9.11
Tel. installateur
In dit menu kan een nummer worden ingevoerd, welke op het klantniveau
wordt getoond gedurende alarmeringen of waarschuwingen.
9.12
Installateurinstellingen opslaan
Kies Installateurinstellingen opslaan om alle tijdens de inbedrijfname
uitgevoerde instellingen in het service- en hoofdmenu te bevestigen en
op te slaan. Na de eerste inbedrijfname moeten de instellingen na elke
uitgevoerde verandering worden opgeslagen.
9.13
Oververhittingsbeveiliging
De oververhittingsbeveiliging wordt geschakeld indien de temperatuur
van de elektrische bijverwarming hoger is dan 95 °C.
▶ Controleer de systeemdruk.
▶ CV- en warmwaterinstellingen controleren.
▶ Reset de oververhittingsbeveiliging door de knop op de bodem van
de aansluitdoos in te drukken.
Afb. 24 Positie thermostaatknop op de bodem van de aansluitdoos
GEVAAR
Ernstige schade aan toestel door oververhitting!
Waarborg dat de maximaal thermostaat-sensor volledig in de juiste dom-
pelhuls is geplaatst zoals wordt getoond in afb. 25 ([1]).
Afb. 25 Sensor dompelhuls
[1]
Sensor dompelhuls
[2]
Aanvoertemperatuur warmtegeleider dompelhuls
9.14
Deeltjesfilter
De filter voorkomt, dat er deeltjes vuil in de warmtepomp terecht komen.
Na verloop van tijd kan het filter verstopt raken en zal deze gereinigd
moeten worden.
Compress 3800i EW – 6721831270 (2022/03)
10020507-002
1
2
Voor het reinigen van het filter hoeft de installatie niet te worden af-
getapt. Het filter en de afsluitkraan zijn geïntegreerd. Het deeltjesfilter is
gemonteerd in de retourleiding van de warmtepomp.
Filterreiniging
▶ Sluit het ventiel (1).
▶ Schroef het deksel (2) los (met de hand).
▶ Filter uitnemen en onder stromend water of met perslucht reinigen.
▶ Plaats het filter terug. Het filter is uitgevoerd met geleiders die in de
uitsparing in de klep passen waardoor verkeerde installatie wordt
voorkomen.
Afb. 26 Filterreiniging
▶ Controleer de magnetietindicator (4).
▶ Schroef de dop weer op (met de hand).
▶ Open het ventiel (5).
Controleer de magnetietindicator
Na de installatie en opstarten, moet de magnetietindicator worden ge-
controleerd met kortere tussenpozen. Wanneer veel magnetische ver-
vuiling wordt afgezet op de magnetische staaf in het deeltjesfilter en
deze vervuiling regelmatig een alarm veroorzaakt door de slechte door-
stroming (bijvoorbeeld lage of slechte doorstroming, hoog vermogen of
HP-alarm), moet een magnetietfilter (zie lijst met accessoires) worden
geïnstalleerd om regelmatig aftappen van de indicator te voorkomen.
Een filter verlengt tevens de levensduur van componenten in zowel de
warmtepomp als de overige onderdelen van de cv-installatie.
9.15
Ventilatoronderhoud
Ondanks dat de warmtepomp is uitgerust met een luchtfilter, kunnen
zeer kleine stofdeeltjes zich afzetten op ventilatorschoepen gedurende
de loop van de tijd en het vermogen daarvan reduceren. Het verdient
aanbeveling de ventilator elke 5-6 jaar te controleren en te reinigen in-
dien nodig.
Onderhoud
5
10021967-002
25