6 Voorbereiding
▪ Filter. Het is ten zeerste aangewezen een additionele filter in het
watercircuit van de verwarming te monteren. Om daarbij stukjes
metaal afkomstig uit de vuile verwarmingsleidingen te verwijderen,
wordt geadviseerd een magneet- of cycloonfilter te gebruiken om
fijne deeltjes te verwijderen. Kleine deeltjes kunnen de unit
beschadigen en worden NIET door de standaardfilter van de
warmtepompinstallatie verwijderd.
▪ Thermostatische mengkranen. Conform de geldende wetgeving
moeten
er
mogelijk
thermostatische
geïnstalleerd.
▪ Voorzorgsmaatregelen inzake hygiëne. De installatie moet
voldoen aan de geldende wetgeving en vereist mogelijk
bijkomende
voorzorgsmaatregelen
installatie.
6.3.2
Formule om de voordruk van het
expansievat te berekenen
De voordruk (Pg) van het expansievat hangt af van het
hoogteverschil (H) van de installatie:
Pg=0,3+(H/10) (bar)
6.3.3
Het watervolume en waterdebiet
controleren
De buitenunit heeft een expansievat van 7 liter met een vooraf
ingestelde voordruk van 1 bar.
Om zeker te zijn dat de unit naar behoren werkt:
▪ controleer het minimum en het maximum watervolume.
▪ U moet mogelijk de voordruk van het expansievat aanpassen.
Minimum watervolume
Controleer of het totale watervolume in de installatie minimum 20 l
bedraagt, waarbij het watervolume in de buitenunit NIET inbegrepen
is.
INFORMATIE
Voor kritieke processen of in kamers met een grote
warmtebelasting kan extra watervolume vereist zijn.
OPMERKING
Wanneer
de
circulatie
koelingslus geregeld wordt door op afstand bediende
kleppen, is het belangrijk dat dit minimum watervolume
behouden blijft, zelfs wanneer alle kleppen dicht zijn.
a
b
c
d
e
d
a
Buitenunit
b
Warmtewisselaar
c
Pomp
d
Afsluiter
e
Back-upverwarmingskit (optioneel)
f
Verdeelstuk (ter plaatse te voorzien)
g
Omloopklep (ter plaatse te voorzien)
FHL1...3
Vloerverwarmingslus (ter plaatse te voorzien)
T1...3
Individuele kamerthermostaat (optioneel)
M1...3
Individuele gemotoriseerde klep voor het regelen van lus
FHL1...3 (ter plaatse te voorzien)
Uitgebreide handleiding voor de installateur
26
mengkranen
worden
voor
een
hygiënische
in
elke
ruimteverwarming-/
f
g
T1
T2
T3
M1
M2
M3
FHL1
FHL2
FHL3
Maximum watervolume
OPMERKING
Het maximaal watervolume hangt af of glycol in het
watercircuit wordt toegevoegd. Raadpleeg
watercircuit tegen vorst beschermen" op pagina 37
meer informatie over het toevoegen van glycol.
Gebruik de volgende grafiek om het maximum watervolume voor de
berekende voordruk te bepalen.
A
2.2
2.1
1.8
1.5
1.2
1
0.9
0.6
0.3
99
20
70
120
A
Voordruk (bar)
B
Maximum watervolume (l)
Water
Water + glycol
Voorbeeld: het maximum watervolume en de voordruk in het
expansievat
Hoogteversc
hil
≤165/99 l
(a)
installatie
≤7 m
De voordruk moet niet
bijgeregeld worden.
>7 m
Doe het volgende:
▪ Verhoog de voordruk
volgens het vereiste
hoogteverschil van de
installatie. De voordruk
moet
met
verhoogd worden voor
elke meter boven 7 m.
▪ Controleer
watervolume
groter
is
maximum toegestaan
watervolume.
(a)
Er is een hoogteverschil (m) tussen het hoogste punt van
het watercircuit en de buitenunit. Als de buitenunit zich op
het hoogste punt van de installatie bevindt, bedraagt de
installatiehoogte 0 m.
(b)
Het maximum watervolume bedraagt 165 l wanneer het
circuit alleen met water wordt gevuld en 99 l wanneer het
circuit met water en glycol wordt gevuld.
Minimum debiet
Controleer of het minimum debiet (vereist tijdens ontdooien/back-
upverwarming)
in
de
installatie
omstandigheden.
EWAQ+EWYQ006+008BAVP + EK(2)CB07CAV3 +
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen en compacte lucht-water
"7.7.6 Het
voor
150
165
250
170
220
Watervolume
(b)
(b)
>165/99 l
Doe het volgende:
▪ Verlaag de voordruk
volgens het vereiste
hoogteverschil van de
installatie. De voordruk
moet
met
0,1 bar
verlaagd worden voor
elke meter onder 7 m.
▪ Controleer
of
watervolume
NIET
groter
is
dan
maximum
toegestaan
watervolume.
Het expansievat van de
buitenunit is te klein voor
de installatie. In dit geval
wordt er geadviseerd om
een extra vat buiten de
unit te installeren.
0,1 bar
of
het
NIET
dan
het
gegarandeerd
is
in
EKMBUHCA3V3+9W1
warmtepompen
4P492901-1 – 2017.06
270
B
het
het
alle