1 Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur. Zie
gebruikertoegangsniveau
pagina 49.
2 Stel de ontluchtingsstand in: ga naar [A.7.3.1]
Installateurinstellingen > Inbedrijfstelling > Ontluchting > Type.
3 Selecteer Automat en druk op
4 Ga naar [A.7.3.4]
> Installateurinstellingen > Inbedrijfstelling
> Ontluchting > Ontluchting starten en druk op
ontluchtingsfunctie te starten.
Gevolg: De ontluchting start en het volgende scherm zal
verschijnen.
Ontluchting
Debiet
0.5
l/min
Snelheid
Laag
Stop
Aanpassn
INFORMATIE
Indien de temperatuur van het watercircuit laag is en er
werd glycol in dit circuit toegevoegd, dan zal het debiet
NIET op het scherm verschijnen.
Het ontluchten onderbreken
1 Druk op
en druk op
ontluchtingsfunctie te bevestigen.
9.4.3
Proefdraaien
Voorwaarde:
Zorg
ervoor
aanvoerwatertemperatuur en kamertemperatuur UIT staan.
1 Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur. Zie
gebruikertoegangsniveau
pagina 49.
2 Ga naar [A.7.1]:
> Installateurinstellingen > Inbedrijfstelling >
Testbedrijf.
3 Selecteer een test en druk op
4 Selecteer OK en druk op
Gevolg: Het proefdraaien start. Het proefdraaien stopt automatisch
wanneer voltooid (±30 min). Om het handmatig te stoppen, druk op
, selecteer OK en druk op
INFORMATIE
Wanneer het systeem in een koud klimaat wordt gestart en
er werd GEEN kit met back-upverwarming geplaatst, kan
het nodig zijn met een kleine watervolume te starten. Om
dit te doen, open trapsgewijs de warmteafgevers. Hierdoor
zal de watertemperatuur trapsgewijs stijgen. Volg de
waterinlaattemperatuur ([6.1.6] in de menustructuur) en
zorg ervoor dat deze NIET lager wordt dan 15°C.
INFORMATIE
Indien er 2 gebruikersinterfaces zijn, kunt u proefdraaien
vanaf beide gebruikersinterfaces.
▪ Op de gebruikersinterface die u gebruikte om proef te
draaien, verschijnt een statusscherm.
▪ Op de andere gebruikersinterface verschijnt een
scherm "in gebruik". U kunt de gebruikersinterface niet
gebruiken zolang het scherm "in gebruik" wordt
weergegeven.
EWAQ+EWYQ006+008BAVP + EK(2)CB07CAV3 +
EKMBUHCA3V3+9W1
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen en compacte lucht-water
warmtepompen
4P492901-1 – 2017.06
instellen
op
Installateur"
.
om de
Di
01:18
om het onderbreken van de
dat
de
startpagina
van
instellen
op
Installateur"
. Voorbeeld: Verwarming.
.
.
"Het
Indien de installatie van de unit correct werd uitgevoerd, zal de unit
op
tijdens het testen opstarten in de geselecteerde bedrijfsmodus.
Tijdens het proefdraaien kan de correcte werking van de unit
gecontroleerd worden door de aanvoerwatertemperatuur (stand
>
verwarming/koeling) op te volgen.
Om de temperatuur op te volgen, ga naar [A.6] en selecteer de
informatie die u wilt controleren.
9.4.4
Stelmotoren proefdraaien
Het proefdraaien van de stelmotoren dient om de werking van de
verschillende stelmotoren te controleren (wanneer u bijv. selecteert
dat de pomp moet werken, zal het proefdraaien van de pomp
starten).
Voorwaarde:
Zorg
aanvoerwatertemperatuur en kamertemperatuur UIT staan.
1 Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur. Zie
gebruikertoegangsniveau
pagina 49.
2 Controleer of de regeling van de kamertemperatuur en de
regeling
van
gebruikersinterface op UIT gezet werden.
3 Ga naar [A.7.4]:
> Installateurinstellingen.
4 Selecteer een stelmotor en druk op
5 Selecteer OK en druk op
Gevolg: Het proefdraaien van de stelmotor start. Het stopt
automatisch wanneer het is voltooid. Om het handmatig te stoppen,
druk op
, selecteer OK en druk op
Mogelijke vormen van proefdraaien voor de
de
stelmotoren
▪ De back-upverwarming (stap 1) proefdraaien
"Het
op
▪ De back-upverwarming (stap 2) proefdraaien
▪ De pomp proefdraaien
INFORMATIE
Zorg ervoor de het systeem volledig ontlucht is vooraleer
proef te draaien. Vermijd tevens storingen in het
watercircuit tijdens het proefdraaien.
▪ De 2-wegsklep proefdraaien
▪ Het bivalent signaal testen
▪ De alarm-output testen
▪ Het signaal voor koeling/verwarming testen
▪ De circulatiepomp proefdraaien
9.4.5
De dekvloer van de vloerverwarming
drogen
Deze
functie
wordt
vloerverwarmingsinstallatie tijdens de bouw van een huis zeer traag
te drogen. Met deze functie kan de installateur dit programma
programmeren en uitvoeren.
Zorg ervoor dat de startpagina van de aanvoerwatertemperatuur en
kamertemperatuur UIT staan.
Indien een back-upverwarmingskit een onderdeel van het systeem
is, kan deze functie worden uitgevoerd zonder de buiteninstallatie te
voltooien. In dat geval zal de back-upverwarming de dekvloer
drogen en aanvoerwater leveren zonder dat de warmtepomp werkt.
9 Inbedrijfstelling
ervoor
dat
de
startpagina
instellen
op
Installateur"
de
aanvoerwatertemperatuur
> [Custom.DAIKIN.Value] > Inbedrijfstelling
. Voorbeeld: Pomptest.
.
.
gebruikt
om
de
dekvloer
Uitgebreide handleiding voor de installateur
van
de
"Het
op
via
de
van
een
71