3. Machine- en bedieningselementen
Wielen
optimaal mogelijk te benutten. De veer-
ring met de bolle zijde naar de verdie-
ping in het schijfwiel monteren (zie afb.
wielbevestigingsschroeven).
Bovendien kunnen de wielen naar bin-
nen of naar buiten gedraaid gemonteerd
3
worden, om de benodigde spoorbreed-
te te bereiken (zie spoorbreedtetabel
blz. 15).
Grizzly compact, comfort
De wielen worden afhankelijk van het
doel waarvoor ze gebruikt worden aan
de binnenste of de buitenste trap van
de getrapte naaf gemonteerd.
28
De wielen moeten
met de profielpun-
ten in de rijrichting
(van boven af op de
wielen gezien) ge-
monteerd worden,
om de trekkracht zo
agria Werktuigdrager 5500 Grizzly
Wielbevestigingsschroeven
Uitvoering A wielschroef met veerring.
Uitvoering B tapeind met veerring en
wielmoer.
Tapeind met de korte schroefdraad-
kant in de wielnaaf vastdraaien, indien
mogelijk met LOCTITE 270 (of iets der-
gelijks) verlijmen.
Veerring met de bolle kant naar het
schijfwiel monteren!
A
Bij nieuwe machines en bij het verwis-
selen van de wielen moeten de wiel-
schroeven en de wielmoeren na de eer-
ste 2 bedrijfsuren met 100 Nm aange-
haald worden, verder altijd bij onder-
houdswerkzaamheden.
Sneeuwkettingen
Bij het gebruik van sneeuwkettingen
moeten de aanwijzingen van de fabri-
kant worden opgevolgd. Let erop dat de
machineonderdelen vrij kunnen bewe-
gen.
B
Loctite
270