7.8.4. 3. Test aan/uit
Dit maakt de verificatie van de juiste werking van een detector mogelijk. In deze modus worden
opnamen en alarmrelais onderdrukt.
7.8.5. 4. Simulatie
Bij de selectie hiervan wordt het bericht "De controller zorgt niet meer voor detectie"
weergegeven.
• De controller houdt geen inputs meer bij (detectoren, logische inputs).
• De simulatiemetingen/-status worden geïnitialiseerd naar de huidige meting-
/statuswaarden. Het relais, de interne zoemer en de analoge outputs blijven in hun
huidige status.
• De schermen, beheer van relais, outputs, enz. zijn die van normale werking.
• Het interne relais en de gewone standaard LED zijn geactiveerd.
• Voor het wijzigen van de waarde van een detector, gebruikt u de toetsen voor het
verhogen of verlagen van de gesimuleerde meetwaarde van –15% tot 115%. Voor een
logische input gebruikt u de toetsen voor het selecteren van de input, voor het
Alarm
selecteren van
• De banner van alarmen wordt niet weergegeven.
• Het voorvallogboek geeft
• Sluit de simulatiemodus af door te drukken op de toets Simul beëindigen. Automatische
vrijgave treedt dan op en reset de gemiddelde waarden naar nul. De huidige metingen
worden nogmaals weergegeven.
7.9.
5. Informatie
7.9.1. 1. detectoren
Dit geeft de belangrijkste informatie van de detector weer (type, bereik, gedetecteerd gas).
7.9.2. 2. Voorvallen
NP32V2NL
Revision F.0
Alarm uit
of
.
Simulatie beginnen
Afbeelding 40: Voorbeeld van gasalarmbestanden.
ANALOGE EN DIGITALE CONTROLLER
GEBRUIKERSHANDLEIDING
Simulatie beëindigen
en
MX32v2
aan.
49