6.
Bedrading en elektrische
aansluitingen
Dit hoofdstuk detailleert de elektrische aansluitingen van alle componenten van het systeem
(MX32v2, modules, aanvullende apparatuur).
6.1.
Controllerverbinding
De elektrische aansluitingen moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel
overeenkomstig de verschillende richtlijnen die van kracht zijn in het land van installatie.
MX32v2
De
heeft geen start/stop-schakelaar.
Bepaalde spanningsniveaus kunnen ernstig letsel of zelfs de dood veroorzaken. Het wordt
geadviseerd om het materiaal en de bekabeling te installeren voorafgaand aan het
aanbrengen van live spanning.
Aangezien een onjuiste of slechte installatie kan leiden tot meetfouten of
systeemstoringen, is het noodzakelijk om alle instructies in deze handleiding strikt op
te volgen voor het garanderen van de juiste werking van het systeem.
Gecertificeerde trekontlastingbus vereist. Gebruikte koorden moeten voldoen aan alle
gecertificeerde busspecificaties.
Geschikte externe koorden worden gebruikt in de eindtoepassing en moeten voldoen
aan de lokale regels / normen voor
Kabels met een bedrijfstemperatuur van tot 70 °C (158 °F) moeten worden gebruikt
omdat de temperatuur binnen de controller zo hoog kan worden als 70 °C (158 °F).
6.1.1. Toegang tot aansluitblokken
Na het ontgrendelen van de twee tuimelhendels, draait u de voorkap naar links voor toegang
tot de bedradingsaansluiting.
6.1.2. 100-240Vac voeding
MX32v2
De
kan worden aangedreven door een bron van 100-240Vac bij 50/60 Hz, 1,5A
max.
Controleer de aard van de stroom en de spanningswaarde voorafgaand aan enige aansluiting.
De elektrische aansluitingen moeten worden uitgevoerd wanneer de stroom eraf is.
NP32V2NL
Revision F.0
ANALOGE EN DIGITALE CONTROLLER
MX32v2
-producten.
MX32v2
GEBRUIKERSHANDLEIDING
33