Bijlage
Instelhulpmiddel magnetische fluxdichtheid
10
Bijlage
10.1 Instelhulpmiddel magnetische fluxdichtheid
Af hankelijk van het gebruikte materiaal, de dikte van het werkstuk en het gebruikte meetapparaat kunnen
het aantal wikkelingen of de stroomwaarden afwijken. In het ideale geval moet de gemeten fluxdichtheid
in het midden het parameterveld liggen.
Aantal wikkelin-
gen
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
[1] Toepassingsvoorbeeld:
De gemeten waarde bedraagt 25 mT. Daarbij horen 9 wikkelingen en aanvullend bij gebruik van het
proces activgauss van de demagnetiseringsstroom 175 A.
10.2 Richtwaarden magnetische fluxdichtheid, lasbaarheid
TIG-lassen
Magnetische fluxdichtheid Lasbaarheid
<0,5 mT
0,5-1 mT
1-2 mT
2-5 mT
>5 mT
36
50 A
100 A
125 A
Magnetische fluxdichtheid mT
3
4
4
6
4
7
5
8
5
9
5
10
7
12
8
13
10
15
12
16
15
18
16
20
18
22
18
24
zeer goed
goed
uitvoerbaar
slecht
ongeschikt
Demagnetiseringsstroom
150 A
175 A
5
5
7
8
8
9
9
11
11
12
12
14
15
18
17
22
25
20
26
23
27
26
29
29
30
32
32
35
33
MSG-lassen
Magnetische fluxdicht-
heid
<3 mT
3-4 mT
4-6 mT
6-8 mT
>8 mT
200 A
250 A
6
6
9
10
10
12
12
14
14
16
16
19
21
24
[1]
29
30
34
35
39
39
45
44
50
48
55
53
61
Lasbaarheid
zeer goed
goed
uitvoerbaar
slecht
ongeschikt
099-002065-EW505
21.9.2022
8
10
13
16
18
21
27
34
40
46
53
59
66
72