Ventilatorsectie
Bevestigingsschroeven
voor V-riemschijf
Verstelbare schijf
Vaststelbout
- +
22
Inbedrijfstelling
Volgens DIN/EN 1886 moet het toestel met gereedschap worden geopend. Voor
het openen van de inspectiedeuren moet de stilstand van de ventilator afgewacht
worden. Bij het openen van de deuren kunnen door de onderdruk losse of loszittende
delen worden aangezogen, wat tot vernieling van de ventilator kan leiden of zelfs
levensgevaarlijk kan zijn, indien er kledingstukken worden aangezogen.
De veiligheidsvoorzieningen, zoals riemen- of deurbeschermroosters, en controle-in-
richtingen op correcte plaatsing en werking controleren.
- Controleren dat de V-riemschijven en klemschroeven van de spanbussen goed
Opgelet
vastzitten. De verstelbare riemschijven worden niet voor de uitlevering van de unit
ingesteld, maar moeten tijdens het in bedrijf stellen van de luchtbehandelingskast
ter plaatste correct worden ingesteld.
Zij maken een verandering van het toerental van de ventilator van 10% mogelijk.
Instelling:
Om de diameter van de schijf aan te passen kan de stelschijf op een schroef-
draadstuk axiaal worden verplaatst (zie bijgevoegde schets). Daarvoor moeten
de V-riemen ontspannen en de vaststelbouten aan de stelschijf met een inbus-
sleutel worden losgedraaid. Nadat de schijf ingesteld is moeten de vaststelbouten
opnieuw vast aangehaald worden en de V-riemen correct opgespannen worden.
- De V-riemen op correcte spanning controleren.
De V-riemschijven moeten perfect op één lijn staan.
Indien nodig het luchtdebiet corrigeren door de riemschijven te vervangen (bij ver-
stelbare riemschijven door het justeren van de schijf/schijven).
Bij het vrijlopende ventilatorwiel mag het op het typeplaatje van de ventilator aangegeven
maximale toerental, ook bij bedrijf met een frequentieomvormer, niet worden overschreden.
De aangegeven opgenomen stroomsterkte van de motor mag niet worden overschreden.
- Het in bedrijf stellen mag alleen dan worden uitgevoerd, wanneer de kanalen
aangesloten en de inspectiedeuren gesloten zijn. Anders bestaat het gevaar dat de
motor overbelast raakt.
- De hoofdschakelaar inschakelen.
- De draairichting van de waaier van de ventilator controleren door een kortstondig
inschakelen van de aandrijfmotor.
Eventueel de draairichting corrigeren. Aangezien voor deze werkzaamheden
(indien geen kijkglas aanwezig is) de deur van de ventilatorsectie geopend moet
worden, moet uiterst voorzichtig te werk gegaan worden. Door de onderdruk
kunnen losse of loszittende delen worden aangezogen, wat tot vernieling van de
ventilator kan leiden of zelfs uw leven in gevaar kan brengen, indien er kledingstuk-
ken (stropdassen) worden aangezogen.
Inspectiedeuren die aan de drukzijde van de ventilator opgesteld staan, kunnen onder
bepaalde omstandigheden met geweld openslaan en verwondingen veroorzaken.
- De ventilator dient op mechanische trillingen te worden gecontroleerd.
Is de trillingssterkte groter dan 2,8 mm/s (gemeten op de lagerschaal van het motor-
lager aan de kant van de waaier), dan moet de motor-/waaiereenheid door gespecia-
liseerd personeel worden gecontroleerd en eventueel worden uitgebalanceerd.
Het inbedrijfstellen mag pas dan worden uitgevoerd, wanneer alle veiligheidsaan-
wijzingen (DIN EN 50110, IEC 364) op uitvoering zijn gecontroleerd en gevaren zijn
uitgesloten.
Het resonantiebereik van de waaier moet worden bepaald. Ligt het resonantie-
bereik in het werkbereik, dan dient de frequentieomvormer zodanig te worden
ingesteld dat het resonantiebereik snel wordt gepasseerd.
Sterke trillingen door onrustig lopen (onbalans, overmodulatie frequentieomvormer)
bv. door transportschade, ondeskundige handling of werking in het resonantiebe-
reik kunnen leiden tot uitval.
KG Flex
KG Flex max
6661329_202202