5.7 Verbinding tussen PC en beeldschermschrijver
H
5.7.1 Assistent voor de instrument-instellingen
Moet er data tussen een beeldschermschrijver en een PC uitgewisseld wor-
den, is de eerste vereiste, dat gedefiniëerd wordt, met welk instrument en via
welke weg de communicatie plaatsvindt en dat een verbinding met het instru-
ment tot stand is gebracht.
Een verbinding met een instrument wordt door de functie Datatransfer
binding tot stand brengen of door het aanklikken van symbool
Bestaat een verbinding (een communicatie vindt plaats) tussen de
setup-programma en een instrument, dan kan geen andere soft-
ware-componenten (bijv. PCC) via dezelfde interface op dit instru-
ment toegrijpen.
Wordt er nog niet met een instrument gecommuniceerd, dan wordt bij een po-
ging daartoe, automatisch de „Assistent voor de instrument-instellingen" ge-
start. Dit vergemakkelijkt het tot stand brengen van een instrumentlijst.
5 Setup-programma
Bij actieve optie ( ) wordt aan het
eind gecontroleerd, of het geselec-
teerde instrument via de geselec-
teerde interface aangesproken kan
worden.
Hiermee bevestigd u, of het instru-
ment naar standaardinstrument be-
titelt moet worden ( ). Op een
standaard instrument wordt auto-
matisch toegegrepen, anderen
moeten via de instrumentlijst ver-
bonden worden.
Ver-
.
89