Montage van de collector
Montage van de collectorsensor,
aansluiting van het collectorveld
46
Montage van de collectorsensor
•
Zet de collectorsensor vóór de monta-
ge van de buizen en van de aanslui-
tingsleidingen op de speciale plaats
daarvoor in de basismodule. Het sen-
sorputje is binnenin de verzamelaar
met de verzamelaarleidingen verbon-
den. Gebruik warmtegeleidende pa-
sta. Deze pasta wordt niet bijgele-
verd. Dicht de sensor af met de PG-
schroefdraad. Let erop dat het sen-
sorkabeltje niet teveel gedraaid wordt.
Het moet na het aandraaien van de
schroefdraad niet meer naar buiten
kunnen worden getrokken.
Aansluiting van het collectorveld
•
Sluit het collectorveld aan op de lei-
dingen met behulp van flexibele slan-
gen.
Retourleiding: COLD
Toevoerleiding: HOT
Houd de schroefdraad op de verza-
melaar tegen! Let erop dat de verza-
melaarleidingen niet meedraaien.
Ontluchtingsmogelijkheid op het
hoogste punt, of luchtafscheider in
de kelder.
Indien in de kelder geen luchtafschei-
der wordt gemonteerd, moet op het
hoogste punt van het leidingstelsel een
ontluchtingsmogelijkheid met luchtpan,
eventueel met ontluchting op afstan-
dbediening worden geïnstalleerd.