Ventilatorconvectoren
Opstelling
c
b
a
A
Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B
Een eenpersoonskamer
a
Gebruikersinterface
b
Regelkast
c
Back-upverwarming (optie)
d
Afstandsbediening van de ventilatorconvectoren
▪ Ruimtekoeling
of
-verwarming
de ventilatorconvectoren.
▪ De
gewenste
kamertemperatuur
afstandsbediening van de ventilatorconvectoren.
▪ Een signaal om ruimteverwarming/koeling te vragen wordt naar
een digitale ingang op regelkast EKCB07CAV3 (X2M/1 en X2M/2)
gestuurd
(als
dit
signaal
de ventilatorconvectoren en compatibel is met de regelkast).
▪ De ruimtebedrijfsmodus kan via een digitale uitgang op regelkast
EKCB07CAV3 (X8M/6 en X8M/7) naar de ventilatorconvectoren
worden
gestuurd
(als
dit
de ventilatorconvectoren).
▪ De
hoofdgebruikersinterface
EKCB07CAV3) beslist over de bedrijfsmodus voor de ruimte.
Vergeet niet dat de ruimtebedrijfsmodus van de secundaire
gebruikersinterfaces (gebruikt als kamerthermostaat) zo ingesteld
moet
worden
dat
deze
hoofdgebruikersinterface.
INFORMATIE
Wanneer meerdere ventilatorconvectoren gebruikt worden,
controleer of elke ventilatorconvector wel degelijk het
infraroodsignaal ontvangt van de afstandsbediening van
de ventilatorconvectoren.
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪ #: [A.2.1.7]
▪ Code: [C-07]
Aantal watertemperatuurzones:
▪ #: [A.2.1.8]
▪ Code: [7-02]
Externe kamerthermostaat voor
de primaire zone:
▪ #: [A.2.2.E.5]
▪ Code: [C-05]
Voordelen
▪ Koeling.
De
ventilatorconvector
verwarmingscapaciteit ook een uitstekende koelcapaciteit.
▪ Efficiëntie.
Optimale
energie-effectiviteit
onderlingeverbindingfunctie.
EWAQ+EWYQ006+008BAVP + EK(2)CB07CAV3 +
EKMBUHCA3V3+9W1
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen en compacte lucht-water
warmtepompen
4P492901-1 – 2017.06
5 Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
A
B
d
door
middel
van
wordt
ingesteld
via
de
beschikbaar
is
op
signaal
compatibel
is
met
(aangesloten
op
regelkast
overeenstemt
met
de
Waarde
1 (Bst xt kmrthrms): De unit werkt
op basis van de externe
thermostaat.
0 (1 AWT-zone): Primair
1 (Thermo AAN/UIT): Als de
gebruikte externe
kamerthermostaat of
ventilatorconvector enkel een
thermo AAN/UIT-staat kan
sturen.
biedt
naast
een
omwille
van
de
▪ Stijlvol.
Combinatie: vloerverwarming
+ ventilatorconvectoren
▪ De ruimteverwarming wordt bezorgt door:
▪ De vloerverwarming
▪ De ventilatorconvectoren
▪ Ruimtekoeling alleen door middel van de ventilatorconvectoren.
De vloerverwarming wordt door de afsluiter afgesloten.
Opstelling
c
b
a
A
Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B
Een eenpersoonskamer
a
Gebruikersinterface
b
Regelkast
c
Back-upverwarming (optie)
d
Afstandsbediening van de ventilatorconvectoren
▪ De ventilatorconvectoren worden rechtstreeks op de buitenunit
aangesloten – of op de back-upverwarming als die er is.
▪ Een
afsluiter
(ter
plaatse
de vloerverwarming geplaatst om condensatie op de vloer te
vermijden tijdens het koelen.
▪ De
gewenste
kamertemperatuur
afstandsbediening van de ventilatorconvectoren.
▪ Een signaal om ruimteverwarming/koeling te vragen wordt naar
een digitale ingang op regelkast EKCB07CAV3 (X2M/1 en X2M/2)
gestuurd (als dit signaal beschikbaar is op de ventilatorconvector
en compatibel is met de regelkast).
▪ De ruimtebedrijfsmodus kan door een digitale uitgang (X8M/6 en
X8M/7) op regelkast EKCB07CAV3 naar de volgende toestellen
worden gestuurd:
▪ De ventilatorconvectoren (als dit signaal compatibel is met de
ventilatorconvectoren).
▪ De afsluiter
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪ #: [A.2.1.7]
▪ Code: [C-07]
Aantal watertemperatuurzones:
▪ #: [A.2.1.8]
▪ Code: [7-02]
Externe kamerthermostaat voor
de primaire zone:
▪ #: [A.2.2.E.5]
▪ Code: [C-05]
Uitgebreide handleiding voor de installateur
A
B
M1
d
te
voorzien)
wordt
voor
wordt
ingesteld
via
de
Waarde
1 (Bst xt kmrthrms): De unit werkt
op basis van de externe
thermostaat.
0 (1 AWT-zone): Primair
1 (Thermo AAN/UIT): Als de
gebruikte externe
kamerthermostaat of
ventilatorconvector enkel een
thermo AAN/UIT-staat kan
sturen.
15