Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1.
1.1
1.2
1.3
Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Inbouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
2.
2.1
2.2
3.
4.
5.
5.1
Eindschakelaars . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
5.1.1
5.1.2
5.2
Potentiometer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
5.3
Klepstandsteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
6.
Het instrument mag alleen door vakpersoneel dat bekend is met de monta-
ge, inbedrijfname en gebruik van dit product, worden gemonteerd en in be-
drijf genomen.
Vakpersoneel in de zin van dit inbouw- en bedieningsvoorschrift zijn perso-
nen, die vanwege hun opleiding, kennis en ervaring plus hun kennis van de
geldende normen, de hun opgedragen werkzaamheden kunnen beoordelen
en de mogelijke gevaren kunnen herkennen.
Gevaren die bij het regelventiel ontstaan door het medium of bewegende
onderdelen moeten door daarvoor geschikte maatregelen worden voorko-
men.
Deskundig transport en optimale opslag van de apparatuur wordt vooropge-
steld.
De aandrijvingen zijn bedoeld voor toepassing in krachtstroominstallaties.
Bij aansluiting en onderhoud moeten de geldende veiligheidsvoorschriften
worden aangehouden. Gebruik alleen uitschakelsystemen die zijn beveiligd
tegen ongewild inschakelen.
Wees voorzichtig met onderdelen die onder spanning staan; verwijder
nooit de afdekkingen!
2
EB 5801 NL
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Blz.