Aanbrengen van het montageframe
Vlak dak variant E: montage in de tuin of op plat dak, monta-
geframe met instelbare hoek
Voorbereiden en controleren van het dak
Controleer het dak op de volgende pun-
ten
•
Lekdichtheid en noodzaak tot sane-
ring. Daksanering moet niet voor de
nabije toekomst gepland zijn.
•
Draagkracht van het dak. De bevesti-
ging van het montageframe moet in
afhankelijkheid van de draagkracht
van het dak worden gerealiseerd.
Daarvoor zijn geval voor geval bere-
keningen van een deskundige nodig,
die rekening houdt met de sneeuw-
en windbelasting ter plaatse.
•
Bei einer Befestigung der Montage-
Basismodule met uitbreidingsmodule E 15 DF
Basismodule met uitbreidingsmodule E 20 DF
26
•
Bij bevestiging van het montageframe
op betongewichten moet het dak een
extra last van 300 kg/m² verdragen.
Per collector moeten betongewichten
van 300 kg worden gebruikt als ver-
zwaring. Ter bescherming van het
dakoppervlak moet men constructie-
beschermingsmatten gebruiken.
•
Bij een geringe verzwaring moeten
ook nog kabels gebruikt worden om
de constructie aan stevige punten te
verankeren. Berekeningen van een
deskundige zijn nodig.
•
Als alternatief kunnen de montage-
rails stevig op dragers vastgeschroefd
worden, die de kracht op stevige mu-
ren moeten overbrengen.
•
Betonplaten, schroeven en pluggen
voor de bevestiging van de montage-
rails zijn niet inbegrepen bij de leve-
ring en moeten op de bouwplaats
worden verzorgd.
Bevestigingspunten bepalen
Houd rekening met de volgende pun-
ten:
•
Het collectorveld moet op het zuiden
worden georienteerd.
•
Het collectorveld moet zo mogelijk
schaduwvrij zijn.
•
De leidingen moeten zo kort mogelijk
zijn en direct naar de pompgroep en
de warmteopslag worden gelegd.
•
De opstelling moet niet te dicht bij de
dakrand zijn, om de windlast zo ge-
ring mogelijk te houden.
Minimale afstand: 1,2 m;
Bij grotere gebouwen en blootgestelde
zones: groter.
•
De afstand van de bevestigingspun-
ten wordt individueel onder beschou-
wing van de gebruikte verzamelaar-
lengte, (AURON 15 = 138 cm)
(AURON 20 = 184 cm) en de positie
van de verbindingsplaat tussen de
verzamelaars en de basisrails bepa-
ald. Let erop, dat in het bereik van de
verbindingsplaat
F = 12 cm
geen bevestiging mogelijk is.
Een overdekking
E: 7 tot 45 cm
en een maximale afstand
A: tot 120 cm
mag niet worden overschreden.
De diepte van het opstaande frame
bedraagt:
B = 150 cm
(zie bladzijde 21 en bladzijde 22)