 547-252A, 547-257A, 547-258A)
Auto.oF
Instelling automatisch uitschakelen
rESEt
Alles resetten
*Deze functie beïnvloedt de nauwkeurigheid en wordt daarom niet gebruikt met dit product.
Toets pictogram bediening
< 1 s
=
F1
F3
> 2 s
=
F2
6
1) Weergavevolgorde van parameteritems
F1
F1
F1
F1
F1
F1
F1
F1
F1
F1
F1
Standaardinstelling
Standaard 1
in
F1
Positieve richting
0,0005 mm
F3
0,00002 in
Beeldscherm UIT
Berekening UIT
Tips
beeldscherm AAN
• Houd de [F1]-toets ingedrukt om de parameterinstelling te annuleren. Merk op dat niet-bevestigde
Standaard
instellingen niet worden weergegeven.
Afsluiten
• Alle parameterinstellingen blijven behouden, zelfs wanneer de stroom wordt uitgeschakeld.
-
Wanneer de functie Alle resetten wordt uitgevoerd, worden de instellingen echter gereset naar
WAARSCHUWING
de fabrieksinstellingen.
UIT
DIGIMATIC d2
UIT
-
F2
"2) De meetmodus selecteren"
F3
F2
"3) Eenheidssysteem selecteren"
F3
F2
"4) De telrichting selecteren"
F3
F2
"5) De resolutie selecteren"
F3
F2
"6) De weergavemethode voor het
tolerantiebeoordelingsresultaat selecteren
F3
en toegestane waarden instellen"
F2
"7) Berekeningsfunctie"
Deze functie beïnvloedt de nauwkeurigheid
F3
en wordt daarom niet gebruikt met dit
product.
F2
"8) Analoge balkweergave
selecteren"
F3
F2
"9) Schakelfuncties selecteren"
F3
F2
"10) De functievergrendeling
instellen"
F3
F2
"11) Andere functies wijzigen"
・ "11-1) Kalibratieschema-waarschuwingen
selecteren/instellen"
・ "11-2) Digimatic-uitgang selecteren"
・ "11-3) Automatisch uitschakelen instellen"
・ "11-4) Alles resetten"
2) De meetmodus selecteren
De meetmodus kan worden geselecteerd uit "Standaard 1", "Standaard 2" en "Piekdetectie".
1
2
F3
F2
F1
Standaard 1
Standaard 1
Piekdetectie
1
Druk op de [F2]-toets.
⇨ De meetmodus kan worden ingesteld.
2
Druk op de [F1]-toets of [F3] -toets om de meetmodus in te stellen.
⇨ Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, wordt de meetmodus in een vaste volgorde
gewisseld.
3
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Instellingen zijn bevestigd; verschuift naar het volgende parameteritem.
(Ga naar "3) Eenheidssysteem selecteren".)
Tips
Standaard (1, 2) en piekdetectie hebben verschillende functietoewijzingen wanneer de
respectievelijke toets ([F1]-toets, [F2]-toets, [F3]-toets) kort wordt ingedrukt.
Meet modus
[F1]-toets
[F2]-toets
Aanpasbaar
Standaard 1
(Oorspronkelijke instellingen: "N.v.t.", "Nulinstelling",
"Data vasthouden")
Schakelen tussen
Standaard 1
Nulpuntinstelling
eenheden
Schakelen tussen
Start van
Piekdetectie
weergaven voor
piekdetectie
piekdetectie
3) Eenheidssysteem selecteren
Het eenheidssysteem (in ↔ mm) kan worden ingesteld (artikelnr. 547-217A, 547-218A, 547-257A,
547-258A).
1
2
F1/F3
F2
1
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Het eenheidssysteem kan worden ingesteld.
2
Druk op de [F1]-toets of [F3]-toets om het eenheidssysteem in te stellen.
⇨ Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, schakelt het systeem tussen [in] en [mm].
3
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Instellingen zijn bevestigd; verschuift naar het volgende parameteritem.
(Ga naar "4) De telrichting selecteren".)
3
F2
Ga naar het
volgende item
[F3]-toets
Gegevensbewaring
Gegevensbewaring
3
F2
Ga naar het
volgende item
Publicatiedatum: 27 april 2022
Gedrukt in Japan
Advertenties
Inhoudsopgave
